Kinderen en airbags

Airbags zijn ontworpen om te beschermen tegen ernstig letsel bij een auto-ongeluk, maar als je je kind in een autostoeltje op de passagiersstoel zet, kan een airbag juist gevaarlijk zijn.

Voor je een autostoeltje voorin installeert op de passagiersstoel, is het belangrijk dat je de handleiding van zowel het zitje als de auto goed doorleest. Beide kunnen restricties opleggen waaraan je je moet houden.

Schakel de front airbag uit

Zet je een autostoeltje tegen de rijrichting in op de passagiersstoel, dan moet je de front airbag altijd uitschakelen. Het zitje staat dan zo dicht bij de airbag dat het een groot gevaar voor je kind vormt als deze uitklapt. Voor het uitschakelen van de airbag kun je het instructieboekje van de auto raadplegen.

Als de handleidingen hierover geen uitsluitsel geven, is het ook bij autostoeltjes die in de rijrichting staan raadzaam de front airbag uit te schakelen. Deze airbag is namelijk niet altijd afgestemd op de lichaamslengte en het postuur van een kind. Kan de front airbag niet uitgeschakeld worden, zet dan de autostoel zo ver mogelijk naar achteren.

Zij-airbags vormen in principe geen probleem bij het gebruik van een kinderzitje. Houd wel in de gaten dat het hoofd van je kind tijdens het slapen niet zijwaarts in het effectieve gebied van de zij-airbag valt, buiten de veilige omgeving van het autostoeltje.