Molenvlietroute
Nederland, Zuid-Holland, Haastrecht
Het Groene Hart is meer dan koeien in het gras. Ten zuiden van Haastrecht ligt historisch land met lange smalle kavels doorsneden door zilverkleurige sloten. De route volgt heerlijke weggetjes omzoomd door wilgen, maar gaat ook een flink deel dwars door het weiland.
N.B. In het broedseizoen (mrt-juli) is de route niet toegankelijk.
Tip: Wandel deze route via de gratis ANWB Eropuit app. Zoek de route in de app via de filters. Onderweg zie je op het kaartje waar je bent, zo kun je niet verdwalen.
Hond mee: op deze route zijn honden niet toegestaan.
Toegankelijkheid: deze route is niet geschikt voor minderaliden vanwege de deels onverharde paden en hekken.
Paden: deze route voert voor 25% over onverharde paden met hekken om te passeren of overheen te klimmen. Verder is de route verhard of half-verhard en deel je het pad soms met fietsers (opletten dus!).
Parkeren: gratis parkeren op het Concordiaplein. Loop langs het gebouw concordia en ga op de weg LA. Steek aan de linkerzijde de rotonde over en ga LA de Kraanstraat in. Volg deze met de bocht mee naar rechts (Marktveld) en ga aan het einde RA, Hoogstraat. Het eerste wandelknooppunt 88 vind je aan de linkerkant van de weg.
N.B. De route is deels bewegwijzerd met zeskantige ANWB-bordjes ‘Molenvlietroute’, maar de bordjes staan niet overal. Let dus op de wandelknooppunten en volg daartussen de gele schildjes met rode pijlen van het wandelnetwerk.
Deze route volgt de wandelknooppunten: 88 – 29 – 39 – 40 (let op: ga bij fietsknooppunt 40 RA het fietspad/Hornaardpad op) 30 – 28 - 23 – 86 – 90 – 58 – 57 – 88.
Naar onze begrippen is Haastrecht - met nog geen 4500 inwoners - een dorp. Maar de plaats kreeg in 1396 stadsrechten en is dus officieel een stad. Een mooi plaatsje in de Krimpenerwaard met Oud-Hollandse geveltjes, een oud stadhuis (1618),de mooie Sint Barnabaskerk en een mooie ophaalbrug over de IJssel.
De ontginning van veen is een hele klus. Veen dat wordt ontwaterd klinkt namelijk in en wordt weer nat en moet dus steeds dieper worden ontwaterd. Dankzij de uitvinding van de windmolen lukte dat aanvankelijk ook. Rond 1450 maalden er al vijf molens uit op het riviertje de Vlist. De bodemdaling zette echter door, de Vlist dreigde dicht te slibben en steeds opnieuw moesten er waterwerken worden aangelegd. Die eeuwigdurende strijd tegen het water is mooi verbeeld in Poldermuseum Gemaal De Hooge Boezem (Hoogstraat 31, Haastrecht, open: di t/m zo van 13:00 - 16:00 uur).
De Tiendweg is knap hobbelig. Je loopt hier op veen en dus op half vergane plantenresten. Maar het zicht op de omringende weilanden en de vele weide en watervogels is schitterend.
De Lopikerwaard was vroeger veenmoeras. Aan het landschap kun je nog steeds zien hoe dit veen werd ontgonnen: sloten met langgerekte percelen erlangs en rechte kades begroeid met elzen en wilgen. Van het hout werden vroeger bezems en bezemstelen gemaakt. De houtkades werden belangrijke groene verbindingswegen voor dieren zoals vleermuizen, vogels, kleine zoogdieren en vlinders. Er broeden ransuilen, spotvogels en grauwe vliegenvangers. En in de polders stappen opvallend veel ooievaars rond op zoek naar kikkers en muizen.
Natuurgebied De Benschopper Boezem, als boezemgebied van nature al nat, is een paar jaar geleden afgeplagd. Hierdoor is vooral het zuidelijke deel erg nat: ’s winters staat het onder water. Voor onder meer smienten is dat ideaal: deze eenden broeden in Scandinavië en Siberië en overwinteren hier. De mannetjes zijn herkenbaar aan een helder geel voorhoofd. Vanwege hun fluitend geluid worden smienten ook wel fluiteenden genoemd. In het voorjaar nemen weidevogels het natuurgebied De Benschopper Boezem in gebruik als kraamkamer. Er broeden hier onder meer grutto’s, tureluurs en kievitten.
De Vlist is een oude veenstroom, die in de middeleeuwen diende als ontginningsbasis. Aan de oostkant staan sommige huizen op een smalle weg tussen weg en wetering: de eerste kolonisten bouwden hun huizen op huisterpen om zich tegen overstromingen te beschermen. In het water liggen rieteilandjes met knotwilgen waarin vaak roodborstjes en winterkoninkjes te bespieden zijn. Bij een aantal oude boerderijen kun je de beroemde ‘Goudse boerenkaas’ kopen.
Ooit was een zogenaamde Zijgsloot bedoeld om de kwel uit de kade op te vangen en af te voeren. Nu is het Zijdegat een klein natuurgebiedje. In dit rietland broeden rietvogels als de kleine karekiet en rietzanger. Het riet wordt te dele gemaaid zodat er licht en ruimte is voor andere planten.
Overtuin Bisdom van Vliet is een historisch park met waterpartijen, beboste gebieden en wandelpaden behorend bij het voormalige woonhuis Vliet (nu Museum Paulina Bisdom van Vliet: met authentieke interieurs, meubels, schilderijen, tapijten en serviesgoed) van de familie Bisdom van Vliet, een welgestelde familie uit de 19de en begin 20ste eeuw. De tuin werd in 1745 aangelegd als een geometrische tuin, maar later veranderd in een landschapspark met klassieke elementen zoals theehuizen, een grot, bruggetjes en vijvers. Veel van die elementen zijn in de tijd helemaal of gedeeltelijk verloren gegaan, maar enkele tuinbeelden en het grafmonument van Johan en Paulina en hond Nora zijn er nog. De werkgroep Stichting Overtuin Bisdom van Vliet, wil de tuin terugbrengen in de staat van 1923 door de slingerpaden, vijvers, bruggetjes en een theehuis terug te brengen.