Naar de inhoudLogo van de ANWBANWB Homepage

Dubbeltest Renault Arkana vs. Toyota RAV4

7 september 2021 Hoeveel scheelt dat nou, zo’n klap op het dak?

Renault is het eerste grote publieksmerk dat een coupé-variant van een van diens crossovers aanbiedt. Om te bepalen of dat meer is dan een modegrill, vergelijken we die Arkana met een doodnormale semi-terreinwagen in de gedaante van de Toyota RAV4.

Voor wie een semi-terreinwagen niet stoer genoeg is, bestaat er sinds een jaar of 13 een alternatief. In 2008 wist BMW een crossover succesvol te kruisen met een coupé: dat werd de X6. Daarna volgden ook andere luxe fabrikanten, zoals Mercedes met de GLE Coupé en Audi en diens Q8. Renault is het eerste publieksmerk dat met een soortgelijke carrosserievariant op de proppen komt.

Hogere vanafprijs

Die bewuste Arkana staat op dezelfde bodemgroep als de Renault Captur, wat weer een onderhuids broertje is van de Nissan Juke. In Rusland wordt het model al eventjes verkocht, maar daar dient de Dacia Duster als basis. Mede vanwege het moderne platform én het feit dat de Arkana bij ons alleen verkrijgbaar is met een hybride aandrijflijn, ligt de vanafprijs iets hoger. Prijzen beginnen bij € 32.390.

Van de Toyota RAV4 bestaat er maar één carrosserievariant. Je kunt de Japanse crossover wel krijgen met verschillende aandrijflijnen, van een reguliere benzinemotor tot de door ons gereden semi-elektrische variant, die met een batterij inhoud van 18,1 kWh tot wel 77 kilometer ver komt op een lading stroom. Het grootste rijbereik van alle plug-in hybrides die er op het moment van schrijven verkrijgbaar zijn! Met een vanafprijs van € 36.495 is de Toyota weliswaar een paar duizend euro duurder dan de Renault, maar ook groter. Hoewel de wielbasis van de Arkana fractioneel groter is dan die van de Toyota, heb je in de RAV4 aanmerkelijk meer been-, maar vooral hoofdruimte tot je beschikking. Prijzen van de versie ‘met stekker’ beginnen overigens pas bij € 55.895 (!). In de private lease is de Toyota eveneens een stuk duurder dan de Renault. Reken in het geval van de RAV4 – nog zónder stekker – op een maandbedrag van € 545, waar de standaard hybride Arkana al voor 469 euro per maand bij je op de stoep kan staan.

Met elkaar verweven

Niet alleen carrosserievormen raken tegenwoordig met elkaar verweven. Hetzelfde geldt voor de eigenschappen waarmee je voorheen de verschillende autofabrikanten kon duiden. Renault was comfortabel en Toyota betrouwbaar. Maar sinds er bij de Japanners een topman aan het roer staat die vindt dat het merk geen saaie auto’s meer mag maken, worden hun modellen steeds leuker om naar te kijken én om mee op pad te zijn. De RAV4 vormt daarop geen uitzondering. Ook al is het dan een hoge auto; je kunt er alsnog sportief mee rijden, geholpen door het stijve chassis, het lage zwaartepunt en de communicatieve besturing. Van rolbewegingen is nauwelijks sprake. Het enige aandachtspunt blijft de hybride aandrijflijn, in het geval van deze vierwielaangedreven testauto goed voor een gecombineerd vermogen van 306 pk en 270 Nm. Wanneer je niet wilt dat de 2.5-liter benzinemotor een keel op zet tijdens het accelereren, moet je met beleid gas geven. Ergens toch wel zonde, met zo’n prestatiepotentieel!

De Arkana ziet er sportiever uit dan hij rijdt. Hoewel de zitpositie iets lager is dan bij de Toyota - in de RAV4 zit je toch een beetje op de spreekwoordelijke bok - en de crossover coupé dankzij zijn twee (!) elektromotoren best vooruit wil, hoeft de 140 pk en 260 Nm krachtige aandrijflijn normaal gesproken alleen een Clio of Captur voort te bewegen. In vergelijking met de Arkana scheelt dat tot wel 200 kilo. Dat extra gewicht gaat in een snel genomen bocht lelijk opspelen. Wat het extra vervelend maakt, is dat je dat in de doodse besturing niet aan voelt komen. Renault is een van de weinige fabrikanten die het heeft aangedurfd om op eigen houtje een volwaardige hybride aandrijflijn te ontwikkelen. Daar verdienen ze respect voor, al kun je wel merken dat de techniek nog niet zo is uitgekristalliseerd als bij Toyota. Je kunt in de Arkana de overgang van de brandstof- naar de elektromotor niet alleen horen, maar soms zelfs voelen: op die momenten gaat er een schok(je) door de aandrijfljn. Verder valt het zicht rondom vies tegen. Het glasoppervlak is niet alleen bescheiden; de achterruit ligt vrijwel vlak in het kofferdeksel. Daardoor is het in je binnenspiegel net, alsof je door de brievenbus van je voordeur naar buiten kijkt.

Vooroordeel klopt

Het vooroordeel dat een aflopende daklijn een nadelig effect heeft op de beschikbare binnenruimte, blijkt ook te kloppen wanneer we naar de kofferbak kijken. Weliswaar is die van de Renault op papier twee liter groter met een inhoud van 492 stuks tegenover 490 liter voor de Toyota, maar gaan we die ruimte daadwerkelijk benutten, dan passen er meer verhuisdozen achterin de RAV4 dan in de Arkana.

De auto met het meest hoekige ontwerp blijkt ook de ruimste van binnen. Dat geldt zowel voor de achterpassagiers als hun bagage. Bovendien valt het zicht rondom in de Renault tegen en hoef je de Arkana ook niet te kopen om zijn sportieve rijeigenschappen. Gezien het grote vermogensverschil tussen beide testauto’s, beperken we ons met die laatste opmerking tot het stuurgedrag. De aankoop van een nieuwe auto is echter niet alleen een rationele aangelegenheid. Mensen die iets bijzonders willen, zijn met de Arkana beter af dan met een reguliere semi-terreinwagen. En dat voor een schijntje van de prijs die de grondleggers van dit genre voor zulke modellen vragen! Of de door ons gereden Toyota, wat het dat aangaat...

Lees ook onze afzonderlijke rijtesten van deze testkandidaten:

Renault Arkana E-Tech Hybrid Intens
Toyota RAV4 2.5 Plug-in Hybrid AWD Bi-Tone Plus

Op zoek naar een occasion?

Op ANWB.nl vind je een actueel occasionaanbod verrijkt met een richtprijs volgens de ANWB Koerslijst, een autokostenberekening incl. afschrijving en de ANWB Autotest met de bevindingen van de Wegenwacht. Zo ook van de Renault Arkana en Toyota RAV4.