Testrapport* Skoda Scala I 1e facelift

Conclusie

De Scala is sinds 2019 op de markt en staat vanaf het begin

in de schaduw van de zeer succesvolle Octavia. Terwijl veel modellen na vijf

jaar al een opvolger krijgen, tonen de auto's van het VW-concern meestal meer

uithoudingsvermogen. Zo ook de Scala, die in 2024 is bijgewerkt en daarmee

klaar is voor de komende jaren. De optische wijzigingen zijn echter beperkt en

omvatten nieuwe lampen, bumpers en velgen. Ook in het interieur is weinig

veranderd: de bestuurder heeft nu een nieuw tweespaaks stuurwiel en kijkt naar

een digitaal instrumentenpaneel dat verschillende weergaven biedt. De bediening

vereist weinig gewenning en gaat dankzij de conventionele knoppen en regelaars

voor de belangrijkste functies probleemloos. Aan de royale ruimte voor een

compact model is net zo weinig veranderd als aan de solide afwerking, hoewel de

materiaalkeuze in het interieur vrij eenvoudig is. Voor de aandrijving zorgt in

de testauto de bekende één-liter turbobenzinemotor, die in de sterkere

uitvoering 115 pk levert. De driecilinder is voldoende krachtig voor de slechts

1200 kilo wegende Scala, maar het verbruik van 6,0 l/100 km in de verbruikstest

is net iets te hoog. Ook het veercomfort van het optionele slechte-weg-onderstel

met verhoogde bodemvrijheid kan niet volledig overtuigen, vooral in de stad zou

het gevoeliger moeten reageren. De rijveiligheid geeft echter weinig aanleiding

tot kritiek. De tijden dat Skoda bekend stond om bijzonder aantrekkelijke

prijzen zijn voorbij. In de middelste uitrustingsvariant Selection kost de

Scala 1.0 TSI DSG 29.660 euro, maar voorzieningen zoals stoelverwarming,

navigatie of achteruitrijcamera zijn dan nog niet inbegrepen. Het relatief

kleine prijsverschil met grotere en waardevollere Octavia zal het voor de Scala

ook in de toekomst moeilijk maken om uit diens schaduw te treden.

Scores

ANWB meetwaarden