logo ANWB - ga naar homepageANWB Homepage

Auto Review Toyota Auris II 1e facelift

Luidkeels verbeterd

Toyota - Auris Touring Sports 1.8 Hybrid

Bij Toyota gaan facelifts verder dan alleen een ander knipperlicht. Ook de vernieuwde Auris Touring Sports is grondig aangepakt, al blijft de hybride stationwagen kampen met een hardnekkig probleem.

Conclusie

Dat de Toyota Auris Touring Sports sinds zijn facelift beter smoelt, is mooi meegenomen. Maar het is de uitgebreide veiligheidsuitrusting die de gezinsauto daadwerkelijk naar een hoger plan tilt. Vooral omdat je daar financieel geen grote offers voor hoeft te brengen. De rumoerige automatische transmissie van de populaire hybride versie vormt helaas nog altijd een struikelblok.

Type auto en prijs

Sinds zijn marktintroductie in 2013 is de stationwagenvariant van de Toyota Auris altijd in een adem genoemd met fiscaal voordeel. Ook de begin 2015 gefacelifte versie van de Touring Sports komt in aanmerking voor 14 procent bijtelling, zolang je maar kiest voor de versie met een benzine- én een elektromotor. Voor die geringe eigen bijdrage rijdt je een gezinsauto die door zijn scherpere snuit aan kracht heeft gewonnen. Toyota heeft bovendien de veiligheidsuitrusting uitgebreid en nog eens kritisch naar het interieur gekeken. Zolang de hybride stationwagen in aanmerking komt voor fiscaal voordeel (en dat is tot het einde van 2015), heeft de Auris TS het rijk vrijwel voor zichzelf alleen. De Japanner heeft alleen iets te duchten van de Peugeot 308 SW, die als spaardiesel weliswaar meer bagageruimte biedt maar ook duurder is. De prijzen van de Auris beginnen bij € 18.950. Vanaf € 25.695 rijd je de hybride stationwagen. Vanaf 2016 betaal je 21 procent bijtelling over de gezinsauto.

Hoe rijdt de Toyota Auris Touring Sports 1.8 Hybrid

Hoe ingenieus de aandrijflijn van Toyota ook mag zijn; zolang de Japanners geen oplossing vinden voor de lawaaiige automatische transmissie, komt die altijd als eerste ter sprake wanneer we over het rijgedrag beginnen. De Auris TS vormt daarop geen uitzondering. Eenmaal op snelheid is de stationwagen aangenaam stil, maar invoegen of inhalen op de snelweg vereist een fluwelen rechtervoet. Trap je achteloos het gaspedaal in, dan gaat de traploze transmissie loeiend op zoek naar een toepasselijke versnelling. De Toyota beschikt over drie rijstanden: volledig elektrisch, zuinig of snel. Kies je voor de middelste modus, dan kun je de (gehoor)schade grotendeels beperken. Je bent weliswaar niet als eerste weg bij het verkeerslicht, maar Auris TS is nog altijd vlot genoeg voor in het dagelijks verkeer. De hybride aandrijflijn koppelt een 1.8-liter benzinemotor aan een elektromotor. Samen zijn die krachtbronnen goed voor 136 pk. Het is jammer dat de Japanners de geluidsproductie van de CVT nog altijd niet hebben kunnen temperen. Op de gevoelloze besturing na is de hybride stationwagen namelijk een fijne reisauto. We haalden de stilte op snelheid al eventjes aan, maar ook het comfortabele onderstel en de naadloze overgang van de elektro- naar de benzinemotor verdienen een pluim. Verder vallen de remmen beter te doseren dan bij het voorgaande modellen; die ‘kneep’ wanneer je bijna stilstond, ook al raakte je het rempedaal nauwelijks aan. De zitpositie achter het hoge dashboard is uitstekend. Het instrumentarium geeft een beschut gevoel, wat nog eens wordt versterkt door de nieuwe veiligheidsvoorzieningen die Toyota op de Auris aanbiedt. Voortaan beschikken de duurdere uitvoeringen standaard over een rijstrookassistent (bij het onbedoeld verlaten van je rijstrook klinkt een geluidssignaal), verkeersbordherkenning en een zelfstandig remsysteem dat kop/staart-botsingen moet voorkomen. Onder de noemer ‘Toyota Safety Sense’ zijn deze zaken overigens al vanaf het tweede uitrustingsniveau op de gezinsauto bij te bestellen, voor een schappelijke meerprijs van € 650. Het zicht rondom is in orde, al moet je beducht zijn op de dode hoek tussen de achterste zijruit en de wielkast: daar gaat tijdens parkeermanoeuvres met gemak een kind achter schuil.

De Toyota Auris Touring Sports 1.8 Hybrid van binnen

Het is een grijze bedoening aan boord van de Auris TS. In de leaseuitvoering brengen alleen de blauw verlichte touchscreen-knoppen van het infotainmentsysteem wat kleur aan boord. Dat scherm is omgeven door pianolak, wat een tikkeltje protserig aan doet. De polijstmachine was de randen van de kaartenbakken in de voorportieren waarschijnlijk vergeten, want die waren bij onze demo akelig scherp. En de van de Prius afkomstige, kleine bedieningshendel van de automaat valt bijna weg in de middenconsole. De afwerking en de uitstraling van het Toyota-interieur doen echter geen afbreuk aan de bruikbaarheid ervan. Zowel voorin, achterin als in de kofferbak vinden we een 12V-aansluiting voor je tablet, spelcomputer of koelbox. De bagageruimte is verder voorzien van een dubbele laadvloer, verdeeld in meerdere compartimenten. Reuze handig, net als de mogelijkheid om de achterbank vanuit de kofferbak neer te klappen. Daarmee ontstaat een keurig vlakke laadvloer, die ruimte biedt aan 1.658 liter bagage. Wil je niet alleen spullen, maar ook passagiers meenemen, dan slinkt de kofferruimte tot 600 liter. Voor lange volwassenen is de beenruimte op de achterbank toereikend, maar zeker in een versie die is voorzien van een panoramadak kunnen zij niet rechtop zitten. De instap naar achteren kan beter: de achterportieren kunnen naar onze zin niet ver genoeg open. Een kinderstoel bevestigen wordt zo nodeloos moeilijk gemaakt.

De Toyota Auris Touring Sports 1.8 Hybrid en het milieu

Een gunstige bijtelling is plezierig voor je portemonnee, maar met de geringe schadelijke uitstoot die dat financiële voordeel mogelijk maakt, schieten we allemaal wat op. Je hoeft niet eens je best te doen voor een praktijkverbruik van 1 op 18,5. Toyota claimt zelf een verbruikscijfer van 1 op 29, maar daar kom je alleen bij in de buurt wanneer je hele korte afstanden rijdt (de Auris TS Hybrid kan tot 2 kilometer volledig elektrisch rijden). Dat de stationwagen tot het einde van 2015 in aanmerking komt voor 14 procent bijtelling, mag inmiddels bekend zijn maar het is misschien aardig om hier ook even te noemen dat de compacte middenklasser leverbaar is met meerdere motoren die van Vadertje Staat een financieel duwtje in de rug ontvangen. We hebben het dan over de versies met een 1.2-liter turbobenzinemotor of een van de twee beschikbare dieselmotoren. Voor die uitvoeringen wordt tot het einde van 2015 een eigen bijdrage van 20 procent verlangd.

We hebben nog veel meer getest…

Naast nieuwe auto’s en occasions testen we ook allerlei producten. Van autobanden tot autostoeltjes en van dakkoffers tot dashcams.