Verkeersregels in Zwitserland
Voorkom onverwachtse boetes in Zwitserland en lees van tevoren de afwijkende verkeersregels.
Algemene verkeersregels
- Hier worden enkele belangrijke algemene verkeersregels vermeld, waaronder een aantal verkeersregels die afwijken van de Nederlandse.
Veilig rijden
- In Zwitserland geldt de algemene regel dat de bestuurder van een voertuig altijd alle aandacht op de weg en op het verkeer moet richten en geen handelingen mag uitvoeren die het besturen van het voertuig bemoeilijken. Op basis van deze regel kun je als bestuurder een boete krijgen als je tijdens het rijden bijvoorbeeld make-up aanbrengt, je haar kamt, het navigatiesysteem bedient, een afleidend gesprek voert, de krant leest of een sms of WhatsAppbericht typt.
- Bestuurders van motorvoertuigen zijn verplicht om in het verkeer extra te letten op zwakke verkeersdeelnemers, zoals voetgangers en fietsers, en in het bijzonder op kinderen, ouderen en gehandicapten.
Rijden onder invloed
- Het maximaal toegestane alcoholgehalte in het bloed is 0,5 promille.
- Voor bestuurders die hun rijbewijs drie jaar of korter geleden hebben behaald, is het maximaal toegestane alcoholgehalte in het bloed 0,01 promille.
- Sporen van drugs in het bloed zijn niet toegestaan.
Mobiele telefoon
- Het is bestuurders van voertuigen (ook fietsers) verboden tijdens het rijden een mobiele telefoon of een vergelijkbaar apparaat vast te houden.
- Handsfree bellen tijdens het rijden is wel toegestaan, maar dit wordt afgeraden omdat je hierdoor kunt worden afgeleid.
Rijden in de bergen
- Op bergwegen heeft stijgend verkeer voorrang op dalend verkeer, tenzij het stijgende voertuig zich dicht bij een uitwijkplaats bevindt.
- Zware motorvoertuigen, zoals bussen en vrachtwagens, hebben zowel bergop als bergaf voorrang op lichtere motorvoertuigen.
- Soms is op bepaalde (vaak smalle) bergwegen tijdelijk eenrichtingsverkeer ingesteld. Dit wordt aan het begin en einde van de weg aangegeven met borden.
- Op een Bergpoststrasse (Bergpostweg), herkenbaar aan een blauw vierkant bord met een gele signaalhoorn, moeten de aanwijzingen van de postautochauffeur (bijvoorbeeld om te stoppen of terug te rijden) worden opgevolgd.
- Ga voor meer informatie over veilig rijden in de bergen naar anwb.nl/auto/themas/vakantie-met-de-auto/autorijden-in-de-bergen.
Rijden in een tunnel
- Je bent in een tunnel verplicht met dimlicht te rijden (dagrijlicht is onvoldoende).
- Bij een file ben je verplicht een reddingsstrook (Rettungsgasse) vrij te houden voor hulpdiensten. Bovendien moet je je alarmlichten inschakelen en minstens 5 m afstand houden tot je voorganger.
- Ga voor meer informatie over veilig rijden in een tunnel naar anwb.nl/verkeer/buitenland/tunnels/rijden-in-de-tunnel.
Veilig wandelen
- Voetgangers moeten zoveel mogelijk aan de linkerkant van de weg lopen als een voetpad ontbreekt, tenzij dat gevaar voor ze oplevert. Deze regel geldt met name als voetgangers 's avonds buiten de bebouwde kom langs de weg lopen.
- Als speciale omstandigheden (zoals druk verkeer of slecht zicht) dat vereisen, moeten voetgangers die langs de weg lopen, uit veiligheidsoverwegingen achter elkaar lopen.
- Iedereen die in het donker, bij weinig licht of bij slecht zicht langs de weg loopt, wordt geadviseerd een reflector, kleding met reflecterende strepen of een reflecterend veiligheidsvest te dragen.
Basisverkeersregels
- Je moet rechts rijden en links inhalen.
Voorrang
- Op een kruising moet je voorrang verlenen aan bestuurders (ook fietsers) die van rechts komen, tenzij met verkeerstekens anders wordt aangegeven.
- Trams hebben altijd voorrang, behalve als ze een voorrangsweg oprijden. Trams hebben ook voorrang op voetgangers die op een zebrapad willen oversteken.
- Binnen de bebouwde kom moet je voorrang verlenen aan bussen die aangeven een bushalte te willen verlaten.
- Let op: Net als in Nederland hebben voetgangers voorrang wanneer ze bij een zebrapad willen oversteken, maar houd er rekening mee dat voetgangers in Zwitserland vrijwel altijd voorrang krijgen en daarom ook verwachten dat ze voorrang krijgen.
Rotonde
- Als je een rotonde wilt oprijden, moet je voorrang verlenen aan bestuurders die al op de rotonde rijden, tenzij met verkeerstekens anders wordt aangegeven.
Ritsen
- Bij langzaam rijdend verkeer is ritsen verplicht als twee rijstroken worden samengevoegd. Dit betekent het volgende:
- Op de wegvallende rijstrook moeten bestuurders tot vlak voor de versmalling op de eigen rijstrook blijven rijden en dan pas invoegen.
- Op de doorgaande rijstrook moeten bestuurders vlak voor de versmalling om beurten één voertuig de ruimte geven om in te voegen.
- Als je niet doorrijdt tot de versmalling of invoegend verkeer geen voorrang verleent, kun je een boete krijgen.
Reddingsstrook bij file
- In Zwitserland ben je verplicht in een file een reddingsstrook (Rettungsgasse) in het midden vrij te houden voor de hulpdiensten.
- Deze plicht geldt op de Autobahn en andere snelwegen met twee of meer rijstroken per rijrichting (ook binnen de bebouwde kom).
- Begin met het vormen van een reddingsstrook zodra zich een file vormt en het verkeer stapvoets gaat rijden.
- Verkeer op de meest linkse rijstrook moet zo veel mogelijk links gaan rijden en verkeer op de andere rijstroken moet zo ver mogelijk naar rechts.
- Je mag in principe niet op de vluchtstrook rijden, tenzij je tijdelijk verder moet uitwijken voor een naderend voorrangsvoertuig.
- Als je niet meewerkt aan het vormen van een reddingsstrook bij een file, kun je een boete krijgen.
- Let op: Voor motorrijders is het in Zwitserland verboden om over de reddingsstrook te rijden.
Passeren
- Op smalle wegen heeft bij het uitwijken het zwaardere voertuig (zoals een vrachtwagen) voorrang op het lichtere voertuig (zoals een personenauto). Bij gelijkwaardige voertuigen moet het voertuig uitwijken dat zich het dichtst bij een uitwijkplaats bevindt.
Inhalen
- Rijdende trams moet je rechts inhalen, tenzij er rechts onvoldoende ruimte is. Op eenrichtingswegen mag je een tram zowel rechts als links inhalen.
- Je mag een tram die midden op de weg bij een halte stilstaat, alleen rechts inhalen als er een vluchtheuvel aanwezig is waarop de uitgestapte passagiers kunnen wachten. Als die vluchtheuvel er niet is, mag je de tram ook links inhalen. Als dat niet mogelijk is, moet je achter de tram wachten.
- Schoolbussen die bij een halte zijn gestopt en de alarmlichten aan hebben, mag je slechts stapvoets voorbijrijden. Je moet indien nodig stoppen.
- Als op een gelijkwaardige kruising twee elkaar tegemoetkomende bestuurders linksaf willen slaan, moeten ze niet om elkaar heen, maar voor elkaar langs gaan.
- Langs een aantal autowegen zijn als waarschuwing gele knipperlichten aangebracht. Op gedeelten waar deze lampen knipperen, mag niet worden ingehaald.
Parkeren en stilstaan
- Het is verboden stil te staan of te parkeren op plaatsen waar je voertuig niet goed zichtbaar is (zoals na een scherpe bocht of boven aan een heuvel) of een obstakel vormt voor het overige verkeer.
- Het is bovendien verboden stil te staan of te parkeren op de volgende plekken:
- Langs een gele doorgetrokken streep.
- Op wegen met een witte doorgetrokken enkele of dubbele witte streep, tenzij er minstens 3 m ruimte is tussen het voertuig en de streep.
- In onderdoorgangen en tunnels.
- Het is verboden te parkeren aan de linkerkant van de weg (tegen de rijrichting in), ook in parkeervakken aan de linkerkant. In een straat met eenrichtingsverkeer mag je wel aan de linkerkant parkeren.
- Parkeren is bovendien verboden op de volgende plekken:
- Ter hoogte van gele, door strepen verbonden kruisen op de rijbaan.
- Buiten de bebouwde kom 50 m en binnen de bebouwde kom 20 m van een spoorwegovergang.
- In een blauwe zone kun je met een parkeerschijf gratis parkeren.
Parkeren op een helling
- Bij het parkeren op een helling moet je de auto behalve met de handrem nog extra zekeren, bijvoorbeeld door de auto in de laagste versnelling te laten staan en een wiel tegen het trottoir te draaien.
- Bij het parkeren op steilere hellingen moet je bovendien wielblokken, stenen of vergelijkbare items achter een of meer wielen plaatsen.
Geluidssignalen
- Buiten de bebouwde kom is het verplicht om geluidssignalen te geven bij onoverzichtelijke wegsituaties en slecht zicht op smalle wegen om andere weggebruikers te waarschuwen. Overmatig of onnodig gebruik van geluidssignalen is echter verboden.
- 's Nachts moeten bestuurders lichtsignalen geven voor het waarschuwen van andere weggebruikers. Claxonneren is in dat geval alleen toegestaan als dat noodzakelijk is om gevaar af te wenden.
Maximumsnelheid Zwitserland
Binnen bebouwde kom (A) | Buiten bebouwde kom | Autowegen | Autosnelwegen (B) | |
Snorfietsen | 30 | 30 | verboden | verboden |
Bromfietsen | 45 | 45 | verboden | verboden |
Personenauto's en motoren | 50 | 80 | 100 | 120 |
Met aanhangwagen/caravan < 3500 kg | 50 | 80 | 80/100 (C) | 80/100 (C) |
Met aanhangwagen/caravan > 3500 kg | 50 | 80 | 80 | 80 |
Campers < 3500 kg | 50 | 80 | 100 | 120 |
Campers > 3500 kg | 50 | 80 | 100 | 100 |
- A: Binnen de bebouwde kom worden steeds meer 30 km-zones ingesteld, dus let goed op de borden.
- B: Op autosnelwegen die per rijrichting minstens 3 rijstroken hebben, mag de meest linkse rijstrook alleen worden gebruikt door voertuigen (of combinaties van voertuigen) die meer dan 100 km/h kunnen en mogen rijden.
- C: Sinds 1 januari 2021 mag je met een aanhangwagen of caravan met een toegestane maximummassa van < 3500 kg op auto(snel)wegen 100 km/h rijden mits het trekkende voertuig, de aanhanger en de wielen zijn goedgekeurd voor deze snelheid (raadpleeg eventueel de dealer of fabrikant).
- Let op: De ANWB adviseert je om met een caravan of aanhangwagen de Nederlandse maximumsnelheid van 90 km/h aan te houden. Rij hooguit 100 km/h als je combinatie daar geschikt voor is. Je kunt dit bijvoorbeeld controleren met de rekentool 'caravantrekker' (anwb.nl/auto/trekauto). Als de ANWB het rijden met jouw combinatie een veilig keuze vindt én als de prestaties van de combinatie bij 80 of 90 km/h voldoende zijn (minstens 4 sterren), kun je overwegen 100 km/h te rijden waar dat is toegestaan.
- Je bent verplicht je snelheid aan te passen aan de weg- en weersomstandigheden.
- Op autosnelwegen zijn alleen voertuigen toegestaan die ten minste 80 km/h kunnen en mogen rijden.
Flitspaalsignalering
- Het meenemen en gebruiken van radardetectieapparatuur is verboden.
- Ook het meenemen en gebruiken van apparatuur met signalering voor vaste flitspalen of trajectcontroles (zoals navigatieapparatuur, telefoons, tablets en laptops) is verboden. Alle flitspaalinformatie moet van deze apparatuur worden verwijderd.
- Zie voor meer informatie: anwb.nl/juridisch-advies/op-vakantie.
Auto en camper
Verlichting
- In Zwitserland zijn automobilisten verplicht om overdag dimlicht of dagrijlicht te voeren.
- Let op: In tunnels, bij weinig licht en bij slecht zicht is dagrijlicht niet voldoende en moet dimlicht worden gevoerd.
Kinderen
- Kinderen jonger dan 12 jaar en kleiner dan 1,50 m moeten in een goedgekeurd en passend kinderzitje worden vervoerd.
- Kinderen van 12 jaar en ouder of 1,50 m of langer moeten een veiligheidsgordel gebruiken.
- Voor auto's met een Nederlands kenteken gelden in principe de regels voor het vervoer van kinderen in Nederland. Automobilisten wordt echter geadviseerd de regels van Zwitserland te volgen.
Lading
- Lading die naar achteren meer dan 1 m uitsteekt, moet worden gemarkeerd.
- De lading mag niet breder zijn dan de auto, exclusief spiegels.
- Binnen een voertuig mag lading (bijvoorbeeld ski's) alleen op de bodem van dat voertuig worden vervoerd.
Fietsendrager
- In tegenstelling tot andere lading, mogen fietsen achter op een auto aan beide zijkanten maximaal 20 cm uitsteken, mits de fietsen in totaal niet breder zijn dan 2 m.
- Als de fietsendrager de achterlichten en reflectoren van je voertuig geheel of gedeeltelijk bedekt, moet de drager zijn voorzien van een verlichtingsbalk.
Kentekenplaat en NL-sticker
- Als de fietsendrager of bagagebox op je trekhaak de kentekenplaat van je voertuig geheel of gedeeltelijk bedekt, moet je er een witte kentekenplaat op aanbrengen met het kenteken van je voertuig.
- Je moet in dat geval ook een ovale witte NL-sticker aanbrengen op de fietsendrager of bagagebox. Je mag de sticker niet op de witte kentekenplaat plakken. Je kunt de NL-sticker eventueel op een fiets aanbrengen. Een NL-sticker is verkrijgbaar via anwb.nl/webwinkel.
Dashcam
- Het gebruik van een dashboardcamera in je auto kan handig zijn, bijvoorbeeld voor het registreren van een aanrijding. Let op: in sommige landen is het gebruik van een dashcam vanwege data- en privacywetgeving problematisch of zelfs verboden. Kijk voor details op anwb.nl/juridisch-advies.
Slepen
- Slepen is op auto(snel)wegen toegestaan tot de eerste afrit.
- De gesleepte auto moet aan de achterkant een gevarendriehoek voeren en deze moet duidelijk zichtbaar zijn.
- Tijdens het slepen op auto(snel)wegen moeten bovendien de alarmlichten van beide auto's worden ingeschakeld.
- Een sleepkabel mag maximaal 8 m lang zijn, een sleepstang 5 m. De verbinding moet op een duidelijke wijze zijn gemarkeerd.
- Bij het slepen geldt een maximumsnelheid van 40 km/h.
Caravan en aanhangwagen
Afmetingen, maxima
Nederland | Zwitserland | opm. | |
Breedte combinatie (excl. spiegels) | 2,55 m | 2,55 m | |
Hoogte combinatie | 4 m | 4 m | |
Lengte aanhanger (incl. dissel) | 12 m | 12 m | (A) |
Lengte combinatie | 18 m | 18,75 m | (A) |
- A: Een eventuele fietsendrager achterop wordt meegerekend in de lengte.
Spiegels
- Een voertuig dat een caravan trekt, moet zijn uitgerust met achteruitkijkspiegels aan de linker- en de rechterzijde. De spiegels moeten zicht naar achteren bieden over een afstand van minstens 100 m.
Wielkeg
- Het is verplicht een wielkeg mee te nemen voor auto's met een Zwitsers kenteken die een aanhanger trekken van meer dan 750 kg.
- De wielen van een geparkeerde auto met een aanhanger of een losgekoppelde aanhanger moeten ook op een geringe helling met een of meer wielkeggen worden vastgezet.
Veiligheidskabel
- Het is verplicht elke caravan of aanhangwagen te zekeren met een veiligheidskabel: een losbreekkabel bij een geremde aanhanger of een hulpkoppeling (vaste staalkabel) bij een ongeremde aanhanger. In Zwitserland gelden dezelfde regels als in Nederland: hang de kabel niet los over de trekhaak, maar bevestig hem altijd ook aan een oog of beugel aan de trekhaak of het chassis van het trekkende voertuig.
- Ga naar anwb.nl/kamperen/caravan/rijden-met-de-caravan/koppeling/losbreekkabel voor meer informatie over het bevestigen van een losbreekkabel.
- Let op: Als je een afneembare trekhaak hebt, wordt in Zwitserland ten zeerste aangeraden om de veiligheidskabel te bevestigen aan een oog of beugel aan het chassis van het trekvoertuig (en niet aan een oog of beugel aan de afneembare trekhaak). Zie ook tcs.ch/de/camping-reisen/camping-insider/ratgeber/sicheres-reisen/anhaenger-abreissleine-richtig-befestigen (Duitstalig).
Rijstroken
- Een auto met een caravan of aanhangwagen mag op autosnelwegen met drie of meer rijstroken in één richting niet op de meest linkse rijstrook rijden, tenzij dat noodzakelijk is om linksaf te slaan.
Motor
Helm
- Het dragen van een helm is verplicht voor bestuurder en passagier.
- De bestuurder van een motor moet ervoor zorgen dat een meerijdend kind onder de 12 jaar een helm draagt.
- Op een trike of quad is het dragen van een helm verplicht tenzij het voertuig een gesloten cabine heeft of de zitplaatsen zijn uitgerust met veiligheidsgordels.
Verlichting
- Ook overdag moet dimlicht worden gevoerd.
- Het is motorrijders ook toegestaan om overdag dagrijlicht te voeren. Let op: In tunnels, bij weinig licht en bij slecht zicht is dagrijlicht niet voldoende en moet dimlicht worden gevoerd.
Passagiers
- Op een motor mag één passagier worden vervoerd mits deze de voeten op voetsteunen kan laten rusten.
- Een kind jonger dan 7 jaar mag alleen in een geschikt kinderzitje worden vervoerd.
Aanhanger
- Er mag een aanhanger met één as aan een motor worden gekoppeld.
Filerijden
- Het is Zwitserland verboden om in een file tussen de stilstaande of langzaam rijdende auto's door te rijden.
- Motorrijders mogen ook niet over de reddingsstrook rijden.
Naast elkaar rijden
- Het is verboden om naast elkaar te rijden.
Parkeren
- In Zwitserland kunnen motoren in steden worden verwezen naar betaalde parkeerplekken voor motoren.
Bromfiets en snorfiets
- In Zwitserland wordt een bromfiets een Kleinmotorrad en een snorfiets een Motorfahrrad genoemd.
- Een Kleinmotorrad mag niet sneller kunnen dan 45 km/h; hiervoor gelden de verkeersregels voor motoren.
- Een Motorfahrrad mag niet sneller kunnen dan 30 km/h; hiervoor gelden de verkeersregels voor fietsen.
- Voor een elektrische bromfiets met een constructiesnelheid van 45 km/h (zoals een elektrische huurscooter) gelden dezelfde regels als voor een bromfiets (Kleinmotorrad) met een benzinemotor.
Helm
- Het dragen van een helm is verplicht voor zowel de bestuurder als een eventuele passagier van een snor- of bromfiets.
- Op een snorfiets moet je een goedgekeurde bromfietshelm (norm ECE 22.05 of 22.06) of een goedgekeurde fietshelm (norm EN1078) dragen.
- Op een bromfiets moet je een goedgekeurde bromfietshelm (norm ECE 22.05 of 22.06) dragen.
- De bestuurder van een snor- of bromfiets moet ervoor zorgen dat een meerijdend kind onder de 12 jaar een helm draagt.
Verlichting
- Het voeren van dimlicht overdag is verplicht op zowel een snor- als een bromfiets.
Passagiers
- Op een bromfiets mag maximaal 1 passagier worden vervoerd op een daartoe bestemde zitplaats (duo- of buddyseat), mits er ook voetsteunen aanwezig zijn.
- Kinderen jonger dan 7 jaar moeten in een kinderzitje worden vervoerd.
Aanhanger
- Het is toegestaan een aanhanger met één as aan een snor- of bromfiets te koppelen.
Plaats op de weg
- Snorfietsers moeten gebruikmaken van een fietspad of fietsstrook, indien aanwezig.
- Bromfietsers moeten gebruikmaken van de rijbaan.
Inhalen
- Brom- en snorfietsers mogen een rij stilstaande voertuigen niet inhalen door tussen de voertuigen door te slalommen.
Fiets
- De hierna vermelde verkeersregels voor een fiets gelden ook voor een elektrische fiets met trapondersteuning tot 25 km/h en een vermogen tot 500 watt (Leicht-Motorfahrrad).
- Let op: Voor de elektrische fiets gelden wel de volgende afwijkende regels:
- De minimumleeftijd voor het rijden op een standaard elektrische fiets is 14 jaar. Kinderen van 14 tot 16 jaar hebben een speciaal rijbewijs van categorie M nodig om op een elektrische fiets te mogen fietsen.
- Op een elektrische fiets is ook overdag licht verplicht.
- Een elektrische fiets moet zijn uitgerust met een bel.
- Voor een speedpedelec met trapondersteuning tot 45 km/h gelden speciale regels (zie verderop).
Helm
- Het dragen van een fietshelm voor het rijden op een gewone fiets of een elektrische fiets is niet verplicht. Het wordt echter wel geadviseerd. (Voor een speedpedelec is een helm verplicht.)
Mobiele telefoon
- Het is fietsers verboden tijdens het rijden een telefoon vast te houden.
Hoofdtelefoon of oortjes
- Fietsers moeten alle aandacht bij het verkeer houden, het is daarom niet toegestaan om een hoofdtelefoon of oortjes te dragen tijdens het fietsen.
Verlichting en overige vereisten
- Fietsen moeten in het donker en bij slecht zicht zijn voorzien van vaste of los te bevestigen lampen. Voor op de fiets moet het licht de kleur wit of geel hebben en achter op de fiets de kleur rood.
- Let op: Sinds 1 april 2022 moet je op de elektrische fiets en de speedpedelec ook overdag je licht laten branden.
- De fiets moet voor een witte reflector hebben, achter een rode (beide minimaal 10 cm² groot) en oranje reflectoren op de pedalen.
- Ook moet de fiets zijn voorzien van goed werkende remmen. Een bel is niet verplicht.
Passagiers
- Alleen personen ouder dan 16 jaar mogen een passagier op de fiets vervoeren, mits de fiets is uitgerust met een extra zitplaats voor een passagier.
- Kinderen tot minimaal 7 jaar moeten in een goedgekeurd kinderzitje worden vervoerd dat ook het hoofd van het kind beschermt. Bovendien moeten de voeten van het kind op in hoogte verstelbare steunen worden vastgezet en moeten de benen voldoende worden beschermd.
Fietsende kinderen
- Kinderen jonger dan 6 jaar mogen alleen onder begeleiding van iemand van 16 jaar of ouder op de openbare weg fietsen.
- Kinderen tot en met 12 jaar mogen op de stoep fietsen, tenzij er een fietspad of fietsstrook beschikbaar is. Ze mogen slechts stapvoets over de stoep rijden en ze mogen voetgangers niet hinderen.
Aanhanger
- Het is toegestaan om te rijden met een fiets waaraan een aanhanger van maximaal 1 m breed is gekoppeld.
- Een fiets met aanhanger is alleen toegestaan op een fietspad als het pad zo breed is dat andere fietsers nog kunnen inhalen.
- In een hiervoor ontworpen aanhanger die voldoende bescherming biedt, mogen twee kinderen worden vervoerd. Het totale gewicht ervan met lading mag niet meer bedragen dan 80 kg.
Naast elkaar rijden
- Fietsers mogen alleen op een fietspad of een fietsstrook en op erven naast elkaar rijden.
- Ook is het toegestaan om naast elkaar te fietsen wanneer de weg minimaal 8 m breed is en er veel (brom)fietsverkeer is.
Rechts inhalen
- Fietsers mogen een rij stilstaande of langzaam rijdende voertuigen voorzichtig rechts inhalen.
- Het is niet toegestaan om tussen stilstaande voertuigen door te slalommen.
- Een fietser mag ook niet vóór een stilstaand voertuig stilstaan, maar moet zoveel mogelijk rechts houden.
Plaats op de weg
- Met een fiets of standaard elektrische fiets moet je op het fietspad rijden, als dat aanwezig is.
- Als er een fietspad ontbreekt, moet je zoveel mogelijk aan de rechterkant van de weg rijden.
- Als door middel van een bord wordt aangegeven dat een weg verboden is voor gemotoriseerd verkeer, mag een standaard elektrische fiets hier wel rijden, maar een speedpedelec niet (tenzij de motor wordt uitgeschakeld).
Rechtsaf bij rood
- Bij sommige verkeerslichten kan een verkeersbord aanwezig zijn dat aangeeft dat fietsers bij rood licht rechtsaf mogen, mits ze alle andere weggebruikers op de juiste wijze voorrang verlenen.
- Dit is een vierkant zwart bordje met een gele fiets en een gele pijl dat aan het verkeerslicht is bevestigd.
Parkeren
- Fietsen mogen alleen op het trottoir worden geplaatst als er minimaal 1,50 m trottoirbreedte overblijft voor voetgangers.
Speedpedelec
- Zwitserland heeft specifieke verkeersregels voor een speedpedelec met trapondersteuning tot 45 km/h en een vermogen van maximaal 1000 watt (S-Pedelecs).
- De minimumleeftijd voor het rijden op een speedpedelec is 14 jaar. Bestuurders hebben tot 16 jaar een speciaal rijbewijs van categorie M nodig om op een speedpedelec te mogen fietsen. Vanaf 16 jaar is een rijbewijs niet nodig (in Nederland is de minimumleeftijd 16 jaar en is een bromfietsrijbewijs verplicht).
- Een bestuurder van een speedpedelec moet een goedgekeurde fietshelm (norm EN1078) dragen. Voor zover bekend is een speedpedelec-helm (norm NTA 8776) in dat geval ook toegestaan.
- Speedpedelecs moeten waar mogelijk op het fietspad fietsen.
- Als door middel van een bord wordt aangegeven dat een weg verboden is voor gemotoriseerd verkeer, mag een speedpedelec alleen op die weg rijden met een uitgeschakelde motor.
- Vanaf 1 april 2022 moet je op een speedpedelec ook overdag licht voeren, zodat je beter zichtbaar bent voor andere weggebruikers.
Fietsendrager
- Regels voor het vervoer van fietsen op een fietsendrager vind je bij Auto en camper.
Elektrische step
- In Zwitserland wordt een elektrische step een E-Trottinett, of kortweg E-Trotti, en ook wel E-Scooter genoemd.
- Je mag met een elektrische step op de openbare weg rijden mits aan de eisen wordt voldaan.
Eisen
- De elektrische step mag een maximumvermogen hebben van 500 watt, mag niet sneller kunnen dan 20 km/h en moet uitgerust zijn met een bel, remmen, verlichting en reflectoren.
- Minimumleeftijd: 16 jaar.
- Rijbewijs: niet nodig (kinderen van 14-16 jaar mogen alleen op de elektrische step met een speciaal Zwitsers rijbewijs van categorie M).
- Helm: niet verplicht, maar wordt wel aangeraden.
Verkeersregels
- Je moet je houden aan de verkeersregels en verkeerstekens voor fietsers.
- Je moet op het fietspad rijden als dat aanwezig is en anders op de rijbaan.
- Het is verboden op de stoep te rijden.
- Je mag alleen in voetgangersgebieden rijden als met een verkeersbord wordt aangegeven dat fietsers (Radfahrer) zijn toegestaan.
- De maximumsnelheid is 20 km/h.
- Let op: Het is verplicht (sinds 1 april 2022) om ook overdag licht te voeren op een elektrische step.
- Met twee personen op een elektrische step rijden is verboden.
- Het maximaal toegestane alcoholgehalte in het bloed is 0,5 promille.
- Een telefoon vasthouden is verboden.
Parkeren
- Je moet bij het parkeren op de stoep zorgen dat er een doorgang van 1,5 m ruimte overblijft voor voetgangers.
Verzekering
- In Zwitserland is een speciale aansprakelijkheidsverzekering voor een elektrische step niet verplicht.
- Controleer bij het huren van een elektrische step de verzekeringsvoorwaarden in het huurcontract.
Winterbanden en winterregels
Winterbanden
- Aangeraden bij winterse omstandigheden - Het gebruik van winterbanden is niet verplicht, maar wordt dringend aangeraden. Je kunt namelijk een boete krijgen als je bij winterse omstandigheden in een auto zonder winterbanden rijdt en het overige verkeer hindert of jezelf en eventuele passagiers in gevaar brengt omdat je banden onvoldoende grip hebben op het wegdek.
- De ANWB adviseert je winterbanden te gebruiken met het sneeuwvloksymbool (3PMSF). Meer informatie: anwb.nl/winterbanden.
- Als je op zomerbanden rijdt tijdens winterse omstandigheden en betrokken raakt bij een ongeval, bestaat de kans dat je (mede)aansprakelijk wordt gesteld voor het ongeval omdat je het verkeer onnodig in gevaar hebt gebracht.
- Let op: In Luxemburg en Duitsland is het rijden op winterbanden verplicht bij winterse omstandigheden.
Sneeuwkettingen
- Verplicht bij bord - Het gebruik van sneeuwkettingen is verplicht als dat wordt aangegeven met een rond, blauw verkeersbord waarop een autoband met een sneeuwketting staat en de weg bedekt is met sneeuw of ijs. Je wordt daarom aangeraden in de winterperiode sneeuwkettingen mee te nemen in de auto.
- Soms is het blauwe bord sneeuwkettingen verplicht voorzien van een onderbord met de tekst 4 x 4 ausgenommen dat aangeeft dat sneeuwkettingen niet verplicht zijn voor auto's met vierwielaandrijving.
- Hoewel sneeuwkettingen alleen verplicht zijn als dat met een bord wordt aangegeven, kun je toch een boete krijgen als je op zomerbanden zonder sneeuwkettingen door de sneeuw rijdt en het andere verkeer hindert (omdat je banden onvoldoende grip hebben op het wegdek).
- Sneeuwkettingen moeten op ten minste twee aangedreven wielen worden gemonteerd.
- De maximumsnelheid bij het gebruik van sneeuwkettingen is 50 km/h.
Alternatieven
- Als sneeuwkettingen verplicht zijn, mag je in plaats van metalen sneeuwkettingen ook kunststof sneeuwkettingen of sneeuwsokken gebruiken.
- Deze alternatieven voor metalen sneeuwkettingen moeten voldoen aan de Europese norm EN 16662-1:2020 of zijn voorzien van het Zwitserse certificaat KD-0454/20.
Meer informatie
- Lees meer over sneeuwkettingen en sneeuwsokken op anwb.nl/webwinkel/sneeuwkettingen-informatie.
Spijkerbanden
- Toegestaan in winterperiode - Het gebruik van spijkerbanden is toegestaan van 1 november t/m 30 april.
- Als de toestand van de weg of de weersomstandigheden dat vereisen kan het gebruik van spijkerbanden ook buiten deze periode worden toegestaan voor bepaalde wegen, vooral in berggebieden.
- Het gebruik van spijkerbanden is verboden op autosnelwegen en bepaalde autowegen, maar is wel toegestaan op de A13 tussen Thusis en Mesocco (San Bernardinotunnel) en op de A2 tussen Göschenen en Airolo (Sint Gotthardtunnel).
- De maximumsnelheid bij het gebruik van spijkerbanden is 80 km/h.
- Achter op een auto met spijkerbanden moet een ronde sticker worden bevestigd die de toegestane maximumsnelheid van 80 km/h aangeeft.
- Als spijkerbanden worden gebruikt, moeten die op alle wielen gemonteerd worden.
- De spijkers mogen niet langer zijn dan 1,5 mm.
Bijzonderheden
Auto ijs- en sneeuwvrij
- Je bent verplicht om voor het wegrijden alle ruiten, spiegels en lampen van je auto sneeuw- en ijsvrij te maken. Neem daarom een ijskrabber mee in de auto.
- Ook ben je verplicht om eventuele sneeuw van het dak te verwijderen en te zorgen dat de kentekenplaat leesbaar is.
- Let op: Het is verboden om tijdens het krabben van de ruiten de motor te laten draaien.
Verkeersborden
- De verkeersborden in Zwitserland wijken nauwelijks af van die in Nederland.
- De taal op de verkeersborden kan Duits, Frans of Italiaans (soms Reto-Romaans) zijn, afhankelijk van de taal die in het kanton wordt gesproken.
Auto en motor
- Het bord dat een auto(snel)weg aanduidt, heeft een groene in plaats van blauwe achtergrond.
- Een wit rond bord met een zwart getal en een brede rode rand waarin de witte tekst Generell, Limite générale, Limite generale of Limita generala is geplaatst, geeft de algemeen geldende maximumsnelheid aan binnen de bebouwde kom.
- Een rond wit bord met een rode rand en een naar links (of rechts) afbuigende zwarte pijl met een diagonale rode streep erdoor betekent: Verboden links (of rechts) af te slaan.
- Een wit driehoekig verkeersbord met een rode rand met daarop een zwarte rotswand met vallende stenen waarschuwt voor het risico van vallende stenen of stenen op de rijbaan.
- Een blauw vierkant bord met een gele posthoorn erop geeft een bergpostweg aan. Hier moet je voorrang verlenen aan het openbaar vervoer, zoals de postauto (een gele bus) en de aanwijzingen van de bestuurder daarvan opvolgen. Als de drietonige hoorn van de postauto klinkt, moet je bijvoorbeeld wachten bij een haarspeldbocht.
- Een rond blauw bord met daarop een autoband met een sneeuwketting betekent dat sneeuwkettingen verplicht zijn.
- Een rond blauw bord met een wit getal erop (bijvoorbeeld 30) geeft de minimumsnelheid aan.
- Op een verkeersbord boven een rijstrook kan met een zwart silhouet van een auto met daarin de witte tekst 2+ (of 3+ of 4+) worden aangegeven dat je alleen op deze rijstrook mag rijden als je met ten minste 2 (of 3 of 4) personen in de auto zit.
Overige
- Een rond wit borden met een rode rand waarbinnen in het zwart iemand op ski's of iemand op een slee staat afgebeeld, geeft aan dat skiën of sleetjerijden verboden is.
- Een rond wit bord met een rode rand en een zwarte schoen met vier wieltjes eronder geeft aan dat skeeleren, rolschaatsen, skateboarden, waveboarden enzovoort verboden is.
Aanduidingen
Duits (Frans / Italiaans) | Nederlands |
Ausfahrt (sortie / uscita) | Uit, afrit |
Begegnungszone | Woonerf (maximumsnelheid 20 km/h) |
Bis (jusqu'a / fino a) | Tot (aan) |
Stau (bouchon / coda) | File |
Gefahr (danger / pericoli) | Gevaar |
Generell (limite générale / limite generale) | Algemeen geldende maximumsnelheid (binnen bebouwde kom) |
Geschlossen (fermé / chiuso) | Gesloten |
Offen (ouvert / aperto) | Open |
Polizei (police / polizia) | Politie |
Zoll (douane / dogana) | Douane |