Auto Review Hyundai Tucson III

De vierde generatie van de Hyundai Tucson doet de concurrentie uiteen stuiven als een wesp op een kinderfeestje. Wanneer je zijn waslijst aan pluspunten bekijkt, lijkt er inderdaad weinig tegen de semi-terreinwagen te beginnen. Voor potentiële kopers blijft het echter oppassen geblazen.

Conclusie

De nieuwe Hyundai Tucson biedt altijd een vorm van elektrische rijondersteuning, beschikt over de meeste binnenruimte in zijn klasse en je krijgt ook nog eens extra fabrieksgarantie ten opzichte van de concurrentie. De vanafprijs is scherp en dat prijsvoordeel blijft overeind wanneer je de Tucson gaat aankleden. Persoonlijk zijn wij niet dol op dat laaggeplaatste dashboard en ook de sikkeneurige werking van sommige rijhulpsystemen komt op ons lijstje minpunten terecht. Maar dat zijn dan ook de enige kanttekeningen die we bij deze blikvanger plaatsen.

Type auto en prijs

Hyundai en Kia maken deel uit van hetzelfde autoconcern. Voorheen was Kia altijd de uitbundige van het stel, maar met de nieuwe Hyundai Tucson komt daar verandering in. De vierde generatie van de crossover is radicaal anders vormgegeven, met een markant front als belangrijkste blikvanger. De grille is opgedeeld in blokjes en beslaat de volledige voorzijde, tot de koplampen aan toe. De aanblik doet denken aan de kop van een insect. Voortaan is de semi-terreinwagen standaard voorzien van een elektrische hulpmotor. In welke mate die tweede krachtbron ondersteuning biedt, is afhankelijk van de gekozen uitvoering: Hyundai levert de Tucson als mild hybride, reguliere hybride én plug-in hybride. Prijzen beginnen bij € 34.995, waarmee de crossover een fractie duurder is dan een Peugeot 3008 (vanaf € 34.910), maar een stuk voordeliger dan een Volkswagen Tiguan (minimaal € 38.475). Beide alternatieven beschikken voor die instapprijs nog niet over een (mild)hybride aandrijflijn. Bovendien is de Hyundai hagelnieuw; de Peugeot en de Volkswagen zijn al halverwege hun levenscyclus (de huidige 3008 en Tiguan zagen in 2016 al het levenslicht). Daarnaast geven de Koreanen extra garantie: met zo’n nieuwe Tucson kun je de eerst komende 5 jaar bij de dealer aankloppen, mocht er onverhoopt iets mis zijn. Bij de Duitsers gaat na 4 jaar het bordje ‘Gesloten’ op de deur, in het geval van de Fransen zelfs al na 2 jaar.

Hoe rijdt de Tucson

Het bijzondere lijnenspel van de Tuscon beperkt zich niet tot de buitenzijde. Ook het interieur is stevig beetgepakt. Het instrumentarium bevindt zich tegenwoordig niet voor, maar ónder je. Hoe langer je bent, hoe vervelender dat uitpakt. Want om je snelheid af te lezen, zal je jouw ogen van de weg moeten halen. Bovendien ervaar je de Hyundai vanaf zo’n ‘troon’ als extra bewegelijk, met name tijdens het optrekken en afremmen. Dat kan ook komen, omdat je met de door ons gereden uitvoering al snel te hard rijdt. De hybride Tucson profiteert vanwege zijn combinatie van een verbrandings- en een elektromotor van een serieus prestatiepotentieel. De aandrijflijn is goed voor een gecombineerd vermogen van 230 pk en 350 Nm. De elektromotor doet meer dan alleen een duwtje in de rug geven: de krachtbron kan ook eigenhandig de Hyundai voortbewegen en doet dit tot op de snelweg. Het dashboard geeft precies aan welke motor de kar trekt. Daarover gesproken: het trekgewicht bedraagt maximaal 1.650 kilogram. Vanwege dat gigantische koppel betwijfelen we echter of je überhaupt in de gaten zult hebben dat er een aanhanger achter de Tucson hangt. Horen doe je de Hyundai wel: spreek je zijn prestaties aan, dan overstemt de brandstofmotor jouw gesprek. De Koreanen hebben niet gekozen voor een traploze transmissie - zoals bij concurrerende fabrikanten van hybrides gebruikelijk is - maar monteren een zestraps automaat, die voor het mooie iets sneller zou mogen schakelen. Je bedient de transmissie met behulp van drukknoppen, waarvan de reactietijd eveneens te wensen overlaat. ‘Even’ straatje keren is er met de Tucson niet bij. Verder valt op dat de semi-terreinwagen weliswaar over een spaar- en een sportstand beschikt, maar een ‘normale’ rijmodus ontbeert. Starten doet de Hyundai altijd in de spaarstand, maar gelukkig wordt het beschikbare vermogen niet merkbaar afgeknepen. In het dagelijks leven konden wij in die rijmodus althans prima uit de voeten. Een attent detail is de automatisch inschakelende recirculatiestand, wanneer de crossover bespeurt dat je een tunnel in rijdt. Daarvoor moet de Hyundai dan wel over een navigatiesysteem beschikken, dat op de auto aanwezig is vanaf het tweede uitrustingsniveau. De Tucson heeft de modernste rijhulpsystemen aan boord, al zitten die lang niet allemaal bij de vanafprijs inbegrepen. Dat geldt wel voor vermoeidheids- en verkeersbordherkenning, actieve rijstrookassistentie plus een noodremsysteem dat stopt voor voetgangers én fietsers. Bovendien geeft de crossover je een seintje op het moment dat jouw voorganger wegrijdt bij het verkeerslicht en jij daartoe (nog) geen aanstalten maakt. Op de optielijst vinden we behalve adaptieve cruise control en een waarschuwing voor kruisend verkeer ook een ingenieuze vorm van dode hoek bewaking. De klokkenwinkel van de Tucson is digitaal, waardoor de Koreanen jouw toerenteller kortstondig in een monitor kunnen veranderen. Je kijkt op het dashboard of er verkeer in je dode hoek zit. De gebruikte lens heeft een dusdanige groothoek, dat je er zelfs meer in ziet dan in je buitenspiegels! Zo enthousiast als we over dit hulpsysteem zijn, zo ergerlijk vonden we de rest van de aanvullende veiligheidsuitrusting. Onze testauto beschikte over een fileassistent, die autonoom rijden binnen jouw rijbaan toestaat. Laat je daadwerkelijk het stuur los, dan klinkt er al gauw een waarschuwingsgeluid. Die indringende piep hoorden we echter ook, wanneer we onze handen wel gewoon rond het stuurwiel geklemd hadden! Sowieso voel je de verschillende hulpsystemen nadrukkelijk ‘werken’ in de stuurinrichting. Om de functies die daarmee samenhangen uit te schakelen, moet je een menustructuur in: iets wat wij tijdens het rijden niet graag doen. Vanwege zijn uitbundige lijnenspel valt de Hyundai verder slecht te overzien. We waren dan ook blij met de achteruitrijcamera, die al vanaf het instapmodel wordt meegeleverd.

De Tucson van binnen

Het interieur van de Hyundai kwam bij het vorige testonderdeel al ter sprake, omdat het van invloed kan zijn op het geboden rijcomfort. Dat is nooit een goed teken, maar het neemt niet weg dat de Koreanen hun best hebben gedaan op het binnenste van de Tucson. Voor de bekleding zijn hoogwaardige materialen gebruikt en het geheel oogt smaakvol. Het merendeel van de bediening vindt plaats met behulp van het infotainmentsysteem, maar de radio en klimaatcontrole hebben gelukkig nog hun eigen set knoppen. De uit hun EV’s afkomstige ‘Driver Only’-mogelijkheid, waarbij alleen het gedeelte van de auto wordt verwarmd (of gekoeld!) waar de bestuurder zit, heeft inmiddels ook zijn weg naar gevonden naar brandstofgestookte Hyundai’s. Hoewel er wel érg veel functies zijn om uit te kiezen, ligt de ergonomie voor de hand. We ergerden ons wel aan het feit dat je alleen in de parkeerstand een mobiele telefoon kunt koppelen. Als de bijrijder onderweg voor DJ wil spelen, moet hij of zij dat dus vóór vertrek al aan de Tucson-eigenaar kenbaar maken. De semi-terreinwagen meet tegenwoordig 4,5 meter en dat is goed nieuws voor de passagiers achterin. Met dank aan een verstelbare rugleuning heb je op de achterbank zeeën van ruimte. De Hyundai heeft weliswaar een aanwezige middentunnel, maar je kunt alsnog drie kinderen kwijt. Die beschikken dan over hun eigen ventilatieroosters en twee stroompunten. De achterzijde van de voorstoelen is met kunststof bekleed: hoewel je er met je knieën niet bij in de buurt zult komen, oogt zulk materiaal niet fraai en krast het snel. Hoe groot de kofferbak is, hangt samen met de gekozen motorisering. De door ons gereden, reguliere hybride variant biedt de meeste bagageruimte: daarin kun je minimaal 616- en maximaal 1.795 liter aan spullen kwijt. Afmetingen die de concurrentie het nakijken geven! De rugleuning van de achterbank klap je eenvoudig neer met een hendel in de kofferbak. Onder de oplopende laadvloer kun je nog wat kleine spullen kwijt, in een door Hyundai in compartimenten opgedeelde, extra opbergruimte. Onze rijk uitgeruste testuitvoering was bovendien voorzien van een ‘slimme’ kofferklep, die vanzelf open gaat wanneer jij met volle handen - en de sleutel op zak - achter de crossover gaat staan.

De Tucson en het milieu

We schreven het tijdens de introductie al: tegenwoordig kun je geen Tucson meer kopen zónder elektrische rijhulp. Hoe groter het aandeel van de elektromotor, hoe spaarzamer het verbruik. Voor onze hybride testauto geven de Koreanen zelf een score op van 1 op 17,9. Wij realiseerden een praktijkverbruik van 1 op 15,4, wat voor zo’n grote auto nog steeds een keurig resultaat mag worden genoemd.

De Tucson als trekauto

Trekauto van het Jaar 2021!

De Hyundai Tucson is met zijn hybride aandrijflijneen ideale caravantrekker. Het opgegeven trekgewicht van 1.650 kg is iets aan de hoge kant: volgens ANWB-normen is 1.575 kg verstandiger. De elektromotor geeft zoveel extra power dat je eigenlijk vanuit stilstand over voldoende koppel beschikt. De benzinemotor laat bij stevig accelereren met een caravan aan de haak duidelijk horen dat er gewerkt wordt, maar storend is dat niet. Met dank aanhet lage zwaartepunt vanwegede laag geplaatste batterijen is de stabiliteit van de Tucson erg goed. Een mooie voorziening is het camerasysteem dat de dode hoeken in de gaten houdt. Ook bij een aangekoppelde caravan bewijst het zijn meerwaarde!

Welke caravan past het beste achter de Hyundai Tucson HEV? Check het in onze rekentool.