Je zou denken dat zonnepanelen ideaal zijn wanneer de stroom uit valt, je wekt dan immers zelf je eigen elektriciteit op. Helaas werkt dat in de praktijk net even anders. Omdat gemiddeld zo’n 65 procent van alle opgewekte zonnestroom wordt teruggeleverd aan het net – en dat kan niet bij een stroomstoring – worden omvormers automatisch uitgeschakeld als er een stroomstoring is.
Als je een thuisbatterij hebt, dan kun je wél tijdens een stroomstoring je eigen zonnestroom gebruiken. Bij de meeste installaties geldt wel dat de thuisaccu tijdens de stroomstoring niet wordt bijgeladen, omdat de omvormer uitgeschakeld wordt bij een stroomstoring.
De salderingsregeling is een door de overheid ingevoerde regeling die bepaalt dat je voor je teruggeleverde zonnestroom net zoveel krijgt als je betaalt voor de stroom die je afneemt. De salderingsregeling is aan zijn eigen succes ten onder gegaan, het kost zoveel de overheid als veel energiemaatschappijen veel geld. Daarom heeft de regering besloten de salderingsregeling per 1 januari 2027 stop te zetten. Lees hier alles wat je moet weten over de salderingsregling.
Terugleverkosten zijn kosten die energiemaatschappijen in rekening brengen als je zonnepanelen hebt en teruglevert aan het net. Er zijn veel verschillende vormen van terugleverkosten.
Met het naderende einde van de salderingsregeling wordt het interessanter om zoveel mogelijk van je zelf opgewekte zonnestroom zelf te gebruiken. De eerste stap is om zoveel mogelijk elektriciteit te verbruiken op zonnige momenten. Denk aan het draaien van wasjes, de vaat of het laden van een elektrische auto.
Als je heel veel zonnepanelen hebt liggen, dan is het nauwelijks mogelijk om alle elektriciteit die je opwekt direct te verbruiken. Je kunt dan een thuisaccu overwegen. Deze slaat de overtollige zonnestroom op, zodat je die op een later moment (bijvoorbeeld ’s avonds en ’s nachts) kunt gebruiken. Ook daar zit een limiet aan. Wek je per dag meer op dan je dagelijks aan stroom verbruikt, dan zal je op zonnige dagen al snel je accu vol hebben. Vanaf dat moment lever je weer terug aan het net.
Zonnepanelen hebben nauwelijks onderhoud nodig. Zonnepanelen hebben geen bewegende onderdelen en gaan doorgaans zo’n 25 jaar of langer mee. Een omvormer heeft een levensduur van zo’n 12 jaar. Merk je dat de opbrengst van je zonnepanelen achteruit gaat, laat dan iemand je installatie nakijken. Mogelijk is je omvormer aan vervanging toe of zijn je panelen vies (zie ook de volgende vraag). Wel zou je om de paar jaar je installatie kunnen (laten) controleren op slijtage. Denk bijvoorbeeld aan losliggende kabels of schade door weersinvloeden aan de bevestiging van de panelen.
Hoe meer vuil er op zonnepanelen ligt, hoe minder elektriciteit ze opwekken. Gelukkig liggen de meeste panelen op een schuin dak en hebben ze een speciale coating waardoor vuil niet zo goed kan hechten. Ze spoelen door de regen vanzelf grotendeels schoon. Zijn je zonnepanelen zichtbaar vervuild, dan zijn er gespecialiseerde bedrijven die ze voor je kunnen schoonmaken. Als je er goed bij kunt, dan kun je het ook zelf doen met lauw water, een mild schoonmaakmiddel en een zachte doek.
Ook interessant: De beste ligging voor je zonnepanelen.
Dat is een ingewikkelde rekensom, die niet voor iedereen gelijk is en die grotendeels gebaseerd is op schattingen. Je leest er meer over in dit artikel over de terugverdientijd van zonnepanelen.