Op de weg
o.a. voorrangsregels en parkerenVoorrangsregels
Op een gelijkwaardig kruispunt moet je voorrang verlenen aan:
- Alle voertuigen die van rechts komen;
- Trams, ook als ze van links komen.
Bestuurders moeten voetgangers die oversteken tussen een vluchtheuvel en het trottoir, voorrang verlenen.
Rijden onder invloed
Er geldt een absoluut alcoholverbod.
Veilig rijden
In Hongarije geldt de algemene regel dat de bestuurder van een voertuig veilig moet rijden en anderen niet in gevaar mag brengen. Op basis van deze regel kunnen bestuurders een boete krijgen als ze tijdens het rijden bijvoorbeeld iets eten of drinken.
Rotonde
- Het verkeer dat de rotonde nadert, moet voorrang verlenen aan verkeer dat al op de rotonde rijdt.
- Verkeer op een rotonde moet voorrang verlenen aan een tram die de rotonde op wil rijden.
- Je hoeft geen richting aangeven als je de rotonde oprijdt, maar wel als je op de rotonde van richting verandert of als je de rotonde verlaat.
Verlichting
Binnen de bebouwde kom ben je overdag, net als in Nederland, alleen bij slecht zicht verplicht om licht te voeren. Buiten de bebouwde kom moet je ook overdag dimlicht of dagrijlicht (ook led) voeren.
Let op: In tunnels, bij weinig licht en bij slecht zicht is dagrijlicht niet voldoende en moet dimlicht worden gevoerd.
Reddingsstrook bij file
- In Hongarije ben je verplicht in een file een reddingsstrook (mentősáv) in het midden vrij te houden voor de hulpdiensten. Deze plicht geldt op alle wegen met minstens twee rijstroken per rijrichting.
- Begin met het vormen van een reddingsstrook zodra zich een file vormt en het verkeer stapvoets gaat rijden. Verkeer op de meest linkse rijstrook moet zo veel mogelijk links gaan rijden en verkeer op de andere rijstroken moet zo ver mogelijk naar rechts. Je moet in principe de vluchtstrook vrijhouden, maar je mag deze gebruiken als dat noodzakelijk is om voorrangsvoertuigen voldoende ruimte te geven.
- Als je niet meewerkt aan het vormen van een reddingsstrook bij een file, kun je een boete krijgen.
Let op: Voor motorrijders is het in Hongarije verboden om over een reddingsstrook te rijden.
Parkeren en stilstaan
- Het is verboden te parkeren aan de linkerkant van de weg (tegen de rijrichting in), ook in parkeervakken aan de linkerkant. In een straat met eenrichtingsverkeer mag je wel aan de linkerkant parkeren.
- Je mag niet parkeren op het weggedeelte tussen de vluchtheuvel van een tramhalte en het trottoir.
- Je mag ook niet parkeren op minder dan 15 m van een bus- of tramhalte.
- Parkeren is ook verboden voor een openbaar gebouw, station, hotel, theater enzovoort.
- Een onderbroken gele streep langs de weg geeft aan dat je daar niet mag parkeren.
- Een doorgetrokken gele streep of een zigzagstreep langs de weg geeft aan dat je daar niet mag stilstaan.
- In Budapest zijn verschillende parkeerzones ingesteld waar verschillende parkeertarieven gelden. Ga naar budapest.com/travel/getting_around.en.html voor meer informatie.
Toeteren
Binnen de bebouwde kom is het geven van geluidssignalen alleen toegestaan als er een direct gevaar voor een aanrijding bestaat.
Buiten de bebouwde kom is het geven van geluidssignalen toegestaan als het nodig is, bijvoorbeeld om aan te geven dat je iemand wilt inhalen.
Slepen
Op auto(snel)wegen is slepen uitsluitend toegestaan tot de eerste afrit. Als de sleepkabel of -stang 3 m lang is, moet de kabel of de stang beter zichtbaar worden gemaakt door een gekleurde doek of lamp in het midden te bevestigen.
Veilig wandelen
- Let op: Het is verboden een mobiele telefoon te gebruiken of een hoofdtelefoon op te hebben als je als voetganger een weg oversteekt.
- Voetgangers zijn verplicht om buiten de bebouwde kom aan de linkerkant en binnen 1 m van de rand van de weg te lopen als een voetpad ontbreekt, behalve als het veiliger voor ze is om aan de rechterkant te lopen (bijvoorbeeld in een blinde bocht).
- Als je met een fiets, bromfiets of motor aan de hand loopt, moet je aan de rechterkant van de weg lopen.
In de auto
o.a. mobiele telefoon en kinderen in de autoMobiele telefoon
Net als in Nederland is het bestuurders van voertuigen (ook fietsers) verboden tijdens het rijden een mobiele telefoon vast te houden. Ook als je in het verkeer stilstaat (bijvoorbeeld voor een stoplicht) mag je geen mobiele telefoon vasthouden. Handsfree bellen is wel toegestaan.
Flitspaalsignalering
Het meenemen en gebruiken van radardetectieapparatuur is verboden. Voor zover bekend is het gebruik van apparatuur met signalering voor vaste flitspalen of trajectcontroles (zoals navigatieapparatuur en telefoons) toegestaan.
Kinderen in de auto
- Kinderen met een lengte van minder dan 1,50 m moeten in een goedgekeurd en passend kinderzitje of op een goedgekeurde en passende zitverhoger worden vervoerd.
- Kinderen onder de 3 jaar mogen niet worden vervoerd in een auto waarin geen goedgekeurd kinderzitje aanwezig is.
- Kinderen onder de 3 jaar mogen met de rug naar voren, voor in de auto, in een kinderzitje worden vervoerd, mits de airbag is uitgeschakeld.
- Kinderen met een lengte van minimaal 1,35 m mogen achter in de auto een gewone autogordel dragen.
Huisdieren
Bij het vervoer van een huisdier kun je het beste uitgaan van artikel 5 in de Nederlandse Wegenverkeerswet (WvW 1994). Volgens dit artikel moet een huisdier zodanig vervoerd worden dat dit niet tot gevaarlijke situaties of verkeershinder kan leiden.
Uitrusting
o.a. fietsendrager en winterbandenLading
- De breedte van de lading mag niet meer dan 2,50 m bedragen. Zijwaarts mag de lading aan beide kanten niet meer uitsteken dan 40 cm.
- Als de lading naar achteren meer dan 1 m uitsteekt, is het verplicht een rode of een rood-wit gestreepte vlag of een rood-wit gestreept markeringsbord van minimaal 40 x 40 cm aan het uiteinde te bevestigen.Een markeringsbord is onder andere verkrijgbaar via anwb.nl/webwinkel.
- In het donker of bij slecht zicht moet lading die meer dan 1 m uitsteekt, ook met verlichting worden gemarkeerd (vóór wit, achter rood).
Fietsendrager
Een fietsendrager mag aan beide kanten niet meer uitsteken dan 40 cm. Als de fietsendrager de achterlichten en reflectoren van je voertuig geheel of gedeeltelijk bedekt, moet de drager zijn voorzien van een verlichtingsbalk.
Kentekenplaat en NL-sticker
Als de fietsendrager of bagagebox op je trekhaak de kentekenplaat van je voertuig geheel of gedeeltelijk bedekt, moet je er een witte kentekenplaat op aanbrengen met het kenteken van je voertuig. Je moet in dat geval ook een ovale witte NL-sticker aanbrengen op de fietsendrager of bagagebox. Je mag de sticker niet op de witte kentekenplaat plakken. Je kunt de NL-sticker eventueel op een fiets aanbrengen. Een NL-sticker is verkrijgbaar via anwb.nl/webwinkel.
Winterbanden en sneeuwkettingen
Het gebruik van winterbanden is niet verplicht, maar wordt wel aangeraden. Het wordt ten zeerste aangeraden om in de winter op banden te rijden met een profieldiepte van ten minste 4 mm. De ANWB adviseert je goed geteste winterbanden of all-seasonbanden te gebruiken die zijn voorzien van het sneeuwvloksymbool (3PMSF). Voor het rijden in de bergen en bij zwaardere winterse omstandigheden adviseert de ANWB je een goed geteste 'echte' winterband met sneeuwvloksymbool (3PMSF) te gebruiken. In deze omstandigheden biedt zelfs een goed geteste all-seasonband met sneeuwvloksymbool vaak onvoldoende grip en veiligheid. Meer informatie: anwb.nl/winterbanden.
Bij winterse omstandigheden is het verplicht om goed passende sneeuwkettingen in de auto te hebben. Het gebruik van sneeuwkettingen kan op bepaalde wegen als de weersomstandigheden dat vereisen, verplicht worden gesteld met een rond, blauw verkeersbord waarop een witte autoband met sneeuwketting staat. Sneeuwkettingen mogen alleen worden gebruikt op wegen die met sneeuw of ijs zijn bedekt. Als sneeuwkettigen worden gebruikt, moeten deze in elk geval op de aangedreven wielen worden gemonteerd. De maximumsnelheid bij het gebruik van sneeuwkettingen is 50 km/h. Let op: Bij een grensovergang met het ronde blauw verkeersbord met daarop een witte autoband met een sneeuwketting worden aangegeven dat alleen die voertuigen Hongarije binnen mogen waarin sneeuwkettingen aanwezig zijn voor de aangedreven wielen. Er kan in dat geval worden gecontroleerd of je sneeuwkettingen in je auto hebt.
Bij het bord dat het aanbrengen van sneeuwkettingen verplicht stelt, is het toegestaan sneeuwsokken te gebruiken in plaats van sneeuwkettingen.
Het gebruik van spijkerbanden is verboden.
Let op: In Duitsland en buurlanden, zoals Oostenrijk, Roemenië en Slowakije is het rijden op winterbanden verplicht bij winterse omstandigheden en kun je niet volstaan met het meenemen van sneeuwkettingen.
Bij een grensovergang kan met het ronde blauwe verkeersbord met daarop een witte autoband met een sneeuwketting worden aangegeven dat alleen voertuigen die Hongarije binnen mogen waarin sneeuwkettingen aanwezig zijn voor de aangedreven wielen. Er kan in dat geval worden gecontroleerd of je sneeuwkettingen in je auto hebt.
Caravan/aanhangwagen
o.a. afmetingenAfmetingen
- Breedte combinatie (excl. spiegels): 2,55 m
- Hoogte combinatie: 3 m
- Lengte aanhanger (excl. dissel): 12 m
- Lengte combinatie: 18,75 m
De maximumhoogte van 3 m geldt alleen voor caravans en aanhangwagens die worden getrokken door een personenauto. Voor overige voertuigen is de maximumhoogte 4 m.
Let op: Een eventuele fietsendrager wordt achterop wordt meegerekend in de lengte.
Fietsregels
o.a. fietshelm en verlichtingDe hierna vermelde verkeersregels voor een fiets gelden ook voor een elektrische fiets met trapondersteuning tot 25 km/h en een vermogen tot 300 watt.
Fietshelm
Het dragen van een fietshelm is niet verplicht, maar wordt wel aangeraden.
Buiten de bebouwde kom geldt voor fietsers de volgende maximumsnelheid:
- Met fietshelm: 50 km/h
- Zonder fietshelm: 40 km/h
Veiligheidsvest
Fietsers zijn verplicht om 's nachts, en overdag bij slecht zicht, buiten de bebouwde kom een reflecterend veiligheidsvest te dragen.
Mobiele telefoon
Het is fietsers verboden tijdens het rijden een telefoon vast te houden. Ook als je in het verkeer stilstaat (bijvoorbeeld voor een stoplicht) mag je geen mobiele telefoon vasthouden. Handsfree bellen is wel toegestaan.
Verlichting
Fietsen moeten in het donker en bij slecht zicht zijn voorzien van vaste lampen. Voor op de fiets moet het lucht de kleur wit of geel hebben en achter op de fiets de kleur rood.
De fiets moet achter een rode reflector hebben en gele of oranhe reflectoren op de pedalen. Ook moet de fiets zijn voorzien van goed werkende remmen en een bel.
Passagiers
Personen van 16 jaar en ouder mogen een kind van maximaal 10 jaar op de fiets vervoeren in een fietszitje.
Fietsende kinderen
Alleen kinderen die 12 jaar of ouder zijn, mogen op de rijbaan fietsen.
Aanhanger
Aan een fiets mag een speciale fietsaanhanger worden gekoppeld.
Plaats op de weg
Als er een fietspad aanwezig is, moet je deze gebruiken.
Op gecombineerde fiets-/voetpaden moet je gebruikmaken van het voor fietsers bestemde gedeelte of, als er geen scheiding is aangebracht, moet de snelheid worden aangepast om voetgangers niet in gevaar te brengen. De maximumsnelheid op deze fietspaden is 20 km/h.
Als binnen de bebouwde kom de kant van de weg ongeschikt is om te fietsen, mag je ook op het trottoir fietsen, maar je mag voetgangers daarbij niet hinderen en je mag niet harder rijden dan 10 km/h.
Fietsers mogen, mits dat met een verkeersbird of beschildering op het wegdek wordt aangegeven, ook op de busbaan rijden.
Linksaf slaan
Het is verboden om op de fiets buiten de bebouwde kom vanaf een hoofdweg of vanaf een fietspad parallel aan een weg fietsend linksaf te slaan. Als je hier linksaf wilt slaan, moet je afstappen en de weg lopend oversteken.