Verkeersregels in Oostenrijk
Ga snel naar
Ga snel naar
Sommige verkeersregels in Oostenrijk zijn anders dan in Nederland. We geven hieronder een overzicht van de belangrijkste en afwijkende verkeersregels.
In Oostenrijk wordt behalve met borden meestal met een witte, onderbroken streep op het wegdek, maar soms ook met haaientanden, aangegeven dat bestuurders voorrang moeten verlenen aan bestuurders op een kruisende weg.
Als je op een voorrangsweg rijdt en stopt, verlies je het recht op voorrang.
Let op: Overstekende kinderen hebben altijd voorrang.
In Oostenrijk ben je verplicht in een file een reddingsstrook (Rettungsgasse) in het midden vrij te houden voor de hulpdiensten. Deze plicht geldt op alle wegen met minstens twee rijstroken per rijrichting, zoals op de Autobahn en andere snelwegen. Verkeer op de meest linkse rijstrook moet zo veel mogelijk links gaan rijden en verkeer op de andere rijstroken moet zo ver mogelijk naar rechts. Je mag de vluchtstrook gebruiken als dat nodig is om een voldoende brede reddingsstrook te vormen, maar in principe moet je de vluchtstrook vrijhouden. Als je niet meewerkt aan het vormen van een reddingsstrook bij een file, kun je een hoge boete krijgen.
Let op: Voor motorrijders is het in Oostenrijk verboden om over de reddingsstrook te rijden.
Bij druk verkeer, op onoverzichtelijke punten, op voorrangswegen en in straten met rails is parkeren aan de linkerkant (tegen de rijrichting in) verboden. In een straat met eenrichtingsverkeer mag je wel aan de linkerkant parkeren.
In een aantal grote steden in Oostenrijk zijn kortparkeerzones (Kutzparkzones) aanwezig die met borden en blauwe strepe op de weg zijn gemarkeerd. Ga voor meer informatie over parkeren in Oostenrijk naar oeamtc.at/thema/parken.
Als een verkeersbord met een parkeerverbod een onderbord heeft waarop werktags met daarachter een tijdsperiode wordt vermeld, geldt dit parkeerverbod ook op zaterdagen (met werktags wordt maandag tot en met zaterdag bedoeld). Als een parkeerverbod niet in het weekend geldt, vermeldt het onderbord Mo-Fr.
Het is verboden te parkeren in zones die zijn gemarkeerd met een gele zigzagstreep of op plaatsen waar een onderbroken gele streep aanwezig is langs de kant van de weg.
Stilstaan is onder andere verboden langs een doorgetrokken gele streep aan de kant van de weg en binnen 15 m van een tram- of bushalte.
Let op: Bij het parkeren mag geen enkel deel van de auto uitsteken boven een stoep, voet- of fietspad. Bij het parkeren naast een stoep mag een bumper of spiegel wel iets uitsteken boven de stoep en je mag ook maximaal 10 minuten wat dichter bij de stoep staan om iets in of uit te laden, maar ook dna moet er minimaal 1,5 meter van de stoep vrij blijven. Geen enkel deel van een auto, dus ook geen bumper of spiegel, mag uitsteken boven een fietspad.
Wanneer rood en oranje tegelijkertijd branden springt het licht kort daarna op groen. Nadat het groene licht vier keer heeft geknipperd, springt het op oranje.
In de buurt van ziekenhuizen is het geven van geluidssignalen alleen toegestaan in geval van nood.
In Wenen is het geven van geluidssignalen verboden, tenzij dat niet anders kan om een gevaar af te wenden.
Als binnen de bebouwde kom een weg uit minstens twee rijstroken voor iedere richting bestaat, is de bestuurder vrij om te kiezen welke rijstrook deze wil gebruiken, ongeacht de snelheid van het verkeer op de andere rijstroken. Buiten de bebouwde kom mag dit alleen in druk (file)verkeer.
Een linkerrijstrook waarin tramrails liggen mag niet worden gebruikt.
Oostenrijkse gemeenten kunnen in straten of gebieden in de buurt van een school een Schulstraße instellen. Een Schulstraße wordt aangegeven met een rechthoekig blauw bord met een wit vlak met daarin twee silhouetten van schoolkinderen en daaronder de tekst Schulstraße.
Hier mogen (soms alleen op bepaalde tijden) geen auto's rijden en mogen voetgangers op de rijbaan lopen, mits ze het overige verkeer niet opzettelijk hinderen. Andere toegelaten voertuigen, bijvoorbeeld fietsen of schoolbussen, moeten hier stapvoets rijden en mogen de voetgangers niet in gevaar brengen of hinderen.
Een praatpaal langs de autosnelweg is voorzien van licht. Dit wordt als knipperlicht in werking gesteld bij spookrijders, verkeersongevallen, files, mist en dergelijke. Als dit licht knippert, moeten bestuurders snelheid minderen en opletten voor het naderen van een gevaarlijke situatie.
Op smalle bergwegen waar twee voertuigen elkaar niet goed kunnen passeren, moet degene die het makkelijkst kan uitwijken of terugrijden, voorrang verlenen (er gelden voor deze situaties geen speciale voorrangsregels). Meer informatie over veilig rijden in de bergen vind je hier.
Je bent in een tunnel verplicht met dimlicht te rijden. Bij een file in een tunnel moet je een reddingsstrook (Rettungsgasse) vrijhouden voor hulpdiensten. Zet de alarmlichten aan en houd voldoende afstand van je voorganger. Meer informatie over veilig rijden in een tunnel vind je hier.
Slepen is op de autosnelweg toegestaan tot de eerste afrit. Bij het slepen geldt een maximumsnelheid van 40 km/h. Het trekkende voertuig moet dimlicht voeren.
De sleepkabel of -stang mag maximaal 8 m lang zijn en moet beter zichtbaar worden gemaakt met een rode doek.
Voetgangers zijn verplicht om buiten de bebouwde kom zoveel mogelijk aan de linkerkant van de weg te lopen als een voetpad ontbreekt, tenzij dat gevaar voor ze oplevert.
Bij nadering van een onbewaakte spoorwegovergang met een wit bord met daarop een afbeelding van een trein en de tekst auf pfeifsignal achten (let op het fluitsignaal), moeten bestuurders stoppen om te luisteren of er een trein aankomt (geadviseerd wordt om eventuele muziek uit te zetten en een raampje te openen).
Als een verkeersbord met een maximumsnelheid een onderbord heeft waarop werktags met een tijdsperiode wordt vermeld, geldt deze maximumsnelheid ook op zaterdagen (met werktags wordt maandag tot en met zaterdag bedoeld). Als een maximumsnelheid niet in het weekend geldt, vermeldt het onderbord Mo-Fr (Montag-Freitag).
Het bij stilstand warm laten draaien van de motor is verboden. Ook in andere omstandigheden, bijvoorbeeld bij het wachten voor een overweg, is het onnodig laten draaien van de motor verboden.
Je bent verplicht om je auto sneeuw- en ijsvrij te maken. Dit betekent dat je alle ruiten, spiegels, lampen en ook eventuele sneeuw van het dak dient te verwijderen en te zorgen dat de kentekenplaat leesbaar is. Als je dit verzuimt, riskeer je een fikse boete. Let op: Het is verboden om tijdens het krabben van de ruiten de motor te laten draaien.
In het kader van de IG-L (Immissionsschutzgesetz-Luft), de Oostenrijkse wet die luchtvervuiling tegengaat, kunnen in Oostenrijk snelheidsbeperkingen worden ingesteld op bepaalde autosnelwegen (Autobahnen) als er te veel vervuilende stoffen in de lucht aanwezig zijn.
Bij te veel luchtvervuiling mag je in plaats van 130 km/h maar 100 km/h rijden op autosnelwegen. Deze lagere maximumsnelheid wordt aangegeven op matrixborden boven de weg.
Het meenemen en gebruiken van radardetectieapparatuur is verboden. Het gebruik van apparatuur met signalering voor vaste flitspalen of trajectcontroles (zoals navigatieapparatuur en telefoons) is toegestaan.
Het maximaal toegestane alcoholgehalte in het bloed is 0,49 promille. Voor bestuurders die korter dan twee jaar een rijbewijs hebben, geldt een absoluut alcoholverbod.
Het is bestuurders van voertuigen (ook fietsers) verboden tijdens het rijden een mobiele telefoon (of tablet, e-reader, mediaspeler, rekenmachine of vergelijkbare apparatuur) vast te houden. Let op: Ook als je bij een stopbord wacht of je in een file bevindt met langzaam rijdend of stilstaand verkeer, mag de bestuurder geen mobiele telefoon (of andere apparatuur) vasthouden. Handsfree bellen is wel toegestaan.
Je mag je telefoon alleen als navigatieapparaat gebruiken als deze zich in een houder bevindt die binnen in de auto is bevestigd. Het is verboden tijdens het rijden een adres in te voeren.
Kinderen jonger dan veertien jaar en kleiner dan 1,35 m moeten voor- en achterin in een goedgekeurd en passend kinderzitje of op een goedgekeurde en passende zitverhoger met veiligheidsgordels worden vervoerd. Kinderen jonger dan veertien jaar, maar groter dan 1,35 m mogen ook een in hoogte verstelbare veiligheidsgordel dragen, mits de gordel goed past en niet over de hals loopt.
In een auto waarin een kinderzitje of veiligheidsgordels ontbreken, mogen kinderen jonger dan drie jaar niet worden vervoerd en mogen kinderen tot veertien jaar alleen achterin worden vervoerd (kinderen tot veertien jaar mogen niet worden vervoerd in een twoseater of vrachtwagencabine waarin geen zitjes of gordels aanwezig zijn).
Het is in Oostenrijk voor iedere inzittende van een auto of camper verboden te roken in het bijzijn van een kind onder de achttien jaar.
In de Oostenrijkse wetgeving wordt een huisdier gezien als lading. Je bent verplicht deze zo te vervoeren dat de auto veilig bestuurd kan worden en de bestuurder en andere inzittenden niet worden gehinderd of in gevaar worden gebracht. Dit betekent dat je je huisdier moet vastzetten, bijvoorbeeld in een tuigje of zitje op de achterbank, in een transportmand of -kennel of achter een net of rek in de bagageruimte. Lees hier meer informatie over hoe je jouw huisdier zo veilig mogelijk vervoert in de auto.
De fietsendrager met fietsen mag aan beide zijkanten niet meer dan 20 cm uitsteken (fietsen die uitsteken, hoeven niet te worden gemarkeerd.
Als de fietsendrager de achterlichten en reflectoren van je voertuig geheel of gedeeltelijk bedekt, moet de drager zijn voorzien van een verlichtingsbalk.
Als de fietsendrager of bagagebox op je trekhaak de kentekenplaat van je voertuig geheel of gedeeltelijk bedekt, moet je er een witte kentekenplaat op aanbrengen met het kenteken van je voertuig. Je moet in dat geval ook een ovale witte NL-sticker aanbrengen op de fietsendrager of bagagebox. Je mag de sticker niet op de witte kentekenplaat plakken. Je kunt de NL-sticker eventueel op een fiets aanbrengen. Een NL-sticker is verkrijgbaar via anwb.nl/webwinkel.
De minimale profieldiepte voor banden in Oostenrijk is 1,6 mm, net als in Nederland en andere EU-landen. Hierop wordt in Oostenrijk streng gecontroleerd en als wordt vastgesteld dat de banden (van auto, camper of caravan) zodanig versleten of beschadigd zijn dat het voertuig hierdoor een gevaar vormt voor de verkeersveiligheid, wordt een automobilist de toegang tot het land mogelijk ontzegd.
Van 1 november t/m 15 april zijn winterbanden verplicht bij winterse omstandigheden. Er is sprake van winterse omstandigheden als de weg geheel of gedeeltelijk is bedekt met sneeuw, sneeuwmodder of ijs. Sneeuwkettingen zijn verplicht als dat wordt aangegeven met onderstaand bord:
Het wordt dringend aangeraden om in Oostenrijk in de winterperiode sneeuwkettingen mee te nemen in de auto.
Bekijk hier alle informatie over winterbanden in Oostenrijk. Meer informatie over sneeuwkettingen en sneeuwsokken op anwb.nl/webwinkel/sneeuwkettingen-informatie.
Het is de verantwoordelijkheid van de bestuurder van een auto om ervoor te zorgen dat de vereiste winteruitrusting aanwezig is. Bij het huren van een auto in Oostenrijk is het dus van groot belang dat de bestuurder controleert of de auto over de juiste winteruitrusting beschikt.
Voor bedrijfsvoertuigen met een toegestane maximummassa van 3500 kg of meer is het gebruik van winterbanden verplicht van 1 november t/m 15 maart, ongeacht de weersomstandigheden of de toestand van de weg. De winterbanden moeten ten minste op de aangedreven wielen worden gemonteerd. De minimale profieldiepte is 5 mm voor radiaalbanden en 6 mm voor diagonaalbanden. Ook ben je in deze periode verplicht sneeuwkettinge voor de aangedreven wielen in je voertuig te hebben.
Eigenaren van campers met een toegestane maximummassa van 3500 kg of meer wordt aangeraden in die periode in ieder geval op de aangedreven wielen winterbanden te monteren en sneeuwkettingen mee te nemen, om eventuele problemen te voorkomen.
Let op: Een eventuele fietsendrager achterop wordt meegerekend in de lengte.
Als de caravan breder is dan je trekvoertuig, ben je verplicht zowel rechts als links een buitenspiegel te monteren.
Het is verplicht elke caravan of aanhangwagen te zekeren met een veiligheidskabel: een losbreekkabel bij een geremde aanhanger of een hulpkoppeling (vaste staalkabel) bij een ongeremde aanhanger. Doe dit volgens de Nederlandse regels: hang de kabel niet los over de trekhaak, maar bevestig hem altijd ook aan een oog of beugel aan de trekhaak of chassis van het trekkende voertuig.
Ga naar anwb.nl/kamperen voor meer informatie over het bevestigen van een losbreekkabel.
Extra lange voertuigen, zoals bussen, vrachtwagens, maar ook auto's die een caravan of (langere) aanhangwagen trekken, moeten op wegen buiten de bebouwde kom ten minste een afstand van 50 m aanhouden ten opzichte van andere extra lange voertuigen. Deze regel is bedoeld om het inhalen van langere voertuigen gemakkelijker te maken en om colonnevorming te voorkomen.
Een caravan mag niet zonder auto worden achtergelaten op een openbare parkeergelegenheid (bijvoorbeeld een parkeerplaats langs de autosnelweg). Met name in natuurgebieden en langs meren bestaan restricties betreffende het parkeren van een caravan (die per provincie kunnen verschillen). Bij twijfel is het verstandig om ter plaatse navraag te doen.
Voor het vervoer van een aanhanger die breder is dan 2,55 m, moet een speciale vergunning worden aangevraagd. Neem voor meer informatie contact op met het Bundesministerium für Verkehr van Oostenrijk of bezoek bmvit.gv.at.
Als je een caravan of aanhangwagen met een toegestane maximummassa van meer dan 750 kg trekt, moet je minstens één wielkeg meenemen.
Onderstaande verkeersregels voor een fiets gelden ook voor een elektrische fiets met trapondersteuning tot 25 km/h en een vermogen tot 600 watt (Elektro-Fahrrad, Pedelec).
Kinderen jonger dan 12 jaar moeten een fietshelm dragen. Ook kinderen jonger dan 12 jaar die achter op de fiets of in een fietsaanhanger worden vervoerd, moeten een helm op.
Bestuurders van een speedpedelec zijn verplicht een goedgekeurde bromfietshelm (norm ECE 22.05 of 22.06) te dragen. Voor zover bekend, is het dragen van een speciale speedpedelec-helm (norm NTA 8776) niet toegestaan.
Let op: In Niederösterreich moeten kinderen tot 15 jaar een fietshelm dragen, ook wanneer ze bijvoorbeeld op een speelplaats of in een park fietsen.
Voor een elektrische fiets met trapondersteuning tot 45 km/h (S-Pedelec) gelden dezelfde regels als voor bromfietsen. De minimumleeftijd om op een speedpedelec te rijden 15 jaar en de bestuurder moet in het bezit zijn van het bromfietsrijbewijs (rijbewijs AM). Met een speedpedelec is het verboden om op een fietspad te rijden. De bestuurder van een speedpedelec moet een stevige en vuilbestendige verbanddoos bij zich hebben.
Personen van 16 jaar en ouder mogen op de fiets een passagier vervoeren, mits de fiets (of elektrische fiets) daarvoor geschikt is. Kinderen jonger dan 8 jaar mogen alleen achter op de fiets in een geschikt kinderzitje worden vervoerd. Als je kinderen achter op de fiets vervoert, moet je ervoor zirgen dat de spaken van het achterwiel met een jasbeschermer, door de beenbeschermers van het kinderzitje of anderszins zijn afgeschermd.
Let op: Kinderen mogen niet in een zitje voor op de fiets worden vervoerd. Een kinderzitje moet achter het zadel aan het frame van de fiets worden bevestigd en mag niet uitsluitend op de bagagedrager zijn gemonteerd.
Kinderen van 12 jaar en ouder mogen zonder begeleiding fietsen. Kinderen jonder dan 12 jaar mogen alleen fietsen onder begeleiding van iemand die minstens 16 jaar is. De begeleider van het kind mag altijd naast het kind fietsen.
Kinderen mogen wel al vanaf 9 jaar zonder begeleiding fietsen als zij in het bezit zijn van een fietsrijbewijs.
Het is in Oostenrijk verboden om aan het verkeer deel te nemen met een fiets waaraan een kinderfiets is gekoppeld via een tandemstang.
Het is toegestaan om te rijden met een fiets waaraan een eenassige aanhanger is gekoppeld. Als de aanhanger breder is dan 100 cm en niet voor personenvervoer wordt gebruikt, moet je op de rijbaan rijden en niet op het fietspad.
Fietsers mogen alleen naast elkaar rijden op fietspaden en woonerven en in fietsstraten. Een fietser die een fietsend kind jonger dan 12 jaar begeleidt, mag altijd naast het kind fietsen (behalve op spoorwegovergangen).
Het maximaal toegestane alcoholgehalte in het bloed is 0,8 promille.
In Oostenrijk zijn speciale oversteekplaatsen voor fietsers (Radfahrerüberfahrten) die worden aangeduid met een vierkant blauw bord met een witte driehoek met een zwarte fietser. Er zijn ook oversteekplaatsen die fietsers moeten delen met voetgangers. Fietsers hebben voorrang op een speciale oversteekplaats voor fietsers. Bij het naderen van een oversteekplaats voor fietsers mag je niet harder fietsen dan 10 km/h.
In Oostenrijk zijn speciale fietsstraten (Fahrradstrassen) waar alleen fietsers mogen rijden. Daarnaast is hier alleen bestemmingsverkeer toegestaan, maar andere voertuigen mogen fietsers niet inhalen of hinderen en mogen bovendien niet sneller rijden dan 30 km/h. Dergelijke straten worden aangeduid met een wit vierkant bord met daarin een blauwe cirkel met een witte fiets met daaronder Fahrradstraße.
Fietsen mogen alleen op de stoep worden geplaatst als het trottoir minimaal 2,50 m breed is. Het is verboden fietsen te stallen bij een bus- of tramhalte.
Bij kruispunten met verkeerslichten kan een speciaal rechthoekig wit verkeersbord met een fiets en een groene pijl erop staan dat betekent dat fietsers bij rood licht rechtsaf (of rechtdoor) mogen rijden, mits ze eerst zijn gestopt (Nach Halt) en voorrang hebben verleend aan alle andere weggebruikers (vergelijkbaar met het Nederlandse verkeersbord Rechtsaf voor fietsers vrij.
De Nederlandse verkeersregels vind je hier.
Ga je met de auto naar Oostenrijk, dan ben je verplicht deze spullen bij je te hebben.
Let op: De bestuurder is verplicht om bij pech of een ongeval een veiligheidsvest te dragen. ANWB adviseert dat alle inzittenden een veiligheidsvest dragen. Denk ook aan reservelampen en een reservewiel. De houdbaarheidsdatum van de inhoud van de verbanddoos mag niet verstreken zijn en de verbanddoos moet stevig en vuilbestendig zijn. Controleer bij het huren van een auto altijd of de verplichte uitrusting aanwezig is.
Om in Oostenrijk te komen, rijd je vanuit Nederland door Duitsland. Check hier welke items daar verplicht zijn in de auto:
Verplicht:
Let op: De verbanddoos moet stevig en vuilbestendig zijn. Bij motoren met zijspan en trikes is het ook verplicht een gevarendriehoek mee te nemen.
ANWB Advies: Motorrijders wordt geadviseerd een reflecterend veiligheidsvest mee te nemen voor zichzelf en een eventuele passagier.
Om in Oostenrijk te komen, rijd je vanuit Nederland door Duitsland. Check hier welke items daar verplicht zijn op de motor:
In Oostenrijk is een tolvignet verplicht.
Hier vind je de algemene toegestane maximumsnelheden per voertuig. Blijf altijd ter plaatse opletten of borden anders aangeven, houd dan die maximumsnelheid aan.
Let op: Van 22-5 uur 's nachts geldt op de volgende autosnelwegen (Autobahnen) een maximumsnelheid van 110 km/h: A10 (Tauern), A12 (Inntal), A13 (Brenner) en A14 (Rheintal).
Met aanhangwagen/caravan <750 kg
Met aanhangwagen/caravan >750 kg, combinatie <3.500 kg
Met aanhangwagen/caravan >750 kg, combinatie >3.500 kg
Let op: De ANWB adviseert je om met een caravan of aanhangwagen de Nederlandse maximumsnelheid van 90 km/h aan te houden. Rij hooguit 100 km/h als de maximum constructiesnelheid het toelaat of je combinatie daar geschikt voor is. Dit laatste kun je bijvoorbeeld controleren met de rekentool 'caravantrekker' (anwb.nl/auto/trekauto): als de ANWB het rijden met jouw combinatie een veilig keuze vindt én als de prestaties van de combinatie bij 80 of 90 km/h voldoende zijn (minstens 4 sterren), kun je overwegen 100 km/h te rijden waar dat is toegestaan.
Campers <3.500 kg
Let op: Van 22-5 uur 's nachts geldt op de volgende autosnelwegen (Autobahnen) een maximumsnelheid van 110 km/h: A10 (Tauern), A12 (Inntal), A13 (Brenner) en A14 (Rheintal).
Campers >3.500 kg met/zonder aanhanger
Let op: Van 22-5 uur 's nachts geldt op de volgende autosnelwegen (Autobahnen) een maximumsnelheid van 110 km/h: A10 (Tauern), A12 (Inntal), A13 (Brenner) en A14 (Rheintal).
In een Wohnstrasse (woonerf) is de maximumsnelheid 5 km/h.
Als een verkeersbord met een maximumsnelheid een onderbord heeft waarop werktags met een tijdsperiode wordt vermeld, geldt deze maximumsnelheid ook op zaterdagen (met werktags wordt maandag tot en met zaterdag bedoeld). Als een maximumsnelheid niet in het weekend geldt, vermeldt het onderbord Mo-Fr (Montag-Freitag).
In diverse Oostenrijkse steden, zoals Graz, geldt een maximumsnelheid van 30 km/h. Ook zijn in veel steden, zoals Wenen, talloze 30km-zones aanwezig. Let goed op de borden.
In het kader van de IG-L (Immissionsschutzgesetz-luft), de Oostenrijkse wet die luchtvervuiling tegengaat, kunnen in Oostenrijk snelheidsbeperkingen worden ingesteld op bepaalde autosnelwegen (Autobahnen) als er teveel vervuilende stoffen in de lucht aanwezig zijn. Bij te veel luchtvervuiling mag je in plaats van 130 km/h maar 100 km/h rijden op autosnelwegen. De lagere maximumsnelheid wordt aangegeven op matrixborden boven de weg.
Voor eenvoudige overtredingen waarvoor ter plekke een boete wordt opgelegd, wordt een Organmandat (maximaal € 90) opgelegd. De boete kan direct worden betaald of uiterlijk binnen veertien dagen. Voor eenvoudige overtredingen die door camera's worden vastgelegd, wordt een Anonymverfügung (maximaal € 365) opgelegd. De boete moet je binnen vier weken betalen. Beroep aantekenen is niet mogelijk. Wil je de bekeuring betwisten, dan moet je de boete niet betalen. Als je niet of te laat betaalt, volgt de ‘gewone’ procedure (Verwaltungsverfahren). Bij veroordeling zijn de boetes hoger.
Onderstaande bedragen zijn richtlijnen.
Snelheidsovertreding binnen en buiten de bebouwde kom / Autosnelweg
Door rood licht rijden
Parkeerovertreding
Niet verlenen van voorrang
Rijden zonder veiligheidsgordel
Gebruik mobiele telefoon tijdens het rijden
Rijden onder invloed
Rijden zonder tolvignet
Geen winterbanden of sneeuwkettingen
Boete vanaf € 35
Oostenrijk kent een strafpuntensysteem dat tevens geldt voor buitenlanders. Na drie overtredingen wordt een rijverbod van minimaal drie maanden opgelegd. Een ontzegging van de rijbevoegdheid of een rijverbod voor buitenlanders geldt alleen in Oostenrijk.
Bekeuringen die in Oostenrijk worden opgelegd, kunnen naar het huisadres worden gestuurd. Voor meer informatie, zie anwb.nl/juridisch-advies/op-vakantie.