10 wonderschone wandelgebieden in Europa
Europa wemelt van de wandelgebieden, het ene nog indrukwekkender dan het andere. Dit zijn tien van de allermooiste.
Wandelen langs de kliffen van Engelands Cornwall, genieten van het uitzicht op een van de bergtoppen in Zwitserland, of langs stad en land in heuvelachtig Toscane: in Europa vind je volop bijzondere wandelroutes. Wij tippen tien bijzonder mooie, voor een wandelvakantie, óf een bijzondere wandeling tijdens je toch al fijne vakantie.
1. Grotlopen en het typische fjordengevoel in Jotunheimen (Noorwegen)
In nationaal park Jotunheimen liggen de hoogste bergen van heel Scandinavië. Daarom noemen de Noren de bergketen ook wel ‘het huis van de reuzen’. Tussen de reuzen zijn meer dan vijftig wandelingen uitgestippeld, van ommetjes tot meerdaagse huttentochten. Ervaren bergwandelaars hebben bijvoorbeeld een mooie kluif aan de tocht over de Bessigen-kam (1.743 m), terwijl de hoogste Noorse berg, de 2.469 meter hoge Galdhøpiggen, zich ook door sportieve beginners in een paar uur laat bedwingen. Wie liever geen hoogtemeters maakt, kan langs het Gjendemeer genieten van het typisch Noorse fjordengevoel.
Zin in wat meer avontuur of ontsnappen aan de regen? Ga dan (al dan niet onder leiding van een gids) grotlopen in Dumdalen. Bovengronds is het een vallei waar door de kalkrijke grond spectaculair veel flora groeit, ondergronds is het kruip-door-sluip-door tussen rotsformaties die grotendeels in de ijstijd zijn gevormd. Een bijzondere ervaring.
2. Al wandelend dolfijnen spotten op São Miguel (Azoren)
Midden in de Atlantische Oceaan liggen de Azoren, een groepje van 17 vulkanische eilanden, waarvan São Miguel het grootste is. Een waar wandelparadijs, en niet alleen omdat het er zo mooi is. De temperatuur schommelt er namelijk het hele jaar door tussen de 14 en 25 graden: perfect wandelweer. Tussen mei en oktober is het er helemaal feest, want dan is het eiland een uitbundige, kleurrijke bloemenzee. De vulkanische grond is uitermate vruchtbaar, dus het is hier sowieso een groene oase.
Via een uitgebreid netwerk van eeuwenoude geitenpaden ontdek je al die weelde te voet. Kratermeren, heuvels, kliffen, koffie- en theeplantages, lavagrotten en talloze miradores (uitzichtpunten): nee, bang voor eentonigheid hoef je niet te zijn. Veel wandelpaden hebben bovendien zeezicht, dus de kans bestaat dat je al wandelend een dolfijn of walvis spot in de verte. En anders bekijk je ze met een walvistour gewoon van dichtbij. Bijkomen na een lange wandeldag vol indrukken doe je in een van de natuurlijke warmwaterbronnen in de Furnas-vallei.
3. Cornwall (Engeland): langs kliffen en uitgestrekte stranden
Met 1.014 indrukwekkende kilometers is het South West Coast Path op het Britse schiereiland Cornwall de langste bewegwijzerde wandelroute van Engeland. Het bestaat officieel sinds de jaren 70, toen de eeuwenoude patrouillepaden van de kustwachters met elkaar werden verbonden. En sinds schrijfster Raynor Winn over de helende kracht van de tocht schreef in haar bestseller Het Zoutpad, wil iedere wandelaar de brokkelkliffen, achterafbaaitjes en uitgestrekte stranden zelf bewandelen.
Het pad is onderverdeeld in zeven trajecten van verschillende lengtes. De meeste wandelaars lopen de route ‘tegen de klok in’, van Minehead naar Poole, maar andersom kan het net zo goed. Als je de volledige route wilt afleggen, ben je gemiddeld zeven à acht weken zoet. Moet je kiezen? Overweeg dan alleen een van de mooiste etappes. Bijvoorbeeld die van Minehead naar Combe Martin, een driedaagse tocht langs de Wilderness Coast (zo heet deze ruige kust niet voor niets) van Exmoor National Park. De route telt in totaal overigens ruim 35.000 hoogtemeters, dus reken maar op spierpijn.
4. Vierwaldstättersee (Zwitserland): bergtoppen met ongekende panorama’s
Rondom het grillig gevormde ‘Vierwoudstrekenmeer’, nabij Luzern in het hart van Zwitserland is het heerlijk wandelen. Op welk punt van de 115 kilometer lange oeverlijn je je ook bevindt, het uitzicht over het azuurblauwe water is overal even fraai. Of zoek het hogerop en pak een bergtrein of kabelbaan naar de aangrenzende bergtoppen voor weidsere panorama’s. Vanuit het autovrije bergdorpje Stoos wandel je bijvoorbeeld in twee of drie uur over de bergkam tussen de Klingenstock (1.935 meter) en de Fronalpstock (1.921 meter).
Hoogtepunt van het gebied is de Rigi (1.797 meter), ‘de koningin van de bergen’, waarvandaan je uitkijkt over 13 meren en 620 Alpentoppen. Je komt er via het dorp Vitznau. In de vroege ochtenden zijn de vergezichten het mooist, vooral vanaf de uitkijkpunten Rigi Kulm, Rotstock en Känzeli.
5. Voor de vogelliefhebbers: Picos de Europa (Spanje)
De Picos de Europa, in het noorden van Spanje, bestaan uit drie bergmassieven. Het gebergte telt meer dan tweeduizend kalkstenen ‘tweeduizenders’; bergen hoger dan 2.000 meter. De Torre Cerredo (2.648 meter) is de hoogste. Kloven, grotten, spelonken en meren zijn er al net zo talrijk als die bergtoppen. Vogelliefhebber? Vergeet dan je verrekijker niet, want de vale gier, de buizerd en de alpenkraai vliegen hier af en aan. Ook de lammergier, auerhoen, adelaar, valk, arend, havik en uil komen er voor. Grote kans dat je ook een Pyrenese gems spot, een berggeitachtig zoogdier dat op grote hoogte leeft.
Een behapbare wandeling is de Ruta del Cares, dsie vanuit Poncebos in 22 kilometer door de wonderschone kloof La Garganta Divina kronkelt. In juli en augustus, de droogste maanden, kan het er druk zijn, maar in de lente en de herfst kom je weinig andere wandelaars tegen. Aan het eind van de middag is de kans op mist in de Picos groot, dus ga vroeg op pad om die voor te zijn.
6. De beste wandelroute van Frankrijk in ruig Bretagne
Wie niet van al te aangeharkt houdt, kan z’n lol op in het ruige Bretagne. Je wandelt hier over kliffen, door bossen en langs de uitgestrekte kustlijn, waar de woeste schuimkoppen van de zee nooit ver weg zijn. Een van de bekendste langeafstandswandelpaden, de Grande Randonnée 34 (GR34) loopt langs de kustlijn van Bretagne. De route, die over 2000 kilometer het spoor volgt van de vroegere douaniers, is door de Fransen verkozen tot beste wandelpad – en op het oordeel van die connaisseurs kun je gerust af gaan. Ten noorden van het middeleeuwse stadje Lannion ligt de beroemde Roze Granietkust, vol kleurige, grillige rotsen waar je met een beetje fantasie allerlei figuren in kunt zien.
Bonus is het getijdeneiland Mont Saint-Michel, na de Eiffeltoren en Versailles de grootste toeristische trekpleister van Frankrijk. Je ziet het van kilometers afstand liggen en het is vanuit elke richting net een levend schilderij waar je je ogen niet vanaf kunt houden.