logo ANWB - ga naar homepageANWB Homepage

Auto Review Volkswagen Up! I 1e facelift

Scheuren zonder slokken

Volkswagen - Up! Beats 1.0 TSI (90 pk)

Bij zijn marktintroductie roemden wij de Volkswagen Up! om zijn binnenmaten. Na de toevoeging van een nieuwe, sterkere benzinemotor voelt hij niet alleen aan als een klasse groter, hij kost ook hetzelfde. Is de stadsauto dat wel waard?

Conclusie

Dankzij een nieuwe, sterkere benzinemotor kun je lekker doorrijden met de opgefriste Volkswagen Up!, zonder dat dit ten kosten gaat van het verbruik. Voor 16 mille kun je echter grotere auto's kopen, die minder praktische ongemakken kennen.

Type auto en prijs

Voordat de Volkswagen Up! in 2011 op de markt verscheen, hadden de Duitsers 6 jaar lang geen stadsauto’s gemaakt. De fabrikant uit Wolfsburg maakte echter een ijzersterke comeback met een model dat zich qua binnenruimte, rijgedrag en veiligheidsvoorzieningen kon meten met modellen van een maatje groter. Nog in datzelfde jaar was er al sprake van een gepeperde variant; een zogenaamde Up! GT. Anno 2016 kun je dan eindelijk kiezen voor een turbomotor. De komst van die nieuwe krachtbron valt samen met een bescheiden facelift. De voor- en achterzijde van de Up! zijn bijgepunt en de stadsauto kan voortaan worden aangekleed met luxe accessoires als volautomatische airconditioning, digitale radio, sfeerverlichting en een achteruitrijcamera. Het Nederlandse leveringsprogramma wordt stevig ingeperkt, nu de driedeurs uitvoering van de stadsauto alleen nog als instapmodel verkrijgbaar is. Wil je een sterkere krachtbron of een rijkere uitrusting, dan zit je automatisch vast aan twee portieren extra. In de praktijk was dat overigens de versie die toch al het meeste werd verkocht. Met een vanafprijs van € 11.730 (voor de voordeligste vijfdeurs) is de Up! bijna duizend euro duurder dan alternatieven als de Toyota Aygo, Opel Karl en Hyundai i10. De grootste kapers op de kust blijven echter de vrijwel identieke stadsauto’s die Volkswagen-dochters Skoda en Seat op de markt brengen. De Citigo en de Mii beschikken vooralsnog niet over de nieuwe, sterkere benzinemotor. Daarvoor ben je dus op Volkswagen aangewezen, dat voor de 1.0 TSI een stevige € 15.750 rekent.

Hoe rijdt de Volkswagen Up! Beats 1.0 TSI (90 pk)

De nieuwe benzinemotor mag dan wel een turbo hebben, maar dat maakt van de vernieuwde Up! nog geen sportwagen. De GT-versie waarover in 2011 werd gespeculeerd, is er uiteindelijk dus alsnog niet gekomen. Met een wagengewicht van 902 kilogram en een vermogen van 90 pk is de 1.0 TSI wel aangenaam vlot. Je kunt lekker doorrijden met deze driepitter en dat kun je in het geval van de handgeschakelde versnellingsbak vrij letterlijk nemen: 50 kilometer per uur in de eerste versnelling is geen enkel probleem. Laag in de toeren is de krachtbron een stuk minder enthousiast; hij bromt en trilt dan als een spaardiesel. Ben je een schakelluie rijder, dan kun je beter voor een van de minder krachtige uitvoeringen van de stadsauto kiezen. Over het stuurgedrag hebben we geen klachten, maar een fijne zitpositie vinden is in de Up! geen eenvoudige opgave. Het stuur is alleen in hoogte verstelbaar en de zittingen van de voorstoelen bieden weinig steun. Op de snelweg hoor je nadrukkelijk de wind; het geluid van de motor blijft keurig op de achtergrond. Voor een stadsauto is de Volkswagen stevig gedempt. Je kunt niet straffeloos over een verkeersdrempel denderen. De Up! was de eerste auto die in deze klasse leverbaar kwam met een automatisch noodremsysteem. Dat voorkomt aanrijdingen tot een snelheid van 30 kilometer per uur. Die veiligheidsuitrusting is in de loop der jaren niet meer verder uitgebreid. Wel kun je tegenwoordig een achteruitrijcamera bijbestellen, maar het scherm daarvan is dusdanig klein, dat je meer ziet door ouderwets je achteruitkijkspiegel te gebruiken.

De Volkswagen Up! Beats 1.0 TSI (90 pk) van binnen

De Up! is slechts vier centimeter smaller dan een Volkswagen Polo. Daarmee heeft het model een aangenaam breed interieur voor een stadsauto. We schrijven bewust ‘breed’ en niet ‘ruim’, want op de achterbank houdt de ruimte niet over. Wie langer is dan 1.90 meter prikt met zijn knieën in de rugleuning van de voorstoelen en schaaft met de kruin langs het plafond. Ook de kofferbak heeft bescheiden afmetingen met minimaal 251- en maximaal 959 liter. Concurrenten als de Opel Karl en Hyundai i10 bieden tientallen liters extra. Met dank aan een dubbele laadvloer (standaard vanaf het tweede uitrustingsniveau) beschik je wel over een zo goed als vlakke laadvloer. De hoge tildrempel is daarmee ook verdwenen. Het interieur van de vernieuwde Up! kan zoals gezegd met tal van luxe attributen worden aangekleed. De achterpassagiers blijven van alle luxe gespeend. Zij missen een stroompunt voor de telefoon of spelcomputer en hebben geen draairamen, maar uitklapexemplaren. Hoewel je aan boord een hoop plaatstaal ziet, stoort dit niet. De ergonomische schoonheidsfoutjes die de kleine Volkswagen voorheen plaagden – de hoedenplank had aanvankelijk geen touwtjes en in het bestuurdersportier miste een knopje voor de raambediening aan de passagierskant – zijn grotendeels verholpen, al blijft het storend dat de elektrische ramen een automatische stand missen. Rijd je een parkeergarage binnen, dan moet je de knop van het raam ingedrukt houden om een kaartje te kunnen trekken.

De Volkswagen Up! Beats 1.0 TSI (90 pk) en het milieu

Behalve met de nieuwe turbomotor blijft de Up! ook leverbaar met zijn vertrouwde krachtbronnen. Ook die hebben drie cilinders en lopen op benzine. Het vermogen loopt uiteen van 60- tot 75 pk. De Volkswagen is verder als een van de weinige stadsauto’s verkrijgbaar met een krachtbron die op aardgas loopt. Het fabrieksverbruik van de 1.0 TSI bedraagt 1 op 22,7. In de praktijk realiseerden wij een score van 1 op 17,1. Da’s nog steeds een keurig verbruikscijfer, zeker wanneer je in ogenschouw neemt dat we het merendeel van de tijd stevig hebben doorgereden. Iedere Up! heeft standaard een brandstofbesparend start/stop-systeem aan boord.

We hebben nog veel meer getest…

Naast nieuwe auto’s en occasions testen we ook allerlei producten. Van autobanden tot autostoeltjes en van dakkoffers tot dashcams.