Jan Wolkerswandeling
Nederland, Zuid-Holland, Oegstgeest
Met de roman ‘Terug naar Oegstgeest’ gaf schrijver en kunstenaar Jan Wolkers landelijke roem aan het Zuid-Hollandse dorp onder de rook van Leiden. Wolkers werd er geboren (1925) en bracht er zijn jonge jaren door. Deze groene wandelroute voert over belommerde paden en lanen langs de plekken uit zijn jeugd. Hier speelde hij, ging hij naar school en ontwikkelde hij een diepe liefde voor de natuur.
Hond mee: De hond mag aangelijnd mee op deze wandeling.
Toegankelijkheid: Deze route is toegankelijk voor mindervaliden. Er zitten wel enkele smalle houten bruggetjes in.
Paden: deze route voert voor ca. 20% over onverharde paden.
Parkeren: achter Hotel landgoed Oud-Poelgeest, Poelgeesterweg 1, Oegstgeest is een parkeerterrein.
OV: Vanaf station Leiden Centraal loop je in 25 minuten (2 km) via de Boerhavelaan en de Oegstgeesterweg naar Kasteel Oud Poelgeest.
- Loop met je rug naar Kasteel Oud Poelgeest de laan af. Verlaat het landgoed en ga LA de Poelgeesterweg in. Aan het einde is een voetpad, loop dat door en ga RA richting rotonde, steek hier de weg over, sla meteen LA en ga de eerste straat RA, Poelgeesterweg. Ga bij het hek RD, het Leidse Hout in (Van Waverenweg).
- Loop het pad RD en ga aan het einde LA. Ga voor het hek RA, verlaat de Leidse Hout en loop de Van Beuningenlaan in (links ligt een Atletiekbaan). Volg de weg met de bocht naar links naar de Antonie Duycklaan. Bij de eerste straat zie je op de hoek de Leidse Houtschool. Je gaat voor de school RA, de Adriaan Pauwstraat in. Steek de Rijnsburgerweg over en ga LA. Aan je rechterhand, waar nu moderne appartementen staan, lag vroeger Buitenplaats Nieuweroord. Ga de eerste mogelijkheid RA, het Van Eysingapark in. Houdt links aan en wandel het Bos van Bosman in. (NB. Kun door werkzaamheden tijdelijk niet links om de gebouwen van Buitenplaats Nieuweroord lopen? Ga dan rechtsom: 1ste LA over het bruggetje, 2de bruggetje RA, vervolg de route)
- Waar de weg overgaat in een pad, houd je rechts aan. Het pad buigt naar rechts en vervolgens weer naar links tot het langs het water loopt. Blijf het pad volgen langs het water. Voor de 2de bocht naar rechts zie je links door de bomen aan de overzijde van de Wassenaarseweg, links de portierswoning (nr 60) en rechts het wachthuisje, dat vroeger de achterzijde van het LUMC terrein was. Het laboratoriumgebouw voor Pathologie ligt daarachter (Laboratoria en rouwkapel).
- Volg het bospad tot de Blauwe Vogelweg. Steek deze over, sla even RA en meteen weer LA het Pomonapad in. Dit pad volg je helemaal, onder een tunneltje door, totdat je aan het einde uitkomt op het fietspad (aan de overkant zie je de ingang van een volkstuinencomplex). Ga hier RA en vlak voordat het fietspad eindigt LA, richting de ingang van de speeltuin. Vlak voor het hek van de speeltuin ga je RA een smal pad op (Pad van Bremmer). Volg dit pad tot de Biologische Kwekerij de Groene Cirkel.
- Aan het einde van het pad ga je RA en vervolgens LA een bruggetje over. Je gaat nogmaals LA, over het 2de bruggetje en houdt vervolgens rechts aan. Ga aan het einde van het pad (je verlaat nu het bos) RA en houdt vervolgens links aan op de verharde weg. Aan de rechterkant zie je Kasteel Endegeest. Loop links om het kasteel heen en ga op de Kasteellaan.
- Blijf het pad volgen en houdt links aan. Je komt nu op de Endegeesterstraatweg. Steek bij het zebrapad de weg over. Volg het pad tussen parkeerterrein en Julianaschool en loop de buitenplaats Rhijngeest op. Ga over het bruggetje het bos in en neem het tweede pad RA. Volg dit pad RD. Je passeert de Drakenbrug. Aan het einde van het pad, bij het hek, ga je LA. Vervolgens aan het einde RA. Je komt nu bij het gemeentehuis van Oegstgeest. Loop RD over het terrein van het gemeentehuis, steek de weg over en ga LA. Ga tegenover Café de Gouwe de eerste straat RA. Dit is de Deutzstraat. Op nr. 7 is Jan Wolkers geboren (nu Kin Sushi). Aan het einde van de parkeerplaats staat een gedicht van Jan Wolkers op de muur.
- Loop de Deutzstraat uit en sla RA. Steek bij de verkeerslichten over en ga de Prins Hendriklaan in. Neem de eerste straat LA (Julianalaan). Halverwege deze laan staat de Mauritskerk (voorheen Regenboogkerk). Houdt na de kerk links de Mauritslaan aan, steek op de splitsing over en ga RA de Frederik Hendriklaan in (aan je rechterhand ligt een vijvertje). Ga LA de Koninginnelaan in. Loop deze uit tot aan het Van Griethuijsenplein. Ga hier RA en vervolgens LA de Louise de Colignylaan in, het bruggetje over. Blijf RD lopen op de Louise de Colignylaan, de weg buigt naar rechts. Vlak voor de kruising met de Terweeweg zie je links het hek dat vroeger toegang gaf tot het buiten D’Hoogen boom. Steek de Terweeweg over en loop de Hofdijk op. Loop deze helemaal uit, alsmaar RD, ook als de weg verderop overgaat in de Laan van Alkemade. Steek aan het einde de Laan van Oud Poelgeest over en loop de Poelgeesterweg in richting Kasteel Oud Poelgeest, het startpunt van de route.
Oegstgeest is een groene gemeente in de Leidse regio. In oppervlakte is het de op een na kleinste gemeente van Nederland. Het wordt ook wel schrijversdorp genoemd omdat er veel bekende schrijvers woonden en werkten, zoals Frédéric Louis Bastet (1926-2008) en Frits Bernhard Hotz (1922 – 2000). De bekendste auteur is Jan Wolkers (1925-2007) die in zijn roman Terug naar Oegstgeest terugkeert naar het dorp van zijn jeugd. Hij mixt in het boek heden en verleden. En beschrijft met gevoel voor detail griezelige en soms walgelijke ervaringen die zijn fantasie aan het werk zetten. Belangrijke thema’s in het boek zijn het strenge gereformeerde geloof waar Wolkers zich tegen afzette en het overlijden van zijn broer aan een ongeneeslijke ziekte. In het boek lees je dat Wolkers al vroeg bezig was met dieren en insecten. Daar doet hij soms gruwelijke dingen mee. Maar hij verstopt ook laboratoriummuizen op zijn werk om ze te behoeden voor een pijnlijke dood.
Podcast: de biograaf van Jan Wolkers, Onno Blom, vertelt in een podcast nog meer over de bijzondere band die Jan Wolkers had met Oegstgeest.
Kasteel Oud Poelgeest ontstond rond 1300 als versterkt huis omzoomd door moerassen en poelen. Het ligt op een landgoed van 10 ha. Het kasteel is in 1668 gebouwd op de fundamenten van een vorig kasteel. Het kasteel heeft vele bewoners gehad. De bekendste hiervan is professor Herman Boerhaave die hier van 1724 tot 1738 in de zomermaanden verbleef. In 1940 kwam het kasteel in handen van de gemeente Oegstgeest. Tijdens de oorlog werden hier respectievelijk Nederlandse, Duitse en Canadese militairen gehuisvest. In 1988 werd het beheer van het landgoed en bijbehorende gebouwen overgedragen aan Stichting Erfgoed Oud Poelgeest. Op dit moment is het een congreshotel en is er een restaurant.
Kasteel Oud Poelgeest komt in vele boeken van Jan Wolkers voor. Een belangrijke rol is hierbij weggelegd voor het Tillenbeest (een sfinx). De ik-figuur en zijn vrienden in ‘De Walgvogel’ brengen heel wat tijd door in het bos om gedichten te lezen. Nadat de Duitsers zijn vertrokken uit het Kasteel laten ze een ravage achter. De ik-figuur haalt eerst één tillenbeest weg, die kwam in het ouderlijk huis van Jan terecht. Daarna ging hij terug met een vriend (Jan de Heer) en wrikte de andere van de schouw. Dat tillenbeest is verloren gegaan. In het verhaal gooit de hoofdpersoon het ding in een latrine en “spat de stront omhoog”. Een tweede tillenbeest is nagemaakt en de twee staan nu weer op de schouw. Het werd in 2013 door de zus van Jan Wolkers teruggegeven aan het kasteel en staat nu in de Drakenzaal. Jan Wolkers heeft vele uren samen met zijn vrienden in het bos doorgebracht om te tekenen.
De Leidse Hout en de Groene Maredijk spelen een rol in het boek ‘De Walgvogel’. Nadat de hoofdpersoon samen met Lien het Tillenbeest ad opgegraven, lopen ze het weiland door dat hier toen was. De koeien die hier lopen, jagen Lien de stuipen op het lijf.
Jan Wolkers kwam op deze school in juni 1934, nadat hij een korte tijd op de Julianaschool had gezeten. De reden dat hij naar deze school ging is omdat er in Oegstgeest geen lagere school met de bijbel meer was. In ‘Terug naar Oegstgeest’ vertelt hij hierover: “Op de andere school ging het meteen veel beter. In dat laatste kwartaal van de tweede klas slaagde ik erin om alle rode cijfers van het rapport van de vorige school te veranderen in zevens en achten.” Het is nog steeds een school met een open christelijk karakter.
Jan Wolkers heeft op Buitenplaats Nieuweroord gewerkt als tuinman. Hier woonde de man die door Jan Wolkers Houtheer werd genoemd. De Buitenplaats is in 1920 ontwikkeld door Aleidus Gerardus Bosman. Een landhuis met een wandelpark erom heen. In “Terug naar Oegstgeest” beschrijft Jan Wolkers zijn taken en bezigheden. Het landhuis is in 1970 gesloopt om plaats te maken voor een flatgebouw waar verpleegsters in woonden, die in opleiding waren bij het Academisch Ziekenhuis, tegenwoordig LUMC. Later werd het een asielzoekerscentrum. In 2016 is dit gebouw afgebroken. Er is nu een nieuw landhuis met 2 appartementsgebouwen gerealiseerd met ongeveer 87 appartementen.
Vroeger was de Wassenaarseweg een doodlopende weg, die toegang gaf tot de achterzijde van het ziekenhuisterrein. Hier bevonden zich de rouwkapel en een aantal laboratoria. Het eerste baantje van Jan Wolkers was dierenverzorger aan het Pathologisch Laboratorium van het Academisch Ziekenhuis. Hij is dan 14 jaar. In de rouwkapel kwamen de mensen die in het ziekenhuis zijn overleden, zo ook de oudere broer van Jan Wolkers die in 1944 overleed aan difterie.
De eerste vermeldingen van Kasteel Endegeest dateren uit 1307. René Descartes huurde de voorloper van het huidige kasteel van 1641-1643. Het huidige kasteel is gebouwd tussen 1647 en 1651 in opdracht van Elisabeth van Schouwen van Endegeest en haar echtgenoot Jacob van Berchem. Boven de poort hangt hun familiewapen. In 1895 werd het kasteel gekocht door de Gemeente Leiden om er een psychiatrische inrichting van te maken. Tot voor kort was hier GGZ Rivierduinen gevestigd. Op 20 september 2017 is het landgoed verkocht aan de Oudendal Groep, die er een medisch – maatschappelijk park wil creëren. In de tijd van Jan Wolkers werd dit ook wel het gekkenhuis genoemd. Hier zaten de minderbedeelden. In Oegstgeest en omgeving hoorde je geregeld de verwensing “Je bent rijp voor Endegeest”.
Dit is de eerste lagere school van Jan Wolkers. In ‘Terug naar Oegstgeest’ beschrijft Jan Wolkers het trappenhuis met Jugendstil-tegels, naar zijn idee stellen deze de industrie, de landbouw, de visserij en de veeteelt voor. In werkelijkheid stellen de negen tegeltableaus de vakken voor die op school werden gegeven. Hij was verliefd op juffrouw Vink, die schelpen uit Indië in haar jaszak droeg. Wanneer je goed je best deed, kreeg je er een paar en dan sprak ze de onheilspellende woorden: ”Schelpen, dat is het geld van de menseneters”.
In de tijd van Jan Wolkers was Buitenplaats Rhijngeest waarschijnlijk niet zo vrij toegankelijk als nu. In 1840 werd buitenplaats Rhijngeest gekocht door Van Heteren Gevers. Hij legde een parkbos aan in de Engelse Landschapstijl met diverse waterwegen en, middenin het bos, een brug. Op de brugleuning waren zwanenhalzen aangebracht. Tijdens herstel werkzaamheden werd duidelijk dat de zwanenhalzen meer op slangen of draken leken. Sindsdien heeft dit bruggetje de naam Drakenbrug. In 2016 en 2017 is de brug gerestaureerd en gedeeltelijk gefinancierd door een buurtactie. Het grootste deel is gefinancierd door het Prins Bernhardcultuurfonds en de Provincie Zuid–Holland.
Het gemeentehuis is gehuisvest in het gebouw met de naam Rhijngeest. Vroeger zaten hier de psychiatrische patiënten met een welgestelde achtergrond. Jan Wolkers liep hier dagelijks langs als hij onderweg naar school was. Hij schrijft hierover: “Als ik naar school liep kwam ik langs een zenuwinrichting die alleen maar door een smalle sloot van de straatweg was gescheiden. De hekken stonden dag en nacht open. Tussen de gladde hoge beukenstammen zag je het grote witte paviljoen, dat me aan een ansichtkaart uit Duitsland deed denken. Hier zaten, de beter gesitueerde patiënten.” In het perk voor het gemeentehuis staat het beeld ‘Vrouwen in Verzet’, in 1997 gemaakt door Jan Wolkers ter ere van het vrouwelijk verzet, de emancipatie en de internationale vrouwendag. In eerste instantie werd het monument geplaatst aan de Abspoelweg. Na de vernieling in 1998 heeft Jan Wolkers het hersteld en is het in 2000 in de tuin van het gemeentehuis geplaatst.
Jan Wolkers is geboren aan de Deutzstraat 7, op 26 oktober 1925, de 35ste verjaardag van zijn vader Jan Hendrik Wolkers. Zijn moeder was Jannetje van der Heijde, zij was toen 26 jaar. Jan was het derde kind, na hem zouden er nog zeven volgen. Jan Wolkers vader had een kruidenierswinkel met koloniale producten. Het gezin was streng gereformeerd, waar Jan Wolkers later in zijn leven regelmatig tegenaan heeft geschopt. Nadat bergingsbedrijf van den Ameele verdween en er een nieuw wijkje ontstond, is tegenover Wolkers’ geboortehuis, een blinde muur ontstaan. Op deze muur staat nu het muurgedicht ‘De Herinnering’ van Jan Wolkers:
Het is zo lang geleden
Dat het vergeten had moeten zijn
Het is zo vers
Als een voetstap in het gras,
Als rook die wegtrekt uit een open raam,
Dauw die druppelt langs gewas
Door aarde en stof,
Een gedachte die niet meer was.
N.B. Op de foto bij deze route zie je hoe Karina Wolkers (de vrouw van Jan Wolkers) het gedicht leest dat ze net heeft onthuld.
Voordat de Mauritskerk (nu Regenboogkerk) werd gebouwd was hier een stukje land, waar Jan Wolkers als kind graag kwam. In zijn boek ‘Terug naar Oegstgeest’ noemde hij het ‘het kleine paradijs’ waar hij vlinders en sprinkhanen ving tussen de populieren. Hier is zijn liefde voor de natuur begonnen. Op een dag mocht hij niet meer naar deze plek toe, omdat de kerk werd gebouwd. Tot de zondag in 1935. Toen werd de kerk ingewijd en ging de familie Wolkers hier iedere week ter kerke.
Van het buiten D’Hoogen boom van de Leidse hoogleraar Daniel Wyttenbach (1746 – 1820) staat alleen nog het monumentale toegangshek. De in het midden van dit terrein, is in 1830 opgericht ter nagedachtenis aan Daniel Wyttenbach. Zijn vrouw, Jeanne Gallien, had in haar testament opgenomen dat het huis na haar overlijden gesloopt moest worden. Alleen het voorplein van de hofstede “mag nimmer geroerd worden” en er moest een gedenkzuil voor haar man komen. In het boek Vivisectie van Jan Wolkers wordt deze plek benoemd. Dit boek gaat over een jongen die zijn broer de oorlog in ziet gaan en al weet, deze nooit meer terug te zullen zien.
De Hofdijk lag in de tijd van Jan Wolkers helemaal vrij. Er liep achter de wilgenbomen een pad dat was uitgesleten door het vele lopen. Jan Wolkers schreef over dit pad in ‘Terug naar Oegstgeest’: “Toen ik weer door het dorp reed kwamen overal die figuren opnieuw tot leven die als kind een blijvende indruk op mij hadden gemaakt. De oude paars aangelopen spiritusdrinkers, waarvan er een lallend lag te zingen op de Hofdijk met het theelood van zijn half leeggedronken fles op zijn dikke neus en zijn ene been tot aan zijn enkel in de sloot.”