Naar de inhoudLogo van de ANWBANWB Homepage

Rijtest Microlino

1 december 2023 Volg je hart, maar gebruik je verstand!

De Microlino is een designstatement en de oplossing voor een grootstedelijk probleem ineen. Het is haast onmogelijk om niet verliefd te worden op de elektrische tweezitter. Toch raden we aan om jouw emoties in bedwang te houden.

Conclusie

De Microlino is de posterheld van een compleet nieuwe voertuigcategorie. Ook al bestaan er meer van dit soort stadsmini’s: de Micro trekt alle aandacht naar zich toe. Dat komt in de eerste plaats door zijn aaibare uiterlijk, maar de sterke rijeigenschappen doen ook een belangrijke duit in het zakje. Zelfs de ruimte aan boord geldt als verrassend pluspunt! 

Helaas schiet het rijbereik te kort – in ieder geval bij het voorserie-exemplaar waarmee wij op pad konden. Wellicht dat Microlino zich kan revancheren wanneer we met een productieversie kunnen rijden. Dan nog blijft de matige zitpositie een probleem, net als de fikse laadtijd en het ontbreken van een aanvullende veiligheidsuitrusting. Afgezet tegen de stevige verkoopprijs moet je in blinde adoratie dan wel héél erg veel door de vingers zien.

Type voertuig en prijs

De code ‘L7e’ wint in rap tempo aan bekendheid. Voor de wet werden daar voorheen vierwielige motorfietsen onder verstaan, maar inmiddels heeft de cryptische benaming ook betrekking op kleine stadsvoertuigen, waarmee je desgewenst de snelweg op kunt. Kort door de bocht zou je kunnen spreken van een ‘brommobiel plus’, hoewel je een autorijbewijs nodig hebt om met de Microlino te rijden. 

De tweezitter heeft geen last van het imagoprobleem waarmee menig 45 kilometer autootje kampt: het geesteskind van een Nederlands-Zwitserse ingenieursfamilie is met zijn op een iconische dwergauto gebaseerde ontwerp een absoluut hebbeding. Na de Tweede Wereldoorlog hielp de BMW Isetta de Europese bevolking mobiel maken. Inmiddels zijn we misschien wel té mobiel met z’n allen: vandaar de opmars van voertuigen als de volledig elektrische Microlino, om de grote steden letterlijk wat lucht te geven. 

Vegan interieur

Het Nederlandse Carver beet in 2022 het spits af met een dergelijk voertuig, maar binnen een jaar tijd zijn er al drie concurrenten bij gekomen: de Silence S04 uit Spanje, de XEV YoYo uit China en nu dus de Microlino. De tweezitter is niet goedkoop: prijzen beginnen bij € 17.990 en voor dat geld heb je nog geen wieldoppen (!). Zolang je maar bijbetaalt, zijn de mogelijkheden eindeloos: van een vegan interieur en een open dak tot een 14 kWh groot batterijpakket, waarmee je volgens de fabrikant meer dan 200 kilometer ver moet komen. 

Dat laat onverlet, dat de concurrentie standaard meer rijbereik en extra vermogen biedt. Het is aanlokkelijk om naar een kleine personenwagen te verwijzen, want die koop je ook voor dit geld. Maar dan vergelijk je appels met peren, omdat het letterlijk om verschillende voertuigen gaat. De Zwitsers verlenen twee jaar garantie op de complete Microlino en zes jaar op de benodigde accucellen.

Hoe rijdt de Microlino

Van het huidige aanbod L7e ‘auto’s’ is de Microlino niet de goedkoopste, maar onderweg snap je al gauw waar die meerprijs vandaan komt. Micro heeft gekozen voor een zelfdragende carrosserie en een onafhankelijke wielophanging, waardoor het voertuig solide aandoet. Oké: voor het mooie stuurt hij wat licht. Maar omdat de besturing en de remmen onbekrachtigd zijn, voel je alsnog goed wat de tweezitter doet. En de koets blijft tenminste recht, wanneer je een verkeersdrempel niet précies in het midden neemt. 

De vering en demping zijn stevig, zonder dat het oncomfortabel wordt. Alleen verkeersdrempels vormen letterlijk een obstakel, maar daar is de ultrakorte wielbasis ook debet aan. Omdat het stuurwiel niet, maar de bank wel verstelbaar is, kun je een redelijke zitpositie vinden. Helaas staat de positie van de rugleuning vast, waardoor je letterlijk aan het stuur hangt. Tijdens langere ritten krijg je daar een zere rug van.

Kwartiertje knallen

Hoewel de elektromotor slechts 17 pk en 89 Nm koppel levert, weegt de Microlino ook maar 500 kilogram. De topsnelheid bedraagt 90 kilometer per uur. In combinatie met achterwielaandrijving is dat voor de fabrikant reden om op een later tijdstip tractiecontrole op het voertuig aan te bieden, zodat bestuurders bij nat weer niet onaangenaam verrast worden. 

Het is wellicht wijs om de sportstand onder die weersomstandigheden te laten voor wat -ie is. De tweezitter accelereert in dat geval op zijn felst, maar houdt die vermogensspurt niet langer dan vijftien minuten vol. De Microlino schakelt dan uit zichzelf terug naar de reguliere rijmodus, om oververhitting van de batterijen te voorkomen.

Cabriodak als vluchtweg

Tractiecontrole is ook meteen de enige veiligheidsuitrusting die aan boord is: omdat de stadsmini formeel geldt als een quad, bestaan er geen veiligheidsregels voor. Iets dat onwillekeurig toch door je hoofd speelt wanneer je inderdaad met de Microlino de snelweg op gaat. Te meer, daar je het voertuig alleen in of uit kunt door middel van de kenmerkende koelkastdeur aan de voorzijde. Het olijke cabriodak op onze testversie dient bij een potentiële kop/staart-botsing als vluchtweg.

Het zicht rondom is vanwege het grote glasoppervlak uitstekend, maar daarbij moeten we wel een kanttekening maken. De tweezitter beslaat snel, waardoor je onderweg vaker met de verwarming bezig bent dan je lief is. Sowieso blijkt het verdraaid lastig om aan boord een aangename temperatuur te creëren. Het is al gauw te koud óf te warm.

Wij maakten onze testkilometers in een voorserie-exemplaar, waarvan de elektromotor bij snelheden rond de 60 kilometer per uur een lelijke snerp liet horen. De importeur verzekert ons dat dit probleem inmiddels is verholpen… omdat Micro tegenwoordig een hele andere krachtbron monteert! Zo snel kan het gaan bij dit soort kleinseriefabrikanten, die veel flexibeler zijn bij het doorvoeren van eventuele aanpassingen. Dat kan in het geval van de Microlino gewoon terwijl de productie al loopt.

De Microlino van binnen

De Microlino is van zichzelf al een blikvanger, maar de grootste attractie vormt de in- en uitstap. De jaren ’50 zijn alweer een hele poos geleden, dus het merendeel van de omstanders verwacht niet dat de deur aan de voorzijde zit. In tegenstelling tot de BMW Isetta zwenkt het stuur niet mee met het portier; de stuurinstallatie blijft op zijn plek, zodat de bestuurder altijd als eerste aan boord moet. 

De koelkastdeur opent met een druk op de knop: je hoeft er zelf niet aan te trekken. Nadeel is wel, dat er dan geen houden meer aan is: opletten dus, waar je parkeert! Daar voorkom je schade mee, maar het vereenvoudigt uiteraard ook je in- en uitstap.

Keurig bekleed

De Microlino heeft geen stoelen, maar een bank waar twee volwassenen naast elkaar op kunnen plaatsnemen. Het is wel zaak dat ze in dat geval met elkaar vertrouwd zijn: de schouders schuren al gauw langs elkaar. In de keurig beklede cabine tref je een minimalistische werkplek: achter het stuur prijkt een digitaal instrumentarium en je hebt een piepklein aanraakscherm tot je beschikking, waarop je de belangrijkste functies kunt bedienen.
 
Tenminste: áls je er bij kunt. In ons geval moesten we van de bank komen om de gewenste knop in te drukken. Aan de linkerzijde van het interieur vind je de handrem en een draaiknop voor de versnelling. De kofferbak opent middels het aanraakscherm of door de afstandsbediening onnatuurlijk lang ingedrukt te houden. Er past een hele serieuze 230 liter aan bagage in de stadsmini en dan heb je ook nog wat bergruimte in de cabine. 

Draagbare Bluetooth-speaker

De bestuurder en de bijrijder hebben elk een eigen netje én een bekerhouder. Voor een audio-installatie of een navigatiesysteem ben je aangewezen op je mobiele telefoon: daarvoor zit er een houder op het dashboard. In de optielijst kun je een draagbare Bluetooth-speaker bestellen, voor wat muziek onderweg.

De Microlino en het milieu

Op het digitale dashboard van de Microlino kun je alleen een stroompercentage aflezen. Hoeveel kilometer je nog kunt afleggen op de resterende acculading, blijft giswerk. De tweezitter is leverbaar met drie verschillende batterijgroottes: 6-, 10,5- of 14 kWh. Volgens de folder moet je daarmee tussen de 91- en 230 kilometer ver kunnen komen. 

Welk accupakket je ook kiest: snelladen behoort niet tot de mogelijkheden. Van leeg naar vol ben je minimaal drie uur bezig. Daarbij maakt het niet uit of je de Microlino aan een openbare laadpaal koppelt of een huis-, tuin- en keukenstopcontact gebruikt.

Vermogen teruggeschroefd

Zoals we al schreven, maakten wij onze testkilometers in een voorserie-exemplaar. Die had 10,5 kWh aan accucellen onder de inzittenden liggen, goed voor een theoretische actieradius van 177 kilometer. Bij een buitentemperatuur van rond de 10 graden kwamen wij niet verder dan 70 (!) stuks. Vanaf het moment dat er minder dan 15 procent batterijlading resteert, kun je niet meer over het volledige vermogen beschikken. Dat gaat zo door, tot je op een gegeven moment stilvalt.

Tot onze verbazing gebeurde dat tijdens de opnames van de begeleidende video, terwijl we op dat moment volgens het instrumentarium nog meer dan een kwart resterende batterij over hadden. Om de Microlino weer aan de praat te krijgen, moesten we naar de dichtstbijzijnde laadpaal worden gesleept. Het viel nog niet mee om een geschikt bergingsvoertuig te vinden: omdat de achterwielen van de stadsmini verder naar binnen staan dan de voorwielen, loop je het risico dat het voertuig tussen de treeplanken zakt. 

Softwarefout

Na afloop bleek dat een softwarefout ons parten had gespeeld: het daadwerkelijke accupercentage kwam niet overeen met het getal op het dashboard. Die fout is door middel van een ‘over the air’-update hersteld.

De Microlino beschikt weliswaar over een sportstand, maar heeft geen spaarmodus. Daarentegen wint de tweezitter automatisch remenergie terug wanneer je het stroompedaal loslaat. In die mate, dat je de mechanische remmen eigenlijk alleen bij het verkeerslicht nog hoeft aan te spreken.

Lees meer over elektrisch rijden