Autostoeltje kopen? Hier moet je op letten

Tips van onze expert

Een autostoeltje kopen is best lastig. Er is zo veel aanbod! Welke stoeltjes zijn veilig, goed en ook nog een beetje betaalbaar? En hoe weet je eigenlijk of het stoeltje in je auto past? Onze expert zet de belangrijkste tips en aandachtspunten voor je op een rij.

Bekijk de ANWB Autostoeltjestest

Als je je aan het oriënteren bent voor een nieuw autostoeltje, bekijk dan eerst de ANWB Autostoeltjestest. Elk jaar onderzoekt de ANWB verschillende autostoeltjes op veiligheid, bediening, ergonomie en aanwezigheid van schadelijke stoffen. Deze onafhankelijke testresultaten helpen je om een geschikt en veilig autostoeltje te kiezen.

Welke autostoeltjes zijn er?

Autostoeltjes kan je grofweg opdelen in baby- peuter- en kinderstoeltjes en combinaties ervan.

• Babystoeltjes: te gebruiken van circa 0 tot 1 à 1½ jaar
• Baby-/peuterstoeltjes: te gebruiken van circa 0 tot 4 jaar
• Baby-/peuter-/kinderstoeltjes: te gebruiken van circa 0 tot max. 12 jaar
• Peuterstoeltjes: te gebruiken van circa 1 tot 4 jaar
• Peuter-/kinderstoeltjes: te gebruiken van circa 1 tot max. 12 jaar
• Kinderstoeltjes: te gebruiken van circa 4 tot max. 12 jaar

Let op: bij zitjes met een groot leeftijdsbereik zien we vaak dat het lastig is om over het hele bereik optimale veiligheid te bieden.

Aanschaftips

Ga je een autostoeltje kopen, dan zijn er een aantal dingen die je vooraf moet checken, of waar je goed over na moet denken.

Past het autostoeltje in je auto?

• Autostoeltjes die je met de autogordel bevestigt, zijn doorgaans geschikt voor elke auto.
• Isofix stoeltjes met top tether kan je universeel gebruiken op Isofix zitplaatsen met een top tether bevestigingspunt. Niet elke auto heeft zo’n bevestigingspunt!
• Heeft het Isofix-zitje een i-Size logo, dan kan je het gebruiken op alle zitplaatsen in de auto met het ‘i-Size’ label.
• Overige Isofix-stoeltjes mag je alleen gebruiken in de door de fabrikant vrijgegeven auto’s. In de autotypelijst van het zitje staat in welke auto’s en op welke zitplaatsen het zitje gebruikt mag worden. Deze autotypelijsten staan op de site van de autostoeltjesfabrikant.
• Check ook even het instructieboekje van je auto over wat de autofabrikant over gebruik van autostoeltjes te melden heeft. Misschien zijn er beperkingen.

Hoe ga je het autostoeltje gebruiken?

• Het is belangrijk dat je nadenkt over hoe jij het kinderzitje wilt gaan gebruiken. Een babystoeltje kun je bijvoorbeeld gebruiken voor het dragen van je kind buiten de auto. Een baby/peuter/kindstoeltje zit vast in de auto en kan dat dus niet. 
• Als het autostoeltje vaak gewisseld moet worden tussen verschillende auto’s, dan is het fijn dat het licht in gewicht is en makkelijk te monteren. Dit geldt veelal voor stoeltjes die een combinatie vormen van een los zitje met een Isofix-basis.
• Een babystoeltje met Isofixbasis kan je vaak, maar niet altijd, ook zonder basis met de autogordel bevestigen. Dit kan handig zijn bij wisselen tussen verschillende auto’s met en zonder Isofix.

Voor wat voor soort stoeltje ga je?

• Komt er binnen afzienbare tijd waarschijnlijk een zusje of broertje bij, dan kan het handig zijn te starten met een babystoeltje en later over te stappen op een peuterstoeltje. Beide stoeltjes kunnen dan doorschuiven naar het volgende kind. Een baby/peuterstoeltje kan bij de komst van de volgende nog in gebruik zijn.
• Verschillende baby/peuterstoeltjes en peuterstoeltjes kan je in twee rijrichtingen gebruiken. Je hebt losse zitjes die je in twee richtingen op een Isofix-basis kan plaatsen. Daarnaast zijn er zitjes waar je de schaal van kan roteren. Bij deze laatste kan je de schaal ook een kwartslag draaien om het intillen en vastgespen van je kind te vergemakkelijken.

Aandachtspunten bij montage met autogordel

• Vooral bij babystoeltjes moet je goed controleren of de autogordel lang genoeg is om het zitje te kunnen bevestigen. Is de gordel te kort, dan kun je eventueel kiezen voor een zitje met een aparte (Isofix)basis.
• Kijk of je het autostoeltje goed vast en stabiel in de auto kunt monteren. Dit is niet altijd mogelijk, bijvoorbeeld omdat autostoeltje en autozitting niet goed op elkaar afgestemd zijn.
• Bij een zitverhoger met rugleuning kan de autogordel klem komen te zitten na het voorover leunen van een kind. Hij rolt dan niet meer automatisch op. Probeer in dat geval een ander stoeltje dat beter past bij geometrie van de autogordel.

Tips voor na de aanschaf

Heb je een stoeltje gekocht, maak jezelf dan vertrouwd met de bediening ervan. In het donker of in de regen zoeken naar de juiste hendels, palletjes of beugels, met een moe en jengelend kind in het stoeltje: dat wil je voorkomen.

• Raadpleeg altijd de handleidingen van het zitje én die van de auto. Een juiste montage van het zitje is essentieel voor de maximale bescherming van het kind bij een ongeval.
• Zorg ervoor dat je de gordels goed aanspant bij het vastzetten van je kind. Als er speling op de gordels zit, verhoogt dit namelijk de kans op letsel bij een botsing. Het dragen van een dikke winterjas raden we hierom ook af. De gordels sluiten dan onvoldoende aan op het lichaam en er blijft speling. Bij kou kan je je kind toedekken met een dekentje over de gordels.
• Controleer regelmatig of het stoeltje nog goed is afgesteld op de lengte van je opgroeiende kind. Een niet goed afgestelde stoel kan geen optimale veiligheid bieden.
• Stap nooit te vroeg over naar het eerstvolgende grotere autostoeltje.
• Pas bij autostoeltjes die je in twee richtingen kunt gebruiken op dat je het stoeltje niet te vroeg in de rijrichting zet. Ons advies is om kinderen tot een leeftijd van minimaal 2 jaar tegen de rijrichting in te vervoeren.
• Iets heel anders, let op als je muziek afspeelt in de auto. Vaak zitten speakers op de achterbank in de buurt van het hoofd van baby of kind. Het volume hiervan wordt niet opgemerkt door de voorste inzittenden. Bij langdurige blootstelling aan hard geluid kan gehoorschade optreden. Baby’s en kleine kinderen zijn daar nog gevoeliger voor. Schakel daarom de speakers achterin de auto uit.