Distributieriem vervangen: wanneer moet dat en wat kost het?
De meeste brandstofauto's hebben er een: een distributieriem. Ga je een tweedehands auto kopen, dan krijg je vaak het advies om goed op het onderhoud van de riem te letten, want vervanging is duur. Maar hoe lang gaat 'ie eigenlijk mee? En wanneer is 'ie aan vervanging toe?
Wanneer moet de distributieriem vervangen worden?
Wanneer je de distributieriem moet vervangen, wordt door de fabrikant opgegeven. Grofweg is dit tussen 60.000 en 240.000 km. In het instructieboekje van de auto staat exact om de hoeveel kilometer - of aantal jaren - de distributieriem vervangen moet worden. Al naar gelang welk maximum als eerste wordt bereikt. Bij een auto waarmee maar weinig wordt gereden, kan het toch al nodig zijn om een nieuwe riem te monteren, omdat de huidige simpelweg aan zijn leeftijdsgrens zit. Wie juist heel veel kilometers maakt, kan al binnen een paar jaar toe zijn aan een nieuwe riem.
Wat mag je qua levensduur verwachten?
Bij normaal gebruik en onderhoud mag je van de distributieriem verwachten dat deze ten minste de door de fabrikant opgegeven preventieve vervangingsinterval haalt. In je onderhoudsboekje staat wanneer het onderdeel uit voorzorg vervangen moet worden. In dat geval mag je ervan uitgaan dat het niet nodig is om het onderdeel eerder te vervangen.
Bij normaal gebruik en onderhoud mag je van een distributieketting verwachten dat deze een 'auto leven' lang meegaat. Het onderdeel is meestal onderhoudsvrij. Let op, als de fabrikant een vervangingsinterval voorschrijft dan is de redelijke verwachting gelijk aan de door de fabrikant genoemde termijn. De minimale levensduur van een onderdeel speelt een rol bij de vraag of je de kosten eventueel kunt claimen van de verkoper/reparateur.
Kan de riem eerder stukgaan?
Soms gaat een distributieriem kapot terwijl hij volgens het onderhoudsboekje nog jaren mee zou moeten gaan. De schade is dan vaak groot, en de vraag rijst: wie betaalt?
Onder normale omstandigheden vallen de kosten voor vervanging onder regulier onderhoud en dus onder verantwoordelijkheid van de eigenaar. Maar als de riem te vroeg kapotgaat, kun je mogelijk aanspraak maken op vergoeding.
Als consument mag je redelijke verwachtingen hebben van wat je koopt. Gaat een distributieriem te vroeg stuk, dan kun je een beroep doen op non-conformiteit – het wettelijke recht op een product dat voldoet aan wat je mocht verwachten.
Er zijn daarbij wel voorwaarden:
- Onderzoek bij aankoop: Je moet nagaan wat je koopt. De verkoper moet bekende gebreken melden. Als iets zichtbaar of hoorbaar kapot was bij de koop, geldt het niet als verborgen gebrek.
- Gebrek bij levering: Blijkt de riem binnen 12 maanden na aankoop defect, dan wordt aangenomen dat het gebrek er al was bij levering. Daarna moet je zelf aantonen dat het defect niet door verkeerd gebruik is ontstaan.
- Oorzaak van de schade: Soms is de riem kapotgegaan door een ander onderdeel. In dat geval kan verder onderzoek nodig zijn. De kosten daarvan kun je mogelijk verhalen als blijkt dat de riem zelf ondeugdelijk was.
Je aanspreekpunt is altijd de verkoper van de auto, niet de fabrikant. De verkoper is verantwoordelijk voor het leveren van een goed product en moet de kans krijgen het probleem op te lossen.
Is de distributieriem later vervangen door een andere garage en ontstaat daarna het probleem? Dan ligt de verantwoordelijkheid bij die garage.
Als blijkt dat de distributieriem te vroeg vervangen moet worden door een eigen gebrek, heb je recht op:
- Een (gedeeltelijke) vergoeding van de vervangingskosten.
Hoeveel je krijgt, hangt af van hoeveel eerder de riem vervangen moest worden. - Eventuele gevolgschade, bijvoorbeeld motorschade door het breken van de riem.
Kom je er niet uit met de verkoper en is deze aangesloten bij de BOVAG, dan kun je terecht bij de Geschillencommissie Voertuigen. Bewaar in dat geval altijd de vervangen onderdelen als bewijs.
Wat kost het vervangen van de distributieriem?
De distributieriem vervangen is specialistenwerk. Dat kun je het beste overlaten aan de merkdealer of een bij een BOVAG aangesloten garage. De kosten van het vervangen van de distributieriem kunnen uiteenlopen van zo’n 300 tot wel 1000 euro. Dat hangt af van het merk en type auto.
Meestal wordt aangeraden om ook spanrollen vervangen. Deze hebben doorgaans dezelfde levensduur als de riem en gecombineerd onderhoud is goedkoper dan binnen afzienbare tijd dezelfde operatie nog eens te moeten uitvoeren. Als de waterpomp ook door de distributie wordt aangedreven, wordt om dezelfde reden aangeraden om deze ook preventief te laten vervangen. Dat maakt het weliswaar duurder, maar dan heb je er jarenlang geen omkijken meer naar.
Wat kan ik zelf?
Er zijn genoeg auto-onderdelen waaraan een handige doe-het-zelver zelf onderhoud kan doen. Maar daar hoort de distributieriem niet bij. Dus: laat vervanging over aan de vakman. Tenzij je zelf een professioneel automonteur bent, natuurlijk!
De distributieriem is kapot, en nu?
Als de distributieriem (of distributiekettting) breekt, stopt de motor onmiddellijk met draaien en is de kans op motorschade aanzienlijk. De kosten lopen dan zomaar veel hoger op dan die van tijdige vervanging van de distributieriem.
Wat is het en wat doet het?
Om te begrijpen wat een distributieriem of distributieketting doet, moeten we eerst iets uitleggen over de werking van de motor. Daarin zitten onder meer twee belangrijke draaiende delen: de krukas en de nokkenas. Plus een aantal cilinders, waarin het brandstof/luchtmengsel tot ontbranding wordt gebracht. In elke cilinder zit een zuiger en de cilinders worden afgesloten met kleppen.
Bij het starten gaat de krukas draaien. Daardoor regelt hij dat de zuigers in de cilinders op en neer gaan. Aan het eind van de krukas draait een tandwiel mee, waaraan de distributieriem of de distributieketting bevestigd is. De distributieriem is aan de andere kant - ook met een tandwiel - bevestigd aan de nokkenas. Zodra de krukas draait, gaat dus ook - via de distributieriem - de nokkenas draaien. De nokkenas regelt de stand van de in- en uitlaatkleppen in de cilinder. Deze samenwerking van zuigers en kleppen (en dus, op de achtergrond, van krukas en nokkenas) zorgt voor de zogenaamde ademhaling in de cilinders en derhalve voor de aandrijving van de auto. Zonder distributie geen samenwerking van krukas en nokkenas, en dus geen lopende motor.
Je kunt je voorstellen dat er behoorlijk veel kracht op zo’n distributieriem / distributieketting staat. Hij draait met het toerental van de motor rond en moet behoorlijke krachten overbrengen, want een nokkenas heeft te maken met weerstand van de klepveren. Daarom is de distributieriem gemaakt van zeer sterk kunststof en nog versterkt met glasvezel en heeft hij een teflon coating. De distributieketting wordt zelfs gemaakt van gehard staal. Daarom heeft een ketting ook olie nodig, die moet namelijk smering hebben om niet vast te lopen en zit daarom ingebouwd in het motorblok. Een distributieriem heeft meestal geen smering nodig, maar er zijn merken waarbij dat wel gebeurt. Is dit niet het geval, dan is de riem niet ín, maar tegen het motorblok aangebouwd en daarom makkelijker te bereiken en te vervangen.
Distributieriem vs. -ketting
Een auto heeft dus een distributieriem of een distributieketting. De meeste auto’s hebben een distributieriem, maar steeds meer fabrikanten gebruiken kettingen. Een ketting is duurzamer en vergt minder onderhoud, al kan ook deze na verloop van tijd uitrekken. Bij een rammelend geluid uit de motor is het verstandig de dealer te raadplegen.
Een distributieriem moet daarentegen periodiek worden vervangen. Doe je dat niet, dan kan hij breken met mogelijk zware motorschade als gevolg.