De mooiste bezienswaardigheden van Wenen

Verwonder je over de speelse architectuur van het Hundertwasserhaus, draai een rondje in het reuzenrad van het Prater en bekijk de vertrekken van Keizerin Sisi in Paleis Schönbrunn. Dit zijn de mooiste bezienswaardigheden van Wenen.

Wat te doen in Wenen?

Wenen is de stad waar indrukwekkende brede boulevards en statige paleizen de tijd van het Habsburgse vorstendom laten herleven. Traditie, kunst en cultuur staan hoog in het vaandel en op dit gebied heeft deze Oostenrijkse hoofdstad namen van wereldfaam, zoals de componisten Schubert, Strauss, Mozart en Wagner die hier hebben gewoond. Bewonder de talenten van ruiter en paard in de Spaanse Rijschool en beklim een van de torens van de gotische Stephansdom. Geniet van de grandeur van de Weense Staatsopera en ga op zoek naar de Kus van Klimt. Ontdek de mooiste bezienswaardigheden van Wenen.

1. Speelse architectuur: het Hundertwasserhaus

Ontsproten aan het brein van kunstenaar Friedensreich Hundertwasser is het unieke asymmetrische en veelkleurige Hundertwasserhaus. Hij wilde een pand ontwerpen waarbij de harmonie tussen mens en natuur in de architectuur tot uiting kwam. Het is tussen 1983 en 1986 in opdracht van de gemeente gebouwd, bestaat uit 52 woningen, vier winkels en negentien terrassen en vormt een eenheid met 250 bomen en struiken die overal uit het gebouw lijken te komen.

De bewoners mogen de gevel rondom de ramen van hun woning naar eigen idee versieren. Binnen is er een kleurrijke wirwar aan kronkelende gangen, golvende trappen en onregelmatige vloeren. Bekijk de gratis film in het café op de begane grond (de enige plek die voor buitenstaanders te bezoeken is), waarin de kunstenaar je een virtuele rondleiding geeft.

2. Een historisch rondje draaien in het Prater

Het Prater is een ruim 4 kilometer lang stadspark-annex-pretpark in het oosten van Wenen. Keizer Jozef II stelde dit voormalige jachtdomein in 1776 open voor het publiek. Het park zelf is gratis toegankelijk, maar je betaalt wel voor de diverse attracties zoals de achtbanen, het zwembad en de golfbaan.

Het meest bekend is hier het enorme historische reuzenrad dat in 1897 werd gebouwd en met zijn hoogte van 65 meter herkenbaar is in de skyline van Wenen. In elk van de vijftien gondels is plaats voor meer dan veertig personen. Een rondje duurt 10 minuten en op het hoogste punt heb je een adembenemend uitzicht over de hele stad en de Donau.

3. Paleis Schönbrunn: waar Keizerin Sisi woonde

In het westen van de stad staat de bekendste bezienswaardigheid van Wenen: het barokke Paleis Schönbrunn. Keizer Leopold I liet dit eind 17^e eeuw bouwen als jachtslot voor zijn zoon. Er zijn meer dan veertienhonderd kamers waarvan er veertig zijn opengesteld. Bekijk de Spiegelzaal waar Mozart al op 6-jarige leeftijd een pianoconcert gaf aan het hof. Werp een blik in de vertrekken van Keizerin Sisi en haar echtgenoot, wereldberoemd geworden door de over hen gemaakte speelfilms.

Wandel door de tuinen die totaal 1 bij 1,2 kilometer meten en bestaan uit sierlijke bloemenperken, waterpartijen en diverse standbeelden. Ook vind je hier een doolhof en de oudste dierentuin ter wereld. Tip: ga voor een uitzicht over het hele complex naar de Gloriette, een op een heuvel gebouwde zuilengalerij.

4. De witte Lipizzaners van de Spaanse Rijschool

De wereldberoemde Spaanse Rijschool is al meer dan 450 jaar in gebruik en gevestigd in het Hofburg-paleis, het winterpaleis van de voormalige keizers. De hier bereden witte Lipizzaner-paarden (oorspronkelijk uit Spanje afkomstig) waren in vrijwel alle vorstenhuizen in Europa de sierlijke pronkpaarden die voor parades werden ingezet. Wenen is de enige plaats waar zij nog zijn overgebleven en men de tradities van de renaissance-dressuur in stand houdt.

Bezoek de barokke rijhal uit 1729 tijdens de ochtendtraining doordeweeks of tijdens de voorstellingen in het weekend. Hoogtepunt is de quadrille: een choreografie met acht Lipizzaners, uitgevoerd op klassieke muziek. Als de tijden hiervan niet passen in je programma, maak dan een rondleiding achter de schermen. Let op: bestel in beide gevallen kaarten vooraf, want het is een populaire bezienswaardigheid.

5. De imposante gotiek van de Stephansdom

In de vroege 13^e eeuw begon men met de bouw van de statige gotische Stephansdom, maar uitbreiding en renovaties zijn in de volgende eeuwen doorgegaan. In 1950 werd na een brand het huidige dak, bestaande uit 230 duizend geglazuurde dakpannen, in mozaïeken aangebracht. De twee hoogste torens van deze kathedraal hebben een uitkijkplatform. Beklim de 136 meter hoge zuidelijke toren via de 343 treden van de wenteltrap of neem de lift naar de 68 meter hoge – en wegens geldgebrek nooit afgebouwde – noordelijke toren.

Bewonder binnen de gebrandschilderde ramen, de achttien altaren en kleine kapellen. Een bijzondere bezienswaardigheid vind je in de catacomben: hier worden de ingewanden van de leden van het Habsburgse hof bewaard. Het gescheiden begraven van verschillende onderdelen van het lichaam van belangrijke personen stamt uit de Middeleeuwen.

6. Happen en snappen op de Naschmarkt

De Naschmarkt is al ruim vier eeuwen een begrip in Wenen. Oorspronkelijk een plek waar boeren hun oogst verkochten, maar in de loop van de tijd gegroeid en steeds internationaler geworden. Nu vind je er 120 kramen met ingrediënten en lekkernijen uit elke hoek van de wereld en de lekkerste Oostenrijkse specialiteiten zoals worsten, schnitzels en Mozartkugeln.

De markt is dagelijks geopend en op zaterdag is er een antiekmarkt. Leuk weetje: deel van de spullen die daar worden aangeboden komen uit de voormalige Oostbloklanden. Rommelend door de waar op de kramen kan het zomaar zijn dat je een item uit de communistische tijd vanachter het IJzeren Gordijn vindt, zoals een propagandaposter. Wenen was hier dan ook maar 40 kilometer van verwijderd.

7. Monumentale panden langs de Ringstrasse

De Ringstrasse is niet één echte straat, maar een 5,3 kilometer lange ring om de stad die bestaat uit een aaneenschakeling van verschillende boulevards. Deze werden in de 19^e eeuw aangelegd ter vervanging van de stadswallen. Vervolgens is er een uiteenlopend palet van statige en monumentale panden aan gebouwd.

Stap op de speciale Ringtram en rijd langs de diverse fraaie gebouwen: alsof je wordt getrakteerd op een openluchtmuseum. Onderweg zie je onder andere Paleis Hofburg (met de Spaanse Rijschool), de Staatsopera, het Kunsthistorisch Museum en het parlementsgebouw. Dit laatste dateert uit 1883, ontworpen door Theofil Hansen in Griekse stijl. Het gebouw telt zestienhonderd kamers en is nog steeds in gebruik zijnde het regeringsgebouw van Oostenrijk.

8. Kunsthistorisch Museum: snoepwinkel voor kunstliefhebbers

Voor kunstliefhebbers is een bezoek aan het Kunsthistorisch Museum aan de Ringstrasse een buitenkansje. Het museum, gebouwd in Italiaanse renaissancestijl, dateert uit 1891 en kan de vergelijking met het Prado, het Louvre en de Hermitage goed aan. Praktisch de volledige kunstverzameling van het Habsburgse vorstendom is hier ondergebracht.

Vooral de collectie van de oude meesters is spectaculair en een van de grootste ter wereld. De kunstwerken zijn ondergebracht in een entourage van marmer, bladgoud en mozaïeken. Bekijk een zelfportret van Rembrandt, de Boerenbruiloft van Brueghel en Naakt van Hélène Fourment van Rubens. Maar ook de Oudheid is niet vergeten met 2500 objecten als sculpturen, tabletten en keramiek uit onder andere de Griekse en Romeinse tijd. En dat is nog maar een tipje van de sluier.

9. De imposante Weense Staatsopera

Het in neorenaissance-stijl opgetrokken gebouw van de Weense Staatsopera staat aan de Ringstrasse en is in 1869 geopend. De grandeur van de aanblik van het gebouw met de bogen, balustrade en standbeelden van theatersymbolen als tragedie en komedie is al indrukwekkend, maar binnen komt die nog veel meer tot zijn recht. Alles ademt keizerlijke pracht en praal: de lobby met het brede trappenhuis geflankeerd door schilderijen van opera en ballet, de salons en het theater zelf, uitgevoerd in rood, goud en ivoor.

De Weense Staatsopera is wereldwijd bekend en het bijwonen van een voorstelling hier is zeker een hoogtepunt van een bezoek aan de stad. Mocht dat niet mogelijk zijn, sluit je dan aan bij een rondleiding door het theater waarbij je ook een kijkje achter de schermen krijgt.

10. De Kus van Klimt kom je overal tegen

Gustav Klimt (1862-1918) wordt beschouwd als de meest beroemde Weense kunstschilder. Hij kende twee stijlperioden: de jugendstil en later het symbolisme. Zijn bekendheid dankt hij vooral aan het schilderij De Kus, uit 1908. In de achtergrond van het afgebeelde kussende paar is bladgoud verwerkt, waardoor het doet denken aan een icoon. Bewonder dit schilderij (180 bij 180 centimeter groot), in het Oberes Belvedere-museum, gehuisvest in een barok paleis.

Ook zonder een bezoek aan het museum kom je het schilderij ongetwijfeld tegen in de stad. Wenen is trots op deze beroemde inwoner en zijn werk en dit komt terug in afbeeldingen van De Kus op allerlei items: van tassen en posters tot koffiekopjes en marsepeinen gebakjes.

11. ‘Wiener Kaffeehauskultur’: alternatief cultuur snuiven

Bij een bezoek aan Wenen staat cultuur snuiven bij de meeste mensen op de voorgrond. Onderdeel hiervan is zeker ook het fenomeen ‘Wiener Kaffeehauskultur’ dat zelfs op de Unesco-werelderfgoedlijst staat. Het is een traditioneel onderdeel van het sociale leven: koffie drinken met iets zoets erbij in een koffiehuis. Er zijn ontelbaar veel koffiehuizen in de stad, variërend van kleine bakkers in zijstraten tot chique etablissementen aan de Ringstrasse.

Probeer de Wiener Melange-koffie, die dateert uit het Wenen van 1830: koffie vermengd met opgeklopt schuim bestaand uit een halve eidooier, een eetlepel suiker en het geheel afgetopt met slagroom en cacaopoeder. Bestel daarbij de meest bekende Weense lekkernij: Sachertorte (chocoladetaart met glanzend glazuur). Wel wat machtig, maar de lunch overslaan is altijd nog een optie.

12. Wijnproeven bij de Heurigen

Wenen heeft, als enige hoofdstad ter wereld, wijngaarden binnen de stadsgrenzen. In de hele regio zijn er totaal zelfs ruim tweehonderd. De meeste wijnbouwers hebben een Heurige, een eet- en drinklokaal waar je van de door hen geproduceerde jonge wijn geniet. Ze bevinden zich buiten het centrum, deels langs wandelpaden en dat maakt het tot een ideale rustplaats.

Het zijn mooie landhuizen met tuinen en binnenplaatsen en er heerst een gezellige, huiselijke sfeer. Dat is dan ook het karakteristieke ervan. Je eet hier geen luxe maaltijd, maar lokale gerechten, zoals bij moeder thuis. Kies voor een Brettlejause – een bord vol koude gerechten – en spoel dit weg met een typische G'spritzter, wijn gemengd met spuitwater. Zo doen ‘die Wiener’ dat.