Auto Review Audi Q5 II (FY)

De semi-elektrische uitvoering van de Audi Q5 is zó stil, dat je er al gauw te hard mee rijdt. De semi-terreinwagen komt op wel meer vlakken geniepig uit de hoek, maar toch hebben we een zwak voor deze stiekemerd.

Conclusie

Ondanks zijn forse aanschafprijs ben je bij de Audi Q5 TFSI e op de optielijst aangewezen voor zaken die zelfs voor een stadsauto al gemeengoed zijn. Denk bijvoorbeeld aan Apple CarPlay, of een fatsoenlijke aanvullende veiligheidsuitrusting. De gemiddelde klant zal zonder morren de verschuldigde meerprijs betalen, maar dat de Audi met goedkope interieurmaterialen is afgewerkt, moet zelfs die kopersgroep steken. Ons stoort vooral dat niet meer mensen ‘m kunnen betalen: de Audi is ruim, zuinig en rijdt voortreffelijk. Met elektrische auto’s als deze wil iedereen wel aan de stekker!

Type auto en prijs

De tweede generatie van de Audi Q5 is er sinds het najaar van 2019 ook met een stekker. Een dergelijke aandrijflijn is een ‘must’ voor luxe SUV’s van een gemiddelde grote: bij BMW, Mercedes en Volvo kun je in dit segment eveneens voor een semi-elektrische aandrijflijn terecht. Het voor de Audi verschuldigde prijskaartje is niet mals: je bent minimaal € 65.480 kwijt voor zo’n milieubewuste Q5. Alternatieven als de X3, GLC en XC60 zijn een paar honderd tot een paar duizend euro voordeliger. De Audi heeft van dit viertal echter de grootste batterij en accu’s kosten nu eenmaal geld. In 2017 reden we voor het laatst met een Q5. Toentertijd begon de prijslijst bij een kleine 64 mille voor een exemplaar met een 163 pk sterke dieselmotor. Tegenwoordig geldt de plug-in hybride variant als ‘instappertje’. Je hebt dan direct 299 pk onder je rechtervoet. In dat licht bezien, is de gevraagde meerprijs voor de moderne semi-terreinwagen verwaarloosbaar.

Hoe rijdt de Q5 TFSI e

De aandrijflijn van de Q5 TFSI e bestaat uit een elektromotor en een 2.0-liter viercilinder op benzine. Samen zijn beide krachtbronnen goed voor 299 pk, 370 Nm en een trekgewicht van 1.750 kilogram. Daarmee is de Audi een gedroomde elektrische auto, want achter zo’n Q5 kun je tijdens de vakantie gewoon een caravan hangen! De stekkerhybride weegt 2.105 kilogram. Dat is een flink getal, maar in verhouding met een reguliere motorvariant bedraagt het extra gewicht een kleine 300 kilogram. Uiteraard voel je dat wel onderweg, maar dat komt vooral omdat het batterijpakket is ondergebracht in de bagageruimte. Als je iets te enthousiast over een rotonde gaat, krijgt de achterzijde een zwieper. Van zichzelf is de Audi overigens een goedmoedig type. Hij schuift eerder over zijn voorwielen weg; ga je op zo’n moment van het gas af, dan zoekt de SUV als vanzelf het juiste spoor weer op. De Q5 heeft een stel fantastische stoelen, die voor het mooie een te hoge zit bieden. Ben je langer dan gemiddeld, dan kun je de meters slecht aflezen. Aan boord is het indrukwekkend stil; de overgang van de elektro- naar de brandstofmotor verloopt behalve geruis- ook naadloos. Het maakt de Audi dusdanig comfortabel, dat je te hard rijdt voor je daar erg in hebt. De optionele 20-inch wielen onder onze testauto stonden geweldig, maar ze creëren wel een boel bandengeruis. Wanneer je houdt van rust aan boord, kun je een dergelijke accessoire beter achterwege laten. Het geld dat je uitspaart, kun je wellicht inzetten om de aanvullende veiligheidsuitrusting uit te breiden. Standaard beschikt de Q5 over een noodremsysteem; de overige hulpsystemen zijn alleen tegen meerprijs beschikbaar. Denk bijvoorbeeld aan adaptieve cruise control, actieve rijstrookondersteuning, verkeersbord- en vermoeidheidsherkenning plus een fileassistent. Het zicht rondom is dankzij de forse raamstijlen niet al te best, maar ook daarvoor biedt de optielijst uitkomst in de vorm van een achteruitrijcamera.

De Q5 TFSI e van binnen

De aanwezige rijhulpsystemen vormen helaas een goede indicatie voor de rest van de standaarduitrusting. Hoewel je van doen hebt met een auto van dik 65 mille, zoek je aan boord vergeefs naar een dienst als Apple CarPlay: daarvoor moet je bijbetalen. Verder zijn de middenconsole, de bovenzijde van de deuren en het dashboard bekleed met harde kunststoffen. Het interieur oogt desondanks verzorgd en modern, zeker met het - optionele - digitale instrumentarium uit onze testauto. Het standaard infotainmentsysteem steekt daar maar bescheiden bij af! Je bestemming kun je desgewenst met een vinger uitschrijven, maar die functionaliteit neemt wel de nodige ruimte in. Het vereiste invoerscherm is dusdanig groot, dat je in de middenconsole nauwelijks nog opbergruimte tot je beschikking hebt. Gelukkig is de Audi wel aangenaam breed: die 2.14 meter betaalt zich vooral uit op de achterbank, waar je ondanks de uit de kluiten gewassen middentunnel alsnog met drie volwassenen naast elkaar kunt zitten. De zittingen en de rugleuning van de achterbank vallen individueel te verstellen en gelukkig maar, want kies je voor een glazen dak, dan kost je dat behalve een meerprijs ook de nodige centimeters kostbare hoofdruimte. De achterpassagiers hebben hun eigen ventilatieroosters en één stroompunt tot hun beschikking. Omdat het batterijpakket van de Q5 de nodige ruimte inneemt, is de kofferbak van de stekkerhybride een kleine 100 liter kleiner dan bij een reguliere variant. Met de achterbank overeind kun je 465 liter aan spullen kwijt. Daar zit dan ook je laadkabel tussen, want die kun je niet onder de bagagebodem opbergen. De laadvloer loopt op en bevat een lelijke kier, omdat de vloer van de bagageruimte niet gelijk ligt aan die van de neergeklapte rugleuning van de achterbank. Omdat onze testauto van luchtvering was voorzien, konden we de achterzijde laten zakken om het beladen te vereenvoudigen. De kofferklep van de Audi bevat ook de achterlichten. De Q5 heeft een extra set lampen aan boord om te voorkomen dat er ongelukken van komen, wanneer je jouw bagage moet uitladen op een slecht verlichte plek.

De Q5 TFSI e en het milieu

Een plug-in hybride motorvariant is niet nieuw voor de Duitsers. In het verleden kon je bij hen al terecht voor onder meer een A3 en Q7 met een stekker. Wat bij die modelvarianten opviel, was dat de Audi’s direct alle aanwezige stroom uit de accu’s reden, ook al had je bij vertrek aangegeven behalve de elektromotor net zo goed de brandstofmotor te willen aanspreken. De Q5 is een hele verbetering. Deze stekkerhybride doet namelijk wél wat je hem vraagt, al moet je jouw voorkeur iedere rit opnieuw onder de aandacht brengen. Standaard staat de Audi namelijk ingesteld op de rijmodus ‘Elektrisch’. In de stand ‘Hybride’ wisselt de SUV benzine af met stroom. Op de snelweg neemt de traditionele verbrandingsmotor het voortouw, tenzij de Q5 aan de ingestelde navigatie kan aflezen dat je anders je stroom niet op gebruikt. Het accupakket van de Audi heeft een inhoud van 14,1 kWh. Volgens de brochure is de batterij daarmee goed voor een rijbereik van 54 kilometer. In de praktijk kwam de boordcomputer tot 48 stuks. Opladen kan aan een regulier stopcontact of een publieke laadpaal en vergde in ons geval 2 uur en 20 minuten. Wij noteerden uiteindelijk een praktijkverbruik van 1 op 25, wat bepaald niet verkeerd is voor zo’n zware auto. Bij de 1 op 50 (!) die in de folder wordt beloofd, kwamen wij echter niet in de buurt. In het menu van het infotainmentsysteem zit een functie verborgen, waarmee de Audi je allerhande adviezen geeft met betrekking tot je verbruik. Die gaan verder dan een schakelindicator: de Q5 duwt bijvoorbeeld letterlijk het gaspedaal terug, wanneer de navigatiekaart verraadt er dat er een verkeerslicht zit aan te komen. Verbluffende, maar ook smaakgevoelige techniek. Je weet nu in ieder geval dat je het systeem kunt uitschakelen, mocht dergelijke ‘bemoeienis’ je tegenstaan. Ook goed om te weten: Audi levert de Q5 in ons land voorlopig alleen met een plug-in hybride aandrijflijn. Die is er met een tweetal vermogens: het door ons gereden exemplaar plus een nog krachtigere versie, die goed is voor 367 pk en luistert naar de toevoeging ‘Competition’. Het zal niemand verbazen dat daarvoor ook een ferme meerprijs is verschuldigd (namelijk 12 mille).