Dit zijn de grootste parkeerirritaties
Met stip op een: op twee vakken parkeren!
Recent hebben we een onderzoek gedaan naar de grootste irritaties in het verkeer. We klagen flink over andere weggebruikers, maar kunnen er zelf ook wat van. En ook van slecht inparkeren. Is de reden de te smalle vakken? Op de open vraag ‘Wat is je grootste parkeerirritatie?’ kwam een duidelijke top drie. Op de voet gevolgd door andere, wat meer opmerkelijke parkeerirritaties.
Top 3 grootste parkeerirritaties
- Parkeren over twee vakken. Zowel bij fileparkeren als in de parkeervakken. Een respondent: “Mensen parkeren hun dikke auto buiten het parkeervak zodat er geen auto meer bij kan.”
- Scheef of half in het vak parkeren. En dan voornamelijk de kleine auto’s. “Daarvan kunnen de bestuurders echt niet parkeren.”
- Smalle parkeervakken. “Waardoor je schade oploopt als mensen lomp in- of uitstappen.”
Herkenbare parkeerergernissen?
Ook worden vaak genoemd: parkeren als niet-invalide op een invalidenplek en op een laadplek terwijl je geen elektrische auto hebt. Maar ook als je wel een elektrische auto hebt, maar die is al vol of niet aan het laden. Daarnaast worden te weinig parkeerplekken, en als iemand net de vrije parkeerplek inneemt waarop jij stond te wachten, ook als grote ergernissen genoemd. Opvallend is dat mensen zich ook ergeren aan te langzaam inparkeren. En veel genoemd: bij terugkomst na het boodschappen doen je auto bekrast of met een deukje aantreffen. Zonder een briefje onder de ruitenwisser.
Binnenstedenirritaties
In de meeste binnensteden in Nederland betaal je een hoge parkeerprijs per uur. Dat is een parkeerergernis die regelmatig wordt genoemd. “Belachelijk hoge prijzen”, zegt een deelnemer. En: “als je dan toch zoveel betaalt, geef dan wel goede en voldoende parkeerruimten.” Want er zijn altijd onvoldoende parkeerplekken, vindt een respondent. Maar niet alleen in de binnensteden, ook in woonwijken. Hier zien deelnemers dat er zo’n beetje overal wordt geparkeerd: in perkjes en half op de stoep. En wat ook irritant is, en dan voornamelijk in de binnensteden: dubbel parkeren. “Egoïstisch gedrag, want daardoor worden vaak parkeervakken en het doorgaand verkeer belemmerd.”
Slecht zicht
Regelmatig ergeren de respondenten zich aan het slechte zicht en krappe mogelijkheid bij het inparkeren. Bijvoorbeeld door beplanting, verkeersborden of omdat er een bocht vlak voor of na zit. En dan in combinatie met een smalle parkleerplek, zegt een respondent: “Alsof we nog auto’s uit de jaren ’70 hebben, geef de grote SUV een beetje ruimte.” Toch zijn er ook deelnemers die nul irritaties hebben: “Er is altijd wel plek” of “Bijna altijd geluk met het vinden van een plekje.” En een respondent heeft een oplossing: “Ga net als ik op het platteland wonen, daar heb je altijd voldoende parkeergelegenheid.”