Naar de inhoudLogo van de ANWBANWB Homepage

Verkeersinformatie

140 jaar ANWB

De winter van 1963 was bar, heel bar. Nederland ging gebukt onder maar liefst drie maanden sneeuw en ijs. Het inspireerde de ANWB tot een nieuwe service: het geven van verkeersinformatie. Vanaf de winter van 1964 verspreidde de ANWB per telefoon en over de radio informatie over de toestand (berijdbaarheid) op de wegen, vooral bij nacht, gladheid en mist. In het hoofdkantoor in Den Haag richtte de bond hiervoor een eigen studio in. De benodigde informatie werd verzameld door de ANWB zelf (de Wegenwacht!), de Rijkspolitie en de verschillende wegbeheerders.

Pinksterdrukte

Een groot deel van de personenauto’s werd in de jaren zestig vooral gebruikt in de vrije tijd. De term zondagsrijder stamt uit deze periode. Vooral op de weinige autosnelwegen die Nederland op dat moment kende, liep het verkeer op mooie dagen vast. Zo stonden al vanaf 1955 tijdens de Pinksterdagen files op Oudenrijn, het eerste kruispunt van autosnelwegen in Nederland. Verkeer uit de Randstad dat naar de Veluwe wilde, kruiste er verkeersstromen uit Duitsland die naar de kust trokken. De Rijkspolitie reageerde met omleidingen om het verkeer aan de gang te houden. De drukte bij Oudenrijn hield echter de jaren erna aan. 

De ANWB besloot verkeersinformatie te gaan verspreiden tijdens piekmomenten op de Nederlandse autosnelwegen. De bond probeerde de stremmingen tijdens de Pinksterdagen van 16 en 17 mei 1964 in kaart te brengen en informatie hierover te verspreiden. De proef was bedoeld om te kijken hoe je betrouwbare informatie kon verzamelen over de drukte tijdens de jaarlijkse voorjaarsdrukte. De ANWB zette haar netten breed uit en vroeg de kantonniers van Rijkswaterstaat, de korpsen Rijks- en Gemeentepolitie, het bureau verkeerszaken van de Rijkspolitie, het gehele korps Wegenwacht ( 275 man), drie wegenwachtstations en benzinestations om informatie over de drukte op de weg.  

Informatie via de telefoon

Het initiatief van de ANWB viel samen met de groei van het Nederlandse wagenpark tot één miljoen personenauto’s en een versnelde uitbouw van het autowegennet in Nederland. De groeiende drukte onderstreepte het nut van het initiatief. Aanvankelijk verspreidde de ANWB de informatie over de toestand op de wegen vooral via het eigen telefoonnet. Weggebruikers belden op om informatie over de actuele toestand op de weg te horen. Toen in de jaren zeventig het aantal radiozenders toenam, ontstonden nieuwe mogelijkheden. Geleidelijk wist de ANWB steeds meer regionale en commerciële radio-omroepen voor de verkeersinformatie te interesseren. Sinds 1999 is de ANWB-verkeersinformatie ook bij alle nationale publieke omroepen te beluisteren. Tegelijkertijd bouwde de service ook online een stevige positie op.  Het geluid op de radio blijft echter het meest iconisch.