De limes in de Over-Betuwe
Nederland, Gelderland, Elst
- 20
- 19
- 21
- 33
- 26
- 59
- 27
- 87
- 86
- 29
- 22
- 30
- 1
- 4
- 8
- 9
- 98
- 92
- 91
- 97
- 25
- 31
- 30
- 29
- 16
- 17
- 18
- 20
Het landschap rond Arnhem is sinds de Romeinse tijd flink veranderd. Ook hier moeten forten en wachttorens hebben gestaan, maar sporen daarvan zijn schaars. Wel teruggevonden is een grensfort in de uiterwaarden van de Rijn bij Meinerswijk, met vlakbij sporen van de Romeinse grensweg. Uniek zijn de resten van een Gallo-Romeinse tempel onder de dorpskerk van Elst. Dat het ook wel eens botste tussen de Romeinen en de plaatselijke stammen, bewijzen platgebrande forten en een in de Rijn gevonden Bataafse schat.
Tip: dit is een van de zes ANWB-fietsroutes met als thema de Romeinse limes.
Beeld: Nederlandse Limes Samenwerking
De limes in de Over-Betuwe
Fietsveiligheid: geen bijzonderheden.
Toegankelijkheid: tussen knooppunten 87 en 30 gaat de route grotendeels over smalle fietspaden en dijkjes die minder geschikt zijn voor extra brede fietsen.
Ga met je rug naar Landerij De Park via het fietspad rechtsaf en volg de fietsbordjes naar knooppunt 20.
Natuurbelevingscentrum Landerij De Park is genoemd naar kasteel De Parck, dat vroeger op de plek van de huidige moestuin stond. Rechts daarvan is de liniaalrechte oprijlaan nog herkenbaar. De walnotenbomen aan weerszijden danken we aan de Romeinen. Toen zij tweeduizend jaar geleden naar deze streken kwamen, namen ze allerlei nieuwe gewassen mee, waaronder fruit- en walnotenbomen.
De Grote Molenstraat was in de Romeinse tijd een belangrijke verbindingsweg tussen de legioenstad Nijmegen en de grensrivier de Rijn. Een monument net voorbij knooppunt 19 herinnert hieraan: in roestig staal herken je een ossenkar en enkele soldaten. Bij archeologisch onderzoek is op deze plek een met grind verharde weg gevonden van maximaal 12 m breed. Zulke wegen lagen langs de hele limes en waren in eerste instantie bedoeld voor snelle verplaatsingen van het leger. Een getrainde soldaat kon, met volle bepakking, 24 tot 40 km per dag afleggen.
De Romeinen arriveerden kort voor het begin van onze jaartelling in deze streken. Aanvankelijk wilden ze nog verder oprukken naar het noorden, maar dat bleek te lastig. Daarom besloot keizer Claudius in 47 n.Chr. dat de rivier de Rijn de noordgrens van het Romeinse rijk zou worden. Achter de dijk bij Driel kijk je uit over deze grensrivier, die nu Nederrijn heet. Om voldoende water door de Rijn te laten stromen voor zijn oorlogsvloot, had generaal Drusus rond 10 v.Chr. een strekdam bij de splitsing van Waal en Rijn laten aanleggen. Voor die tijd was dat een gedurfd staaltje watermanagement. En eigenlijk doen we nu hetzelfde: links van Driel zie je een stuw die het rivierwater dat Nederland binnenstroomt netjes over de verschillende rivieren verdeelt.
Ter hoogte van het Drielse veer vonden baggeraars in 1895 een groot aantal bronzen en verzilverde voorwerpen uit het midden van de 1e eeuw n.Chr. Hoe die in de rivierbodem terecht zijn gekomen? Niemand kan het met zekerheid zeggen. Mogelijk ging het om roofgoed van de Bataven, die in het jaar 69 in opstand kwamen tegen de Romeinen en verschillende forten plunderden en platbrandden. Het waren goede ruiters, maar wellicht ging het mis toen ze met de zware buit de rivier wilden oversteken. Je kunt de ‘Bataafse schat’ bekijken in het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden.
Ga bij knooppunt 87 rechtsaf via het Hannesstraatje en je komt bij een Romeinse tuin. Nu zorgen vrijwilligers voor het onderhoud, destijds verbouwden Bataafse boeren in zulke tuinen groenten, fruit en kruiden voor het fort aan andere kant van de dijk. Gewassen als haver, gerst, bessen en bramen waren al bekend bij de inheemse stammen. De Romeinen namen uit het warme zuiden hun eigen fruit en groenten mee, waaronder asperges, andijvie, bonen en verschillende koolsoorten. Informatieborden vertellen er meer over.
Aan de andere kant van de dijk passeer je eerst een doorlaatbrug uit de vorige eeuw die de waterstand in de uiterwaarden regelde. Even verderop zijn de resten van een Romeins castellum weer zichtbaar gemaakt. Het fort heette waarschijnlijk Castra Herculis en werd gebouwd rond het jaar 15 n.Chr. De Romeinen waren toen nog volop bezig met de veroveringen: ze verzamelden honderden schepen in de Betuwe om hiervandaan verder naar het noorden op te rukken. Die plannen moesten ze echter al snel laten varen. Tijdens de Bataafse Opstand (69-70 n.Chr) werd het fort platgebrand. Daarna is het verschillende keren herbouwd en versterkt.
Bij de aanleg van de nieuwbouwwijk Loovelden in Huissen zijn tal van Romeinse voorwerpen gevonden. Slechts een deel daarvan is opgegraven, de rest blijft in de ondergrond zitten voor toekomstige generaties. Daarom zijn sommige straten verhoogd aangelegd. Een bijzondere vondst was een kamergraf, een van planken getimmerde ruimte met daarin crematieresten en dure grafgiften. De contouren zijn met stenen aangegeven in de straat met de toepasselijke naam Limes. Je komt er als je aan het begin van de wijk vanaf het fietspad de eerste weg rechts neemt. Een informatiebord markeert de plek.
Nog een grafveld is gevonden net buiten Huissen. Na het passeren van de spoorlijn wordt rechts van het riviertje de Linge gewerkt aan het doortrekken van de rijksweg A15. Hier ontdekten archeologen onder meer zes stenen askisten en speciaal getimmerde grafkisten met rijke giften. Dit kon alleen de elite zich veroorloven, dus waarschijnlijk moet er in de omgeving een aanzienlijke villa hebben gestaan.
Een rijkversierde kerktoren wijst de weg naar het oude centrum van Elst. Al voor de komst van de Romeinen was dit een heilige plaats voor de Bataven. Halverwege de 1e eeuw n.Chr. bouwden de Romeinen voor hen een eenvoudige tempel. Rond het jaar 100 werd deze vervangen door een veel grotere tempel met een zuilengang rondom – die viel net zo op in het landschap als de kerktoren nu. In de middeleeuwen werd op de resten van de tempel een kerk gebouwd. Pas na een verwoestend bombardement in 1944 werden de oude Romeinse fundamenten weer zichtbaar. Ze liggen nu onder de kerkvloer en zijn te bekijken als het museum is geopend (pg-elst.nl). Buiten kun je alleen aan de zijkant van de kerk een stukje van de fundamenten bekijken.
Doorgaans waren de Bataven trouwe bondgenoten van de Romeinen. Ze leverden zelfs hulptroepen voor de Romeinse legioenen. Maar vanaf het jaar 68 n.Chr. ging het mis. In Rome werd de gehate keizer Nero gedwongen tot zelfmoord en daarna brak er een bloedige burgeroorlog uit. Twee Bataafse leiders werden van verraad beschuldigd: één werd ter plekke geëxecuteerd, de ander, Julius Civilis, moest zich in Rome verantwoorden. Na zijn terugkeer besloot Civilis wraak te nemen. De forten waren vanwege de burgeroorlog onderbezet en Civilis wist de plaatselijke stammen over te halen om in opstand te komen. Bijna alle forten werden geplunderd en verwoest. Pas toen een machtig leger vanuit Rome noordwaarts werd gestuurd, moest Civilis zijn nederlaag erkennen.