Voorrangsregels
Net als in Nederland moet je op een kruising voorrang verlenen aan bestuurders die van rechts komen, tenzij met verkeerstekens anders wordt aangegeven. Als een buschauffeur met zijn richtingaanwijzers aangeeft te willen wegrijden bij een bushalte, moet je de bus voorrang verlenen, ook buiten de bebouwde kom.
Je mag uitsluitend een kruising oprijden als je weet dat je daarna ongehinderd verder kunt rijden. Als je bij druk verkeer naar verwachting midden op een kruising stil zult blijven staan, mag je de kruising niet oprijden, ook al heb je voorrang of staat het stoplicht op groen.
Rijden onder invloed
Het maximaal toegestane alcoholgehalte in het bloed is net zoals in Nederland 0,5 promille, maar als je korter dan twee jaar je rijbewijs hebt of jonger bent dan 21 jaar geldt een absoluut alcoholverbod.
Rotonde
Als je de rotonde op wilt rijden, moet je voorrang verlenen aan bestuurders die al op de rotonde rijden, tenzij uit borden anders blijkt. Net als in Nederland gebruik je je richtingaanwijzer alleen als je de rotonde verlaat en niet als je deze oprijdt.
Verlichting
In tunnels, bij weinig licht en bij slecht zicht is dagrijlicht niet voldoende en moet dimlicht worden gevoerd.
Hoofdtelefoon of oortjes
Het is verboden om tijdens het rijden (ook op de fiets) een hoofdtelefoon of oortjes te dragen.
Veilig inhalen
Bestuurders van een motorvoertuig moeten bij het inhalen van een (brom)fietser een zijdelingse afstand houden van ten minste 1,50 m.
Veilig wandelen
Als voetganger moet je buiten de bebouwde kom zoveel mogelijk aan de linkerkant van de weg lopen als een voetpad ontbreekt, tenzij dat gevaar voor je oplevert.
Iedereen die in het donker, bij weinig licht of slecht zicht langs de weg loopt, wordt met klem geadviseerd een reflector, kleding met reflecterende strepen of een reflecterend veiligheidsvest te dragen. Ook wordt voetgangers geadviseerd een zaklantaarn te gebruiken als ze in het donker buiten de bebouwde kom langs de weg lopen.
Reddingsstrook bij file
In Slovenië ben je verplicht in een file een reddingsstrook (reševalni pas) in het midden vrij te houden voor de hulpdiensten. Deze plicht geldt op alle snelwegen met minstens twee rijstroken per rijrichting, zoals auto(snel)wegen. Verkeer op de meest linkse rijstrook moet zo veel mogelijk links gaan rijden en verkeer op de andere rijstroken moet zo ver mogelijk naar rechts. Je mag de vluchtstrook gebruiken als dat nodig is om een voldoende brede reddingsstrook te vormen, maar in principe moet je de vluchtstrook vrijhouden.
Parkeren en stilstaan
Het is verboden te parkeren aan de linkerkant van de weg tegen de rijrichting in, ook in parkeervakken aan de linkerkant. In een straat met eenrichtingsverleer mag je wel aan de linkerkant parkeren. Als uit borden blijkt dat op de stoep mag worden geparkeerd, moet de bestuurder ervoor zorgen dat er minimaal 1,60 m aan ruimte overblijft voor de voetgangers.
Je mag onder meer niet parkeren op de volgende plaatsen: op een brug, viaduct, onderdoorgang, tunnel, op wegen binnen de bebouwde kom met twee of meer rijstroken in dezelfde rijrichting en binnen 15 m van een spoorwegovergang.
Parkeren in Ljubliana
In onder andere Ljubliana mag je maximaal 2 uur parkeren in de witte zones, aangegeven met witte lijnen langs de kant van de weg (parkeerautomaat). In de blauwe zones, aangegeven met blauwe lijnen langs de kant van de weg, mag je maximaal 30 minuten parkeren met een gratis ticket.
Toeteren
Binnen de bebouwde kom en 's nachts mag je alleen toeteren om aan te geven als er direct gevaal voor een aanrijding bestaat. Een bestuurder die ernstige gewonden of zieken vervoert, mag altijd geluidssignalen afgeven. In de buurt van een ziekenhuis is het over het algemeen verboden om te toeteren, tenzij daardoor direct gevaar kan worden afgewend.
Achteruitrijden
Bij het achteruitrijden moet je als bestuurder de waarschuwingslichten gebruiken.
Ritsen
Als twee rijstroken worden samengevoegd is bij langzaam rijdend verkeer ritsen verplicht. Dit betekent het volgende:
- Op de wegvallende rijstrook moeten bestuurders tot vlak voor de versmalling op de eigen rijstrook blijven rijden en dan pas invoegen.
- Op de doorgaande rijstrook moeten bestuurders vlak voor de versmalling om beurten één voertuig de ruimte geven om in te voegen.
Als je niet doorrijdt tot de versmalling of invoegend verkeer geen voorrang verleent, kun je een boete krijgen.
Slepen
Slepen op de auto(snel)weg is toegestaan tot de eerstvolgende afrit. De trekkende auto moet aan de voorkant een gevarendriehoek voeren en de gesleepte auto aan de achterkant. De trekkende auto moet waarschuwingslichten voeren.
Flitspaalsignalering
Het meenemen en gebruik van radardetectieapparatuur is verboden. Voor zover bekend is het gebruik van apparatuur met signalering voor vaste flitspalen of trajectcontroles (zoals navigatieapparatuur en telefoons) wel toegestaan.
Kinderen in de auto
Kinderen die kleiner zijn dan 1,40 m en lichter dan 36 kg, mogen niet voorin zitten en moeten achterin in een goedgekeurd en passend kinderzitje of op een goedgekeurde en passende zitverhoger worden vervoerd. Kinderen die groter zijn dan 1,40 m, mogen gewone veiligheidsgordels dragen. Kinderen jonger dan 3 jaar mogen niet worden vervoerd in een auto als een kinderzitje of veiligheidsgordels ontbreken. Kinderen van 3 jaar en ouder en kleiner dan 1,50 m mogen in dat geval niet voorin worden vervoerd. Als een kind met de rug naar voren voorin in een kinderzitje wordt vervoerd, moet de airbag uitgeschakeld zijn.
Huisdieren
Bij het vervoer van een huisdier kun je het beste uitgaan van artikel 5 in de Nederlandse Wegenverkeerswet (WvW 1994). Volgens dit artikel moet een huisdier zodanig vervoerd worden dat dit niet tot gevaarlijke situaties of verkeershinder kan leiden.
Lading
De lading mag aan de achterzijde maximaal 1,5 m uitsteken. Als de lading meer dan 1 m uitsteekt naar achteren, moet er aan de achterste punt een rood-wit gestreept reflecterend waarschuwingsbord worden bevestigd. Een dergelijk bord is onder andere verkrijgbaar via anwb.nl/webwinkel onder de naam Markeringsbord Italië Spanje. 's Nachts of bij slecht zicht moet de uitstekende lading bovendien worden voorzien van verlichting.
Winterbanden en sneeuwkettingen
Van 15 november t/m 15 maart en ook buiten die periode bij winterse omstandigheden is het gebruik van winterbanden of goed passende sneeuwkettingen verplicht. Dit geldt ook voor Nederlandse auto's.
Het gebruik van sneeuwkettingen is verplicht als dat wordt aangegeven met een rond, blauw verkeersbord waarop een witte autoband met een sneeuwketting staat.
Bekijk alle informatie over winterbanden in Slovenië. Meer informatie over sneeuwkettingen en sneeuwsokken op anwb.nl/webwinkel/sneeuwkettingen-informatie.
Let op: In Duitsland is het rijden op winterbanden verplicht bij winterse omstandigheden en kan niet worden volstaan met het meenemen van sneeuwkettingen.
Afmetingen
- Breedte combinatie (excl. spiegels): 2,55 m
- Hoogte combinatie: 4 m
- Lengte aanhanger: 12 m
- Lengte combinatie: 18,75 m
Let op: Een eventuele fietsendrager achterop wordt meegerekend in de lengte. In een auto die een caravan of aanhangwagen trekt, moeten twee gevarendriehoeken aanwezig zijn.
De hieronder vermelde verkeersregels voor een fiets gelden ook voor een elektrische fiets met trapondersteuning tot 25 km/h en een vermogen van maximaal 250 watt.
Fietshelm
Fietsers tot en met 18 jaar moeten verplicht een fietshelm dragen. Dit geldt ook voor fietspassagiers.
Hoofdtelefoon of oortjes
Het gebruik van een hoofdtelefoon of oortjes is verboden.
Verlichting en overige vereisten
Fietsen moeten zijn voorzien van vaste lampen. Voor op de fiets moet het licht de kleur wit hebben en achter op de fiets de kleur rood.
De fiets moet achter een rode reflector hebben, gele of oranje reflectoren op de pedalen en twee gele of oranje reflectoren op de wielen.
Passagiers
Je mag alleen een passagier vervoeren op een fiets die daar speciaal voor is gemaakt. Kinderen die jonger zijn dan 8 jaar, mogen alleen worden vervoerd in een geschikt fietszitje met verstelbare voetsteunen.
Naast elkaar rijden
Alleen op fietspaden die breed genoeg zijn, is het toegestaan om naast elkaar te rijden.
Plaats op de weg
Waar fietspaden zijn, moeten ze ook gebruikt worden. Waar fietspaden ontbreken, moet zoveel mogelijk aan de rechterkant van de weg gereden worden. De maximumsnelheid op een fietspad is 25 km/h.