Op de weg
o.a. voorrangsregels en parkerenLinks rijden
In Groot-Brittannië en Noord-Ierland moet je links rijden en rechts inhalen.
Veilig rijden
In Groot-Brittannië en Noord-Ierland riskeer je een boete als je je als bestuurder laat afleiden. Alles wat je doet dat de verkeersveiligheid in gevaar zou kunnen brengen (eten, drinken, roken, een apparaat bedienen etc.) is verboden.
Als bestuurder moet je daarom afleidingen vermijden en kun je een aanzienlijke boete krijgen als je tijdens het rijden bijvoorbeeld luistert naar harde muziek (waardoor andere geluiden niet hoorbaar zijn), een kaart probeert te lezen, een muziekspeler of radio bedient, discussies voert met je passagiers of iets eet, drinkt of rookt en daarmee jezelf of andere weggebruikers in gevaar brengt of zou kunnen brengen.
Hiërarchie van weggebruikers
In Groot-Brittannië en Noord-Ierland geldt een hiërarchie van weggebruikers (van kwetstbaarst tot minder kwetsbaar), die inhoudt dat weggebruikers die de grootste schade kunnen toebrengen, ook de grootste verantwoordelijkheid dragen voor de veiligheid van anderen.
Dit betekent concreet onder andere het volgende voor weggebruikers:
-
Automobilisten en bromfietsers moeten nu ook voorrang verlenen aan voetgangers of fietsers die wachten bij een oversteekplaats om over te steken (en dus niet alleen als ze al bezig zijn met oversteken).
-
Net zoals in Nederland moeten automobilisten en bromfietsers op een kruising voorrang verlenen aan een voetganger die de weg wil oversteken die zij willen inslaan of van waaruit zij willen afslaan.
-
Automobilisten moeten op een kruising bij het afslaan voorrang verlenen aan achteropkomende fietsers die rechtdoor gaan, ook als die zich niet op een fietspad bevinden.
-
Fietsers mogen nu op een rustige weg midden op de rijbaan rijden om zichtbaarder te zijn (ze moeten bij achteropkomend snelverkeer wel weer aan de linkerkant van de weg gaan rijden).
-
Automobilisten zijn verplicht bij het openen van hun portier rekening houden met fietsers en bromfietsers, dit geldt ook in Nederland. Ze krijgen het advies de Dutch reach te gebruiken, dus het autoportier te openen met de hand die het verst van het portier is verwijderd, zodat ze automatisch achterom kijken.
Voorrangsregels
- Op kruisingen zonder voorrangsborden en -markeringen heeft niemand voorrang. Je wordt in dat geval aangeraden goed uit te kijken en bij twijfel altijd voorrang te verlenen.
- In Groot-Brittannië en Noord-Ierland wordt niet met haaientanden, maar met een dubbele onderbroken streep aangegeven dat bestuurders voorrang moeten verlenen aan bestuurders op een kruisende weg. Kruispunten kunnen over het hele kruisingsvlak voorzien zijn van diagonale gele strepen. Je mag deze zogenoemde box junctions alleen oprijden als je zonder te stoppen het kruispunt kunt passeren. Je mag wel op de kruising stoppen, als je bij het rechtsaf slaan voor tegemoetkomend verkeer moet wachten.
-
Je moet een bus, touringcar of tram voorrang verlenen wanneer je dat veilig kunt doen, in het bijzonder wanneer deze met richtingaanwijzers aangeeft de halte te willen verlaten.
-
Voetgangers hebben voorrang op zebrapaden die zijn voorzien van gele knipperbollen.
Verlichting
Veilig inhalen
Als automobilist of motorrijder moet je bij het inhalen van een fietser voldoende zijdelingse afstand bewaren tussen jou en de fietser (de aanbevolen afstand is minstens 1,5 meter).
Rijden in de bergen
Op smalle wegen in de heuvels moet je waar mogelijk voorrang verlenen aan stijgend verkeer en indien nodig achteruitrijden tot je een uitwijkplaats hebt bereikt. Ga voor meer informatie over veilig rijden in de bergen naar anwb.nl/auto/themas/vakantie-met-de-auto/autorijden-in-de-bergen.
Veilig wandelen
Voetgangers wordt geadviseerd aan de rechterkant van de weg te lopen als er geen voetpad aanwezig is. Voetgangers wordt aangeraden om in het donker, overdag bij slecht zicht en op smalle wegen achter elkaar te lopen.
Rotonde
Op een rotonde rijdt het verkeer met de klok mee. Als je een rotonde wilt oprijden, moet je voorrang verlenden aan bestuurders die zich al op de rotonde bevinden (bestuurders van rechts), tenzij anders wordt aangegeven. Anders dan in Nederland moet je bij het naderen van een rotonde al de richting aangeven die je na de rotonde wilt volgen:
- Naar links (een kwart rotonde): geef continu richting aan naar links;
- Rechtdoor (halve rotonde): geeft eerst geen richting aan en geef pas richting aan naar links wanneer je de laatste afslag vóór de afslag die je wilt nemen, bent gepasseerd.
- Naar rechts (driekwart rotonde): geef eerst richting aan naar rechts en geef pas richting aan naar links wanneer je de laatste afslag vóór de afslag die je wilt nemen, bent gepasseerd.
Op een rotonde met meer rijstroken, moet je zoveel mogelijk de richting aanhouden die je wilt volgen.
Parkeren en stilstaan
Het is verboden te parkeren aan de rechterkant van de weg (tegen de rijrichting in), ook in parkeervakken aan de rechterkant. In een straat met eenrichtingsverkeer mag je wel aan de rechterkant parkeren. Het is verboden te parkeren op een plek waar je auto een obstakel vormt. Deze regel wordt vooral in de grotere plaatsen strikt toegepast. In sommige steden moet je een parkeerschijf gebruiken. Verder is het ook verboden te parkeren langs een weg met in het midden al dan niet onderbroken dubbele witte lijnen. Er geldt een parkeerverbod langs een urban clearway (autoweg met tijdelijk stopverbod in stedelijk gebied) gedurende de tijd die vermeld staat op het bijbehorende rechthoekige verkeersbord. Deze tijden zijn vaak van maandag t/m vrijdag van 8.30-18.30 uur en op zaterdag van 8.30-13.30 uur. In Londen is het uitdrukkelijk verboden om op de stoep te parkeren en in steeds meer steden wordt dit naar verwachting streng verboden.
Een clearway is een weg of weggedeelte waar een verbod stil te staan geldt. Een clearway wordt aangeduid met eenzelfde soort bord als in Nederland, een rond bord met een rode rand en een blauw veld met daaroverheen een rood kruis. In stedelijke gebieden en met name in Londen komen ook red routes voor waar een verbod om stil te staan geldt. Dit zijn grote wegen met aan de kant een doorgetrokken enkele of dubbele rode streep. Bij een enkele rode streep geldt het verbod gedurende de tijd die vermeld staat op het bijbehorende verkeersbord en bij een dubbele doorgetrokken rode streep geldt het verbod om stil te staan permanent. Een gele lijn langs de rijbaan of stoeprand geeft aan dat daar beperkingen gelden voor stilstaan of in- en uitladen. Deze beperkingen worden vaak op kleine rechthoekige borden aangegeven.
Toeteren
Binnen de bebouwde kom is toeteren verboden tussen 23.30 en 7.00 uur. Geluidssignalen kunnen worden vervangen door knipperen met groot licht, mits tegenliggers hierdoor niet gehinderd worden. Het is verboden te toeteren als je auto stilstaat (tenzij je daarmee een gevaar kunt afwenden).
Slepen
Het slepen van voertuigen wordt ten zeerste afgeraden. Je wordt geadviseerd een sleepdienst in te schakelen. Een voertuig mag alleen worden gesleept tot de dichtsbijzijnde garage. De afstand tussen het slepende en gesleepte voertuig mag niet meer dan 4,5 m zijn. Achter op de auto die wordt gesleept, moet een geel markeringsbordje of gele sticker met de tekst on tow worden aangeracht.
Lege tank
Bestuurders die op de vluchtstrook moeten parkeren vanwege een lege tank, zijn strafbaar.
In de auto
o.a. flitspaalsignalering en telefoongebruikRijden onder invloed
In Groot-Brittannië en in Noord-Ierland is het maximaal toegestande alcoholgehalte in het bloed 0,8 promille. In Schotland geldt net zoals in Nederland een limiet van 0,5 promille.
Flitspaalsignalering
Het meenemen en gebruik van radardetectieapparatuur is toegestaan. Dit geldt ook voor apparatuur met signalering voor vaste flitspalen of trajectcontroles (zoals navigatieapparatuur en telefoons).
Mobiele telefoon
Het is verboden om tijdens het rijden een telefoon vast te houden of te gebruiken. Je mag tijdens het rijden geen foto's of video's maken, door afspeellijsten bladeren of games spelen. Navigatiefuncties mogen alleen worden gebruikt als de telefoon of het navigatiesysteem zich in een houder op het dashboard bevindt. Let op: Ook als het voertuig stilstaat (met draaiende motor) in de file of voor een rood verkeerslicht, mag de bestuurder geen mobiele telefoon vasthouden of gebruiken. Handsfree bellen mag wel.
Er mag tijdens het rijden geen apparatuur met een scherm, zoals een smartphone, tablet of dvd-speler, aanwezig zijn binnen het gezichtsveld van de bestuurder. Alleen navigatieapparatuur is toegestaan.
Roken in de auto
Het is in Engeland, Wales en Schotland strafbaar voor iedere inzittende van een auto of camper om te roken in het bijzijn van een passagier onder de 18 jaar.
Kinderen in de auto
In een auto die is voorzien van veiligheidsgordels, moeten kinderen van 3 t/m 11 jaar die kleiner zijn dan 1,35 m, in een goedgekeurd en passend kinderzitje of op een goedgekeurde en passende zitverhoger worden vervoerd. Deze kinderen mogen alleen in de volgende gevallen op de achterbank een gewone autogordel dragen:
-
In de taxi als er geen kinderzitje beschikbaar is.
-
Bij onverwacht noodzakelijk vervoer over een korte afstand.
-
Als er al twee kinderzitjes in gebruik zijn en er geen plaats is voor een derde op de achterbank.
Kinderen onder de 3 jaar moeten in een goedgekeurd en passend kinderzitje worden vervoerd en mogen niet worden vervoerd in een voertuig waarin geen kinderzitje aanwezig is. Kinderen onder de 3 jaar mogen alleen zonder kinderzitje worden vervoerd op de achterbank van een taxi.
Als een kind met de rug naar voren, voor in de auto, in een kinderzitje wordt vervoerd, moet de airbag uitgeschakeld zijn.
Voor kinderen van 12 jaar en ouder of met een lengte van minimaal 1,35 m is een gewone autogordel voldoende.
Het is de verantwoordelijkheid van de bestuurder om ervoor te zorgen dat kinderen jonger dan 14 jaar in een geschikt kinderzitje zitten met een vastgemaakte gordel of hun veiligheidsgordel dragen. Personen van 14 jaar of ouder zijn zelf verantwoordelijk voor het dragen van een veiligheidsgordel.
Huisdieren
Bij het vervoer van een huisdier kun je het beste uitgaan van artikel 5 in de Nederlandse Wegenverkeerswet (WvW 1994). Volgens dit artikel moet een huisdier zodanig vervoerd worden dat dit niet tot gevaarlijke situaties of verkeershinder kan leiden.
Uitrusting
o.a. fietsendrager en winterbandenLading
- Lading mag aan de voor- of achterkant maximaal 1 m uitsteken. Als lading meer dan 1 m maar minder dan 2 m uitsteekt, moet het uiteinde duidelijk zichtbaar worden gemaakt (bijvoorbeeld met een gekleurde doek).
- Lading mag zijwaarts aan beide kanten niet meer dan 30,5 cm uitsteken, tot een maximale totaalbreedte van 2,90 m.
- 's Nachts of bij slecht zicht moet uitstekende lading voorzien zijn van een rood licht aan de achterkant en een wit licht aan de voorkant.
Fietsendrager
De fietsen mogen aan beide zijden niet meer dan 30,5 cm uitsteken.
Koplampstickers
Als je met een Nederlandse auto links rijdt, kunnen de koplampen te veel op de andere weghelft schijnen waardoor tegenliggers verblind kunnen worden. Het verblinden van tegenliggers is strafbaar in Groot-Brittannië en Noord-Ierland. Het wordt daarom aangeraden de koplampen indien mogelijk te verstellen of gedeeltelijk af te plakken. Dat laatste kan met speciale koplampstickers, die je onder meer kan aanschaffen bij de ANWB Winkel.
Kentekenplaat en NL-sticker
Als de fietsendrager of bagagebox op de trekhaak de kentekenplaat van je voertuig geheel of gedeeltelijk bedekt, moet je er een witte kentekenplaat op aanbrengen met het kenteken van het voertuig. Je moet in dat geval ook een ovale witte NL-sticker aanbrengen op de fietsendrager of bagagebox. Je mag de sticker niet op de witte kentekenplaat plakken. Je kunt de NL-sticker eventueel op een fiets aanbrengen. Een NL-sticker is verkrijgbaar via anwb.nl/webwinkel.
Winterbanden en sneeuwkettingen
Het gebruik van winterbanden is niet verplicht. Het gebruik van sneeuwkettingen is uitsluitend toegestaan als de weg is bedekt met sneeuw of ijs en het wegdek niet wordt beschadigd.
Meer informatie over winterbanden, zie anwb.nl/auto/banden/winterbanden/.
Caravan/aanhangwagen
o.a. afmetingen en spiegelsAfmetingen
- Breedte combinatie (excl. spiegels): 2,55 m
- Hoogte combinatie: 4 m
- Lengte aanhanger: 7 m
- Lengte combinatie: 18,75 m
Let op: Een eventuele fietsendrager achterop wordt meegerekend in de lengte. Een caravan of aanhangwagen mag maximaal 12 meter lang zijn als de toegestane maximummassa van het trekkende voertuig groter is dan 3500 kg. De maximumlengte is 18 meter als het trekkende voertuig vóór 1998 is geproduceerd.
Spiegels
Het wordt ten zeerste aangeraden om zowel links als rechts een achteruitkijkspiegel te monteren als je een caravan of aanhangwagen trekt omdat je verplicht bent te zorgen voor goed zicht naar achteren (minstens 20 meter) aan beide zijden van de caravan of aanhangwagen.
Rijstroken
Op autosnelwegen met drie of meer rijstroken in één richting mag je met een auto met caravan of aanhangwagen niet op de meest rechtse rijstrook rijden.
Fietsregels
o.a. fietshelm en elektrische fietsDe hierna vermelde verkeersregels voor een fiets gelden ook voor een elektrische fiets met trapondersteuning tot 25 km/h en een vermogen tot 250 watt (EAPC, Electrically Assisted Pedal Cycle).
Fietshelm
Het dragen van een fietshelm is niet verplicht, maar wordt wel geadviseerd.
Bestuurders van een speedpedelec zijn wél verplicht een goedgekeurde bromfietshelm (norm ECE 22.05 of 22.06) te dragen. Voor zover bekend, is het dragen van een speciale speedpedelec-helm (norm NTA 8776) niet toegestaan.
Elektrische fiets
In Groot-Brittannië en Noord-Ierland moet je minimaal veertien jaar zijn om op een elektrische fiets (EAPC, Electrically Assisted Pedal Cycle) te mogen rijden.
Speedpedelec
Voor een elektrische fiets met trapondersteuning tot 45 km/h (S-Pedelecs) gelden dezelfde regels als voor bromfietsen. De minimumleeftijd om op een speedpedelec te rijden 16 jaar en de bestuurder moet in het bezit zijn van het bromfietsrijbewijs (rijbewijs AM) of een auto- of motorrijbewijs. Met een speedpedelec is het verboden om op een fietspad te rijden.
Mobiele telefoon
Mobiel bellen op de fiets is wettelijk niet verboden, maar je bent wel strafbaar als je door het bellen het verkeer in gevaar brengt.
Passagiers
Het is verboden passagiers op de fiets te vervoeren tenzij de fiets speciaal daarvoor is toegerust. Het is toegestaan om kinderen te vervoeren in een fietszitje, ook op een elektrische fiets (EAPC).
Plaats op de weg
- Wanneer er een fietspad aanwezig is, wordt fietsers geadviseerd hiervan gebruik te maken.
- Op gecombineerde fiets-/voetpaden moeten fietsers op het fietsgedeelte blijven.
- Wanneer busstroken ook door fietsers gebruikt mogen worden, wordt dit met borden aangegeven. Fietsen op motorways is verboden, maar fietsen op dual carriageways is toegestaan, tenzij met een verkeersbord wordt aangegeven dat dit verboden is.
- Fietsen op de stoep is verboden.
- Je mag op een rustige weg of bij langzaam verkeer midden op de rijbaan rijden, zodat je beter zichtbaar bent voor het overige verkeer. Je moet bij een achteropkomend voertuig, of als het verkeer sneller gaat rijden, weer aan de linkerkant van de weg gaan rijden als dat veilig kan, zodat anderen je kunnen inhalen.
- Op kruispunten zonder speciale voorzieningen voor fietsers mag je, mits dat veilig kan, in het midden van de door jou gekozen rijstrook rijden of stilstaan, zodat je beter zichtbaar bent en niet kunt worden ingehaald.
- Zie ook think.gov.uk/cycle-safety voor meer informatie.
Verlichting en overige vereisten
Fietsen moeten in het donker en bij slecht zicht zijn voorzien van vaste lampen. Voor op de fiets moet het licht de kleur wit of geel hebben en achter op de fiets de kleur rood. In tegenstelling tot Nederland mag in plaats van continu brandend het licht ook knipperen.