Verkeersregels in Luxemburg
Tot welke leeftijd moet je kind in een kinderzitje? En hoe hard mag je rijden in Luxemburg?
Algemene verkeersregels
- Hier worden enkele belangrijke algemene verkeersregels vermeld, waaronder een aantal verkeersregels die afwijken van de Nederlandse.
Veilig rijden
Rijden onder invloed
- Het maximaal toegestane alcoholgehalte in het bloed is 0,5 promille.
- Voor bestuurders die nog geen twee jaar het rijbewijs hebben, is het maximum 0,2 promille.
- Het is verboden te rijden onder invloed van drugs.
Mobiele telefoon
- Het is bestuurders van voertuigen (ook fietsers) verboden tijdens het rijden een mobiele telefoon vast te houden.
- Handsfree bellen is wel toegestaan, mits de telefoon in een houder is geplaatst en je de telefoon niet met de hand hoeft te bedienen.
- Het is bovendien verboden om op een apparaat met een verlicht scherm te kijken, behalve op een geïntegreerd scherm voor navigatiedoeleinden.
- Let op: Het is ook verboden je telefoon los op een stoel of bijvoorbeeld in een bekerhouder in de auto te laten rondslingeren.
Rijden in de bergen
- Op smalle bergwegen heeft stijgend verkeer voorrang op dalend verkeer. Indien nodig moet het kleinste voertuig achteruitrijden.
- Ga voor meer informatie over veilig rijden in de bergen naar anwb.nl/auto/themas/vakantie-met-de-auto/autorijden-in-de-bergen.
Rijden in een tunnel
- Je bent in een tunnel verplicht met dimlicht te rijden (dagrijlicht is onvoldoende).
- Ook bij een file in een tunnel ben je verplicht een reddingsstrook (Rettungsgasse) vrij te houden voor hulpdiensten (zie ook verderop). Bovendien moet je je alarmlichten inschakelen en minstens 5 m afstand houden ten opzichte van je voorganger.
- Ga voor meer informatie over veilig rijden in een tunnel naar anwb.nl/verkeer/buitenland/tunnels/rijden-in-de-tunnel.
Basisverkeersregels
- Je moet rechts rijden en links inhalen.
Voorrang
- Op een kruising moet je voorrang verlenen aan bestuurders die van rechts komen, tenzij met verkeerstekens anders wordt aangegeven.
- Je moet bussen en schoolbussen die de halte verlaten, voorrang verlenen.
Rotonde
- Vaak zijn rotondes voorzien van een voorrangsbord en haaientanden en moet je als je een rotonde wilt oprijden, voorrang verlenen aan bestuurders die al op de rotonde rijden.
- Ontbreken het voorrangsbord en/of de haaientanden, dan moet je als je op de rotonde rijdt, voorrang verlenen aan bestuurders van rechts (bestuurders die de rotonde willen oprijden).
- Je bent verplicht richting aan te geven als je op de rotonde naar de linkerrijstrook wilt gaan en als je de rotonde wilt verlaten.
Passeren
- Als op een kruising twee elkaar tegemoetkomende bestuurders allebei linksaf willen slaan, dan moeten zij voor elkaar langs gaan (en niet om elkaar heen).
Inhalen
- Bij het inhalen moeten bestuurders altijd, ook wanneer ze een fietser of motorrijder inhalen, hun richtingaanwijzer gebruiken.
- Op eenrichtingswegen mag een bestuurder ook rechts inhalen.
- Op bruggen waarvan de weg smaller is dan 6 m, is inhalen verboden.
Reddingsstrook bij file
- In Luxemburg ben je verplicht in een file een reddingsstrook (Rettungsgasse/couloir de secours) in het midden vrij te houden voor de hulpdiensten.
- Deze plicht geldt op alle wegen met minstens twee rijstroken per rijrichting.
- Begin met het vormen van een reddingsstrook zodra zich een file vormt en het verkeer stapvoets gaat rijden.
- Verkeer op de meest linkse rijstrook moet zo veel mogelijk links gaan rijden en verkeer op de andere rijstroken moet zo ver mogelijk naar rechts.
- Je mag ook de vluchtstrook gebruiken om de reddingsstrook te vormen.
- Als je niet meewerkt aan het vormen van een reddingsstrook bij een file, kun je een boete krijgen.
- Let op: Voor motorrijders is het in Luxemburg verboden om over de reddingsstrook te rijden.
- Het is verplicht om bij het naderen van een file de waarschuwingslichten te laten knipperen om medeweggebruikers te waarschuwen.
Stilstaan en parkeren
- Je mag een voertuig onder andere op de volgende plaatsen niet laten stilstaan:
- Op bruggen en in tunnels.
- Binnen 5 m van een voetgangers- en/of fietsoversteekplaats.
- Binnen 12 m van een tram- of bushalte.
- Het is verboden te parkeren aan de linkerkant van de weg (tegen de rijrichting in), ook in parkeervakken aan de linkerkant. In een straat met aan de rechterkant een stop- of een parkeerverbod en in een straat met eenrichtingsverkeer mag je wel aan de linkerkant parkeren.
- Bij het parkeren moet een bestuurder minimaal 1 m afstand tot andere geparkeerde voertuigen houden.
- Parkeren is onder andere verboden op de volgende plaatsen:
- Ter hoogte van een witte zigzagstreep.
- Langs een gele streep aan de zijkant van de weg of op de rand van het trottoir.
Geluidssignalen
- Buiten de bebouwde kom is het overdag toegestaan te claxonneren om andere weggebruikers te waarschuwen. Tussen zonsondergang en zonsopgang moeten hiervoor lichtsignalen worden gebruikt, tenzij geluidssignalen absoluut noodzakelijk zijn.
- Binnen de bebouwde kom is claxonneren alleen toegestaan in het geval van dreigend gevaar.
Rijstroken
- Het rijden op een busbaan is streng verboden.
Maximumsnelheid Luxemburg
Binnen bebouwde kom (A) | Buiten bebouwde kom | Autosnelwegen | |
Bromfietsen | 45 | 45 | verboden |
Personenauto's en motoren | 50 | 90 | 130 (B) |
Personenauto's en motoren met aanhangwagen/caravan | 50 | 75 | 90 |
Campers < 7500 kg | 50 | 90 | 130 (B) |
Campers > 7500 kg | 50 | 75 | 90 |
- A: In veel woonwijken geldt een maximumsnelheid van 30 km/h.
- B: Bij regen of andere neerslag en ook bij een nat wegdek geldt een lagere maximumsnelheid van 110 km/h. Deze lagere maximumsnelheid geldt ook als die nog niet wordt aangegeven op de matrixborden.
- Als de luchtkwaliteit slecht is (te veel ozon in de lucht), kan op autosnelwegen de maximumsnelheid worden verlaagd naar 90 km/h. Dit wordt aangegeven op matrixborden boven de weg met de tekst Alerte ozone vitesse 90 km/h.
- Op enkele driestrookswegen (2+1) geldt een maximumsnelheid van 110 km/h (90 km/h bij neerslag).
- In tunnels geldt een maximumsnelheid van 90 km/h.
- De maximumsnelheid in voetgangerszones en op woonerven bedraagt 20 km/h.
- Op delen van de autosnelwegen A1 en A6 rond de stad Luxemburg geldt een verlaagde maximumsnelheid van 90 km/h. Let op de maximumsnelheidsborden.
Flitspaalsignalering
- Het meenemen en gebruiken van radardetectieapparatuur is verboden.
- Voor zover bekend is het gebruik van apparatuur met signalering voor vaste flitspalen of trajectcontroles (zoals navigatieapparatuur en telefoons) toegestaan, mits het gezichtsveld van de bestuurder hierdoor niet wordt beperkt.
Auto en camper
Verlichting
- In Luxemburg wordt geadviseerd overdag dimlicht of dagrijlicht te voeren.
- In tunnels is dimlicht verplicht.
- Wanneer het zicht beperkt is tot minder dan 100 m als gevolg van mist, sneeuwval of hevige regen, moet dimlicht worden gebruikt.
- Een mistachterlicht mag alleen worden gebruikt bij mist met een zicht van minder dan 50 m.
Kinderen
- Kinderen die jonger zijn dan 3 jaar, mogen alleen in een goedgekeurd en passend kinderzitje worden vervoerd.
- Kinderen van 3 tot 18 jaar die kleiner zijn dan 1,50 m, moeten in een goedgekeurd en passend kinderzitje of op een goedgekeurde en passende zittingverhoger worden vervoerd.
- Kinderen tot 18 jaar die meer dan 36 kg wegen, mogen een gewone veiligheidsgordel of heupgordel gebruiken. Ze mogen echter in dat geval niet voorin zitten.
- In een taxi moeten kinderen jonger dan 3 jaar in een goedgekeurd kinderzitje worden vervoerd, maar mogen kinderen tussen de 3 en 18 jaar die kleiner zijn dan 1,50 m, eventueel ook een gewone veiligheidsgordel dragen, mits ze achterin zitten.
- Als een kind met de rug naar voren voorin in een kinderzitje wordt vervoerd, moet de airbag uitgeschakeld zijn.
Lading
- Lading mag naar voren en achteren niet meer dan 1 m uitsteken.
- Wanneer de lading meer dan 1 m naar achteren uitsteekt, moet de lading zijn voorzien van een reflecterend rood of markeringsbord van ten minste 40 x 40 cm met diagonale rode en witte strepen of een rode vlag van 40 X 40 cm. Een dergelijk bord is onder andere verkrijgbaar via anwb.nl/webwinkel onder de naam Markeringsbord Italië Spanje. In het donker en bij slecht zicht moet lading die meer dan 1 m naar achteren uitsteekt, bovendien zijn voorzien van een rood licht.
- In de breedte mag de lading niet meer dan 20 cm uitsteken.
- Wanneer de lading aan een of beide zijden meer dan 20 cm uitsteekt, moet deze in het donker en bij slecht zicht worden gemarkeerd met een niet-driehoekige reflector die aan de voorkant wit een de achterkant rood is.
Fietsendrager
- Fietsen mogen aan beide kanten niet meer dan 20 cm uitsteken.
- Als de fietsendrager de achterlichten en reflectoren van je voertuig geheel of gedeeltelijk bedekt, moet de drager zijn voorzien van een verlichtingsbalk.
Kentekenplaat en NL-sticker
- Als de fietsendrager of bagagebox op je trekhaak de kentekenplaat van je voertuig geheel of gedeeltelijk bedekt, moet je er een witte kentekenplaat op aanbrengen met het kenteken van je voertuig.
- Je moet in dat geval ook een ovale witte NL-sticker aanbrengen op de fietsendrager of bagagebox. Je mag de sticker niet op de witte kentekenplaat plakken. Je kunt de NL-sticker eventueel op een fiets aanbrengen. Een NL-sticker is verkrijgbaar via anwb.nl/webwinkel.
Dashcam
- Het gebruik van een dashboardcamera in je auto kan handig zijn, bijvoorbeeld voor het registreren van een aanrijding. Let op: in sommige landen is het gebruik van een dashcam vanwege data- en privacywetgeving problematisch of zelfs verboden. Kijk voor details op anwb.nl/juridisch-advies.
Slepen
- Op autosnelwegen mag je een auto met pech slepen tot de eerste afrit, op andere autowegen tot de eerste garage.
Zelf repareren
- Het is in Luxemburg niet verboden om bij pech je voertuig te repareren langs de weg maar het is bij een reparatie langs de openbare weg wel verboden om onder je auto te gaan liggen of zo te gaan liggen dat delen van je lichaam uitsteken aan de kant waar het verkeer langsrijdt.
- Het is ook verboden om gereedschappen en onderdelen aan die kant neer te leggen.
Caravan en aanhangwagen
Afmetingen, maxima
Nederland | Luxemburg | opm. | |
Breedte combinatie (excl. spiegels) | 2,55 m | 2,55 m | |
Hoogte combinatie | 4 m | 4 m | |
Lengte aanhanger (incl. dissel) | 12 m | 12 m | (A, B) |
Lengte combinatie | 18 m | 18,75 m | (B) |
- A: Voor een voertuig met een Luxemburgs kenteken dat een aanhanger trekt met een toegestane maximummassa van 3500 kg, geldt een maximumlengte van 8 m.
- B: Een eventuele fietsendrager achterop wordt meegerekend in de lengte.
Afstand houden
- Voertuigen of voertuigcombinaties met een toegestane maximummassa van meer dan 3500 kg of een lengte van meer dan 7 meter moeten ten opzichte van een vrachtwagen of auto met aanhanger vóór hen een afstand aanhouden van minstens 50 m.
- Als je dus met een auto-caravancombinatie (van meer dan 7 meter) achter een vrachtauto of een andere auto met caravan rijdt, moet je zorgen dat de afstand tussen jou en je voorganger minstens 50 m bedraagt.
Motor
Helm
- Het dragen van een helm is verplicht voor zowel bestuurder als passagier.
- De bestuurder en passagier(s) van een trike of quad moeten een helm dragen tenzij hun zitplaats is voorzien van een veiligheidsgordel.
- De regel dat een helm moet zijn voorzien van reflecterende elementen, geldt alleen voor helmen die in Frankrijk worden verkocht. Nederlandse motorrijders hoeven daarom geen reflecterende stickers op hun helm te plakken.
Handschoenen
- Motorrijders en hun passagiers zijn verplicht handschoenen te dragen. Dit moeten handschoenen met een CE-markering zijn.
Mobiele telefoon
- Het is motorrijders verboden tijdens het rijden een telefoon vast te houden.
Hoofdtelefoon of oortjes
- Het gebruik van een hoofdtelefoon of oortjes voor bijvoorbeeld mobiel bellen of luisteren naar muziek, is verboden op de motor.
- Alleen een communicatiesysteem dat volledig in de helm is geïntegreerd, is toegestaan.
Verlichting
- Het voeren van dimlicht overdag is verplicht.
Passagiers
- Het vervoeren van een passagier is toegestaan, mits er een speciale zitplaats (duo- of buddyseat), voetsteunen en handgrepen aanwezig zijn.
- Ook passagiers moeten een helm en handschoenen dragen.
- Kinderen tot vijf jaar moeten worden vervoerd in een speciaal goedgekeurd kinderzitje met veiligheidsgordels dat op de motor of in het zijspan kan worden vastgezet. Kinderen vanaf vijf jaar moeten hun voeten op voetsteunen kunnen laten rusten.
- Het wordt in Frankrijk sterk afgeraden om kinderen die jonger zijn dan acht jaar, op de motor te vervoeren.
Aanhanger
- Motoren mogen een aanhanger trekken waarvan het maximale gewicht, inclusief lading, niet meer mag zijn dan de helft van het leeggewicht van de bromfiets.
- Een aanhanger die (leeg of beladen) meer dan 80 kg weegt, moet een eigen remsysteem hebben.
Filerijden
- Het is in Frankrijk verboden om met je motor in een file tussen de rijen stilstaande of langzaam rijdende auto's door te rijden.
- In 21 departementen is op sommige wegen filerijden bij wijze van proef wel toegestaan.
Proef met filerijden
- Sinds 2 augustus 2021 is voor motoren (en trikes die smaller zijn dan 1m) filerijden bij wijze van proef in 21 Franse departementen toegestaan. Deze proef duurt drie jaar.
- Filerijden is toegestaan in de volgende departementen:
- Acht departementen in de regio Île-de-France (rond Parijs): Essonne, Hauts-de-Seine, Paris, Seine-et-Marne, Seine-Saint-Denis, Val-de-Marne, Val-d'Oise en Yvelines.
- Overige departementen: Alpes-Maritimes, Bouches-du-Rhône, Drôme, Gironde, Haute-Garonne, Hérault, Isère, Loire-Atlantique, Nord, Pyrénées-Orientales, Rhône (inclusief Métropole de Lyon), Var en Vaucluse.
- Let op: Met borden wordt aangegeven in welke proefgebieden het filerijden (Circulation Inter-Files, CIF) voor motoren precies is toegestaan. Buiten deze proefgebieden is filerijden verboden.
- Filerijden is uitsluitend toegestaan op autosnelwegen en op andere wegen met minimaal twee rijstroken in beide richtingen, die een middenberm hebben en waar een maximumsnelheid geldt van minstens 70 km/h.
- Op wegen met meer dan twee rijstroken is filerijden alleen toegestaan op de twee meest linkse rijstroken.
- Motorrijders mogen in de proefgebieden bij files tussen langzaam rijdende en stilstaande rijen auto's doorrijden, mits hiervoor voldoende ruimte is tussen de voertuigen en de voertuigen in de file niet harder rijden dan 50 km/h. Zodra voertuigen in de file harder rijden dan 50 km/h, moeten motorrijders hun plaats in de file weer innemen.
- Bij het filerijden mag het verschil in snelheid tussen de motor en de voertuigen in de file niet groter worden dan 30 km/h.
- Filerijden is verboden als de weg geheel of gedeeltelijk met ijzel of sneeuw is bedekt of als een van de rijstroken is gestremd door werkzaamheden.
Bromfiets en snorfiets
- In Frankrijk bestaat geen aparte definitie van een snorfiets; deze valt onder de bromfietsen.
- Een bromfiets mag niet sneller kunnen dan 45 km/h.
- Voor een elektrische bromfiets, zoals een deel- of huurscooter (scooter électrique), met een constructiesnelheid tot en met 45 km/h gelden dezelfde regels als voor een bromfiets.
Helm
- Het dragen van een bromfietshelmhelm is verplicht voor de bestuurder en passagier.
- De regel dat een helm moet zijn voorzien van reflecterende elementen (ECE 22/04), geldt alleen voor helmen die in Frankrijk worden verkocht. Nederlandse bromfietsrijders hoeven daarom geen reflecterende stickers op hun helm te plakken.
Handschoenen
- Brom- en snorfietsers en hun passagiers zijn verplicht handschoenen te dragen. Dit moeten handschoenen met een CE-markering zijn.
Veiligheidsvest
- Bromfiets- en snorfietsbestuurders moeten een reflecterend veiligheidsvest bij zich hebben (ze mogen dit vest dragen of bewaren in bijvoorbeeld een net of koffer).
- De bestuurder van een bromfiets of snorfiets is zowel 's nachts als overdag verplicht dit veiligheidsvest bij pech of een ongeval aan te trekken.
Mobiele telefoon
- Het is motorrijders verboden tijdens het rijden een telefoon vast te houden.
Hoofdtelefoon of oortjes
- Het gebruik van een hoofdtelefoon of oortjes voor bijvoorbeeld mobiel bellen of luisteren naar muziek, is verboden op de motor.
- Alleen een communicatiesysteem dat volledig in de helm is geïntegreerd, is toegestaan.
Verlichting
- Brom- en snorfietsen moeten ook overdag dimlicht voeren.
Passagiers
- Op een brom- of snorfiets mag alleen een passagier worden vervoerd als daarvoor een speciale zitplaats (duo- of buddyseat) aanwezig is. Er moeten ook voetsteunen aanwezig zijn.
- Ook passagiers moeten een helm en handschoenen dragen.
- Kinderen tot 14 jaar mogen alleen op een brom- of snorfiets worden vervoerd als ze een passende en goedgekeurde helm op hebben, als ze handschoenen dragen, als hun voeten op voetsteunen rusten en als er handgrepen aanwezig zijn waaraan ze zich kunnen vasthouden.
- Kinderen jonger dan 5 jaar moeten in een kinderzitje worden vervoerd. De wielen moeten zo zijn afgeschermd dat de handen of voeten niet tussen de spaken kunnen komen.
Aanhanger
- Bromfietsen mogen een aanhanger trekken waarvan het maximale gewicht, inclusief lading, niet meer mag zijn dan de helft van het leeggewicht van de bromfiets.
Plaats op de weg
- Een brom- of snorfiets mag niet rijden op een autoweg, autosnelweg en wegen die verboden zijn voor langzaam verkeer.
- Het is voor bromfietsers verboden gebruik te maken van fietsstroken en fietspaden, tenzij uit verkeersborden anders blijkt.
Naast elkaar rijden
- Het is voor bromfietsers verboden naast elkaar te rijden.
Fiets
- De hierna vermelde verkeersregels voor een fiets gelden ook voor een elektrische fiets met trapondersteuning tot 25 km/h en een vermogen tot 250 watt (VAE, Vélo à Assistance Electrique).
- Voor een speedpedelec met trapondersteuning tot 45 km/h gelden speciale regels (zie verderop).
Helm
- Voor kinderen jonger dan 12 jaar is het dragen van een fietshelm verplicht. Ook kinderen tot 12 jaar die achter op de fiets zitten, moeten een fietshelm op.
- Als je 18 jaar of ouder bent en een of meer kinderen op de fiets begeleidt die jonger zijn dan 12 jaar, ben je verplicht ervoor te zorgen dat elk van die kinderen een fietshelm draagt.
Veiligheidsvest
- Buiten de bebouwde kom zijn fietsers en hun passagiers in het donker en bij slecht zicht verplicht om een reflecterend veiligheidsvest te dragen.
Mobiele telefoon
- Het is fietsers verboden tijdens het rijden een telefoon vast te houden.
Hoofdtelefoon of oortjes
- Het gebruik van een hoofdtelefoon of oortjes tijdens het fietsen is verboden.
Verlichting en overige vereisten
- Fietsen moeten zijn voorzien van vaste lampen. Voor op de fiets moet het licht de kleur wit of geel hebben en achter op de fiets de kleur rood.
- De fiets moet achter een rode reflector hebben en gele of oranje reflectoren op de pedalen.
- Ook moet de fiets zijn voorzien van goed werkende remmen en een goed werkende bel.
Passagiers
- Kinderen jonger dan 5 jaar mogen alleen in een kinderzitje worden vervoerd waarin ze zijn vastgezet met een veiligheidsgordel.
- Kinderen tot 12 jaar die op een fiets worden vervoerd, moeten een fietshelm dragen.
- Het is verboden personen boven de 14 jaar als passagier op de fiets te vervoeren.
Kinderen op de fiets
- Kinderen tot 8 jaar mogen op de stoep fietsen, mits ze met een gematigde snelheid fietsen en de voetgangers niet hinderen.
Aanhanger
- Het is toegestaan om te rijden met een fiets waaraan een aanhanger is gekoppeld.
Fietsen onder invloed
- Het maximaal toegestane alcoholgehalte in het bloed is 0,5 promille.
Naast elkaar rijden
- Na zonsondergang is het verboden om naast elkaar te fietsen.
- Overdag is naast elkaar fietsen alleen toegestaan als hiermee het verkeer niet wordt belemmerd.
Rechts inhalen
- Het is in Frankrijk verboden om een rij stilstaande auto's bij bijvoorbeeld een stoplicht rechts in te halen.
Plaats op de weg
- Wanneer er een verplicht fietspad (rond blauw bord met witte fiets) aanwezig is, moeten fietsers hiervan gebruikmaken.
- Wanneer er geen verplicht fietspad aanwezig is, mogen fietsers op de rijbaan (van routes nationales, routes départementales, routes communale etc.) fietsen, tenzij met een verkeersbord wordt aangegeven dat dit verboden is. Op auto(snel)wegen (autoroutes, voies expresses etc.) is fietsen verboden.
Rechtsaf bij rood
- In Parijs staat op sommige kruispunten met verkeerslichten een speciaal driehoekig verkeersbord met een fiets en een pijl erop dat betekent dat fietsers bij rood licht rechtsaf (of rechtdoor) mogen rijden, mits ze voorrang verlenen aan alle andere weggebruikers (vergelijkbaar met het Nederlandse verkeersbord Rechtsaf voor fietsers vrij).
Speedpedelec
- Voor een speedpedelec (S-Pedelec, Speed Pedelec, VAE rapide), dat wil zeggen een elektrische fiets met trapondersteuning tot 45 km/h, gelden dezelfde regels als voor een bromfiets.
- De minimumleeftijd om op een speedpedelec te rijden is 14 jaar en de bestuurder moet in het bezit zijn van het bromfietsrijbewijs (of een auto- of motorrijbewijs).
- De bestuurder is verplicht een goedgekeurde bromfietshelm (norm ECE 22.05 of 22.06) te dragen. Voor zover bekend is het dragen van een speciale speedpedelec-helm (norm NTA 8776) niet toegestaan.
- Ook is de bestuurder verplicht handschoenen met een CE-markering te dragen en verplicht een reflecterend veiligheidsvest mee te nemen en dit zowel 's nachts als overdag bij pech of een ongeval aan te trekken.
- Speedpedelecs mogen niet op het fietspad rijden, tenzij met een bord wordt aangegeven dat bromfietsen zijn toegestaan.
Fietsendrager
- Regels voor het vervoer van fietsen op een fietsendrager vind je bij Auto en camper.
Elektrische step
- In Frankrijk wordt een elektrische step een trottinette électrique genoemd.
- Officieel behoort de elektrische step tot de categorie EDPM (Engins de Déplacement Personnel Motorisés, oftewel persoonlijke gemotoriseerde voortbewegingstoestellen).
- Je mag met een elektrische step op de openbare weg rijden mits aan de eisen wordt voldaan.
Eisen
- De step moet voorzien zijn van remmen, een voor- en achterlicht, een bel of toeter en reflectoren.
- Minimumleeftijd: 12 jaar.
- Rijbewijs: niet nodig.
- Helm: niet verplicht, maar wordt wel aangeraden.
- Reflecterend veiligheidsvest: verplicht in het donker of bij slecht zicht.
Verkeersregels
- Je moet je houden aan de verkeersregels en verkeerstekens voor fietsers.
- De maximumsnelheid is 25 km/h.
- Binnen de bebouwde kom moet je op het fietspad rijden als dat aanwezig is en anders op de rijbaan, maar dan alleen op wegen met een maximumsnelheid tot 50 km/h.
- Buiten de bebouwde kom mag je alleen op fietspaden en voies vertes, oftewel groene fietspaden, rijden. (Plaatselijk kan het zijn toegestaan om op wegen met een maximumsnelheid van minder dan 80 km/h te rijden.)
- Het is verboden op de stoep te rijden. (Plaatselijk kan het zijn toegestaan om stapvoets (met maximaal 6 km/h) op de stoep of in een voetgangersgebied te rijden. In dat geval mag je voetgangers niet hinderen.)
- Met twee personen op een elektrische step rijden is verboden.
- Het maximaal toegestane alcoholgehalte in het bloed is 0,5 promille.
- Een telefoon vasthouden is verboden.
- Het dragen van een hoofdtelefoon of oortjes is verboden.
- Je mag de elektrische step parkeren op de stoep, maar wel zo dat de step voetgangers niet hindert of in gevaar brengt.
Verzekering
- In Frankrijk is een aansprakelijkheidsverzekering verplicht voor een elektrische step. Neem hierover contact op met je verzekeraar.
- Controleer bij het huren van een elektrische step de verzekeringsvoorwaarden in het huurcontract.
Brommobiel
- In Frankrijk wordt een brommobiel officieel quadricycle léger à moteur genoemd. Meer ingeburgerd zijn de termen voiture sans permis (VSP) of voiturette.
- Volgens de wet is een brommobiel gelijk aan een bromfiets. De maximumsnelheid is 45 km/h.
- De minimumleeftijd voor het besturen van een brommobiel is 16 jaar.
- Bestuurders die na 1987 zijn geboren, hebben een (bromfiets)rijbewijs nodig.
- Het is verplicht een veiligheidsgordel te dragen.
- Er mag slechts één passagier worden vervoerd in een brommobiel.
- Een brommobiel mag niet op een autoweg, autosnelweg en wegen die verboden zijn voor langzaam verkeer.
- Neem eventueel een navigatieapparaat mee om alternatieven te zoeken voor wegen die verboden zijn voor brommobielen.
- Een Nederlandse brommobiel moet zijn voorzien van een NL-sticker.
- Er moet een reflecterend veiligheidsvest aanwezig zijn in het voertuig en dit moet worden gebruikt bij pech.
Winterbanden en winterregels
Winterbanden
- Verplicht bij winterse omstandigheden - Het gebruik van winterbanden is verplicht bij winterse omstandigheden. Dit wettelijke voorschrift geldt ook voor auto's uit Nederland. Een motor hoeft niet te worden voorzien van winterbanden.
- Winterse omstandigheden zijn onder andere ijzel, gladheid door sneeuw of sneeuwmodder en gladheid door ijs- of rijpvorming.
- Banden met de aanduiding M+S en/of het sneeuwvloksymbool (3PMSF) worden als winterband beschouwd. De ANWB adviseert je banden te gebruiken waarop ook het sneeuwvloksymbool wordt aangegeven. Meer informatie: anwb.nl/winterbanden.
- Winterbanden moeten wettelijk een profieldiepte hebben van ten minste 1,6 mm.
- Winterbanden moeten op alle wielen worden gemonteerd. (Voor campers met een toegestane maximummassa van meer dan 3500 kg geldt dat winterbanden op de aangedreven wielen moeten worden gemonteerd.)
Sneeuwkettingen
- Toegestaan - Het gebruik van sneeuwkettingen is alleen toegestaan als de weg is bedekt met sneeuw of ijs.
Spijkerbanden
- Toegestaan in winterperiode - Het gebruik van spijkerbanden is toegestaan van 1 december t/m 31 maart (alleen voor auto's met een toegestane maximummassa van niet meer dan 3500 kg). Spijkerbanden mogen ook buiten deze periode worden gebruikt bij sneeuwval of ijzel of wanneer er gevaar bestaat voor sneeuwval of ijzel.
- Als spijkerbanden worden gebruikt, moeten alle wielen daarvan zijn voorzien.
- De maximumsnelheid bij gebruik van spijkerbanden is 90 km/h op autosnelwegen en 70 km/h op andere wegen.
- Bij gebruik van spijkerbanden moet achter op elke Luxemburgse auto een ronde, witte plaat of sticker worden aangebracht met daarop in zwart het getal 70. Op Nederlandse auto's is een dergelijke plaat of sticker niet verplicht.
Verkeersborden
- De meeste verkeersborden in Luxemburg zijn (vrijwel) gelijk aan de verkeersborden in Nederland.
- Informatieve tekst op de verkeersborden is meestal Frans, maar soms ook Duits (of een combinatie van Frans en Duits). Plaatsnamen worden in het Luxemburgs (Letzeburgs) aangegeven of in het Frans met daaronder de cursieve naam in het Luxemburgs.
- Hier worden met name Luxemburgse verkeersborden getoond die niet in Nederland voorkomen of die wat betreft uiterlijk of betekenis afwijken van de Nederlandse verkeersborden.
Algemeen
Overweg
![]() | A26 | Overweg zonder overwegbomen. Op de Nederlandse versie van dit verkeersbord staat een stoomlocomotief. Voor een overweg mét overwegbomen wordt het ook in Nederland bekende driehoekige bord met een rode rand en een zwart hek gebruikt. |
Doodlopende weg
![]() | E2c | Doodlopende weg met een uitgang voor fietsers. Aan het einde van deze weg kunnen gemotoriseerde voertuigen niet verder, maar fietsers wel. |
Gesloten weg
![]() | C2 | Gesloten in beide richtingen voor alle voertuigen, met uitzondering van aanwonenden en winkeliers van deze weg of straat. In Nederland geldt dit bord voor alle voertuigen en als aanwonenden en winkeliers zijn uitgezonderd, wordt dat aangegeven met het onderbord Uitgezonderd bestemmingsverkeer. |
![]() | C2a | Fietsers uitgezonderd. Het Franse woord excepté en het Duitse woord frei op dit bord betekenen uitgezonderd. Als dit onderbord onder het verkeersbord C2 wordt aangebracht, mogen fietsers de weg of straat inrijden. Dit onderbord kan ook worden gebruikt onder andere verbodsborden. |
![]() | C2a | Rolschaatsers toegestaan. Het Franse woord autorisé en het Duitse woord frei op dit bord betekenen toegestaan. Als dit onderbord onder het verkeersbord C2 wordt aangebracht, mag je met rolschaatsen of inlineskates of op een skateboard de weg of straat inrijden. |
![]() | C2a | Route barrée. Verboden toegang voor alle voertuigen. Geen enkel voertuig mag deze weg inrijden (ook geen bestemmingsverkeer). De tekst Route barrée betekent Gesloten weg. |
Eenrichtingsweg
![]() | E13 | Sens unique. Verkeer mag uitsluitend in de richting rijden die de pijl aangeeft. Sens unique betekent Eén richting. |
Auto en motor
Verboden in te rijden
![]() | C3a | Verboden voor alle motorvoertuigen op meer dan twee wielen. De afbeelding op dit bord wijkt af van die op het vergelijkbare bord in Nederland, maar de betekenis is hetzelfde. |
![]() | C3b | Verboden voor motoren. In Nederland is er een vergelijkbaar bord met dezelfde betekenis, maar met een meer gestileerde afbeelding van een motorrijder. |
Snelheid
![]() | F19 | Algemene maximumsnelheden in Luxemburg. Dit bord bij de grens geeft de maximumsnelheden aan binnen en buiten de bebouwde kom en op snelwegen en de aangepaste maximumsnelheid op snelwegen bij regen. |
![]() | D7 | Minimumsnelheid. Anders dan in Nederland kan in Luxemburg op bepaalde autosnelwegen en in tunnels een minimumsnelheid gelden. Als je langzamer rijdt dan de aangegeven snelheid, kun je een boete krijgen. |
Bebouwde kom
![]() | E09a | Bebouwde kom. Na dit bord is de maximumsnelheid 50 km/h, tenzij anders wordt aangegeven. |
![]() | E09b | Einde bebouwde kom. Na dit bord is de maximumsnelheid 90 km/h, tenzij anders wordt aangegeven. |
Rijstroken
![]() | G3a | Drie rijstroken in dezelfde richting, waarvan twee met een minimumsnelheid. |
![]() | E21a | Rijstrook voor langzaam verkeer. |
Wegtypen
![]() | E17 | Autoweg. Begin van een autoweg. Op autowegen geldt een snelheid van 90 km/h, tenzij met borden anders wordt aangegeven. |
![]() | E18 | Einde autoweg. |
![]() | E15 | Autosnelweg. Op een autosnelweg mag je maximaal 130 km/h rijden tenzij met borden anders wordt aangegeven. Let op: Als het regent, is de maximumsnelheid op autosnelwegen 110 km/h. In tunnels en bij sterke luchtvervuiling is de maximumsnelheid 90 km/h. |
![]() | E18a | Fietsstraat. Fietsers mogen de hele breedte van de weg gebruiken en mogen niet worden ingehaald door motorvoertuigen. Let op: Anders dan in Nederland mogen motorvoertuigen een fietsstraat niet inrijden, met uitzondering van bestemmingsverkeer. De maximumsnelheid is hier 30 km/h voor alle voertuigen. |
![]() | E25a | Erf. Op een erf hebben voetgangers altijd voorrang en mogen ze zelfs van de rijbaan gebruikmaken als er een voetpad aanwezig is. Hier geldt een maximumsnelheid van 20 km/h. |
Wegwijzers
![]() | E1b | Wegwijzer wegen buiten de bebouwde kom. Wegwijzers buiten de bebouwde kom zijn vaak geel. Met een groen schildje met witte letters wordt verwezen naar Europese wegen met een E-nummer. Met een rood schildje met witte letters wordt verwezen naar een Nationalstrooss, een nationale weg met een N-nummer. |
![]() | E1c | Wegwijzer autosnelweg. Wegwijzers van een autosnelweg zijn blauw. Met een blauw schildje met witte letters wordt verwezen naar een Autobunn, een autosnelweg met een A-nummer. |
![]() | E22b | Gesloten weg en omleiding. Route barrée betekent Gesloten weg en Déviation betekent Omleiding. Borden die een omleiding aangeven, zijn in Luxemburg rood in plaats van geel, zoals in Nederland. |
Keren en afslaan
![]() | C12 | Verboden te keren. |
![]() | C11a | Verboden linksaf te slaan bij de volgende kruising. Een vergelijkbaar bord met een pijl naar rechts geeft aan dat afslaan naar rechts bij de volgende kruising verboden is. |
![]() | 5a(1) | Uitgezonderd fietsers. Als dit onderbord onder het verkeersbord Verboden linksaf (of rechtsaf) te slaan is geplaatst, geeft dit aan dat fietsers wel mogen afslaan. Het Franse woord excepté en het Duitse woord frei betekenen in deze context uitgezonderd. |
Afstand houden
![]() | C10 | Minimumafstand tussen twee voertuigen. Dit verkeersbord geeft aan dat je minimaal 70 meter afstand tot je voorganger moet aanhouden. |
Verboden te claxonneren
![]() | C15 | Geluidssignalen verboden. Dit verkeersbord geeft aan dat je niet mag claxonneren. |
Tunnel
![]() | E28a1 | Verkeerstunnel. Dit verkeersbord geeft impliciet ook aan dat in de tunnel keren, stoppen en parkeren verboden is (behalve in noodgevallen) en dat het verplicht is dimlicht te voeren. Op autosnelwegen is in tunnels de maximumsnelheid 90 km/h. De lengte van de tunnel wordt vaak op een onderbord aangegeven. |
Verboden te parkeren
![]() | C20a | Verboden te parkeren aan deze kant van de weg van de 1e tot en met de 15e van de maand. Er is een vergelijkbaar bord met in het wit de cijfers 16-31 dat aangeeft dat het aan deze kant van de weg verboden is te parkeren van de 16e tot en met de 31e van de maand. |
Noodstopstrook
![]() | F17 | Noodstopstrook aan de rechterkant. Er zijn vergelijkbare borden voor een noodstopstrook aan de linkerkant en een noodstopstrook tussen twee wegen. Dit bord wordt gebruikt om een aftakking van een weg op een helling aan te duiden waar voertuigen die niet meer kunnen remmen, veilig een noodstop kunnen maken. Deze strook loopt meestal iets omhoog en eindigt in een grote grindbak. |
Sneeuwkettingen
![]() | D9 | Sneeuwkettingen verplicht. Dit verkeersbord geeft aan dat sneeuwkettingen op ten minste de twee aangedreven wielen verplicht zijn. |
Waarschuwingen
- Veruit de meeste waarschuwingsborden in Luxemburg zijn gelijk aan die in Nederland, maar er zijn enkele borden die in Nederland niet voorkomen of er anders uitzien.
![]() | A7c | Onregelmatig profiel. Dit verkeersbord waarschuwt voor spoorvorming (beschadiging van het asfalt door bijvoorbeeld vrachtwagens), die de bestuurbaarheid van je voertuig kan beïnvloeden en bij regen tot aquaplaning kan leiden. |
![]() | A10 | Vallende stenen. Dit verkeersbord waarschuwt dat het risico bestaat dat er stenen van een helling op de rijbaan vallen of dat er stenen op de weg liggen. |
![]() | A11b | Je nadert een oversteekplaats voor voetgangers en fietsers. Dit verkeersbord waarschuwt je dat je een zebrapad en een op de weg gemarkeerde oversteekplaats voor fietsers nadert. |
![]() | A17 | Verminderd zicht. Dit verkeersbord waarschuwt dat op dit weggedeelte het zicht verminderd kan zijn bij bepaalde weersomstandigheden of door andere oorzaken (zoals rook van een fabriek). |
Schoolbus
![]() | 9a | Schoolbus. Dit onderbord bij bijvoorbeeld een bord dat een bushalte aangeeft, waarschuwt overige weggebruikers om extra op te letten omdat dit een bushalte is waar de schoolbus stopt en waar schoolkinderen langs de weg kunnen lopen en kunnen oversteken. |
Camper, caravan en aanhanger
![]() | C3f | Verboden voor vrachtwagens met een aanhanger. Dit verkeersbord geeft aan dat de weg gesloten is voor vrachtwagens met een aanhanger. Andere motorvoertuigen, zoals personenauto's en campers met een aanhanger, mogen deze weg wel inrijden. |
![]() | C3fbis | Verboden voor motorvoertuigen met een aanhanger. Dit verkeersbord geeft aan dat de weg gesloten is voor personenauto's, campers en alle andere motorvoertuigen met een caravan of andere aanhanger erachter. |
![]() | C9 | Maximumlengte. Dit verkeersbord geeft aan dat de weg gesloten is voor alle motorvoertuigen, dus ook campers, die langer zijn dan de op het bord aangegeven lengte, in dit geval 10 meter. |
Fietser en voetganger
![]() | D5a | Verplicht gescheiden fiets-/voetpad. Dit verkeersbord geeft een fietspad met een aangrenzend voetpad aan waarbij het fietsgedeelte is afgescheiden van het voetgangersgedeelte. Dit verkeersbord komt ook voor in Nederland. |
![]() | D5b | Verplicht gecombineerd fiets-/voetpad. Dit verkeersbord geeft een pad aan voor zowel voetgangers als fietsers waarbij het fietsgedeelte niet is afgescheiden van het voetgangersgedeelte. |
![]() | 6b | Rolschaatsers toegestaan. Dit onderbord bij bijvoorbeeld het verkeersbord voor een verplicht fiets-/voetpad geeft aan dat op het pad rolschaatsers, inlineskaters, skateboarders en dergelijke zijn toegestaan. Het Franse woord autorisé en het Duitse woord frei betekenen in deze context toegestaan. |
Aanduidingen
- De meeste aanduidingen op verkeersborden in Luxemburg zijn Frans. Soms ook worden Franse aanduidingen gecombineerd met Duitse aanduidingen, zoals autorisé en frei, die allebei toegestaan betekenen.
Frans | Nederlands |
Allumez vos feux | Ontsteek uw lichten |
Attention | Let op! |
Au pas | Langzaam! |
Autorisé | Toegestaan (ook in combinatie met frei) |
Cédez le passage | Voorrang verlenen |
Centre ville | Centrum |
Danger, dangereux | Gevaar, gevaarlijk |
Excepté | Uitgezonderd (ook in combinatie met frei) |
Fin de limitation | Einde snelheidsbeperking |
Frei | Duits voor toegestaan of uitgezonderd |
Gendarmerie | Politie |
Gravier, Gravillons | Steenslag |
Halte | Stoppen |
Impasse | Doodlopend |
Limitation | Snelheidsbeperking |
Passage interdit | Doorgang verboden |
Passage protégé | Voorrangskruising |
Priorité à droite | Verkeer van rechts heeft voorrang |
Prudence! | Voorzichtig! |
Ralentir, ralentissez | Langzaam rijden |
Rappel | Herinnering/herhaling (van verkeersregel) |
Route barrée | Afgesloten rijweg |
Sens unique | Eenrichtingsverkeer |
Serrez à droite | Rechts houden |
Suivre | Volgen |
Tenez vos distances | Afstand houden |
Toutes directions | Doorgaand verkeer |
Travaux | Werk in uitvoering |
Virage | Bocht |
Voie unique | Eenbaansverkeer |
Vous n'avez pas la priorité | U hebt geen voorrang |
Zone de rencontre | Erf (maximumsnelheid 20 km/h) |