Oorlog boven het Noorderleeg
Nederland, Friesland, Marrum
- 93
- 68
- 53
- 4
- 5
- 81
- 72
- 9
- 34
- 13
- 16
- 15
- 75
- 76
- 2
- 1
- 93
Het Waddengebied boven Friesland was in de Tweede Wereldoorlog een echte frontlinie. In de lucht en op zee werd tussen 1940 en 1945 een verbeten strijd uitgevochten. De meeste sporen van de oorlog liggen op de bodem van de Noordzee of onder de slikken van het Wad. Maar verhalen zijn er te over: zoals over de aanleg van een oefenterrein voor de Duitse bezetter, de oorlogsgraven van onbekende soldaten óf neergestorte Amerikaanse vliegtuigen.
NB Het verdient aanbeveling om de routebeschrijving te lezen alvorens op pad te gaan. Om bij de bezienswaardigheden te kunnen komen wijkt de route hier en daar af van de knooppunten; de routebeschrijving is daarom noodzakelijk.
Tip: Fiets deze route via de gratis ANWB Eropuit app. Zoek de route in de app via de filters. Onderweg zie je op het kaartje waar je bent, zo kun je niet verdwalen.
Fietsveiligheid route-informatie: houd op deze route rekening met de volgende punten; pas je snelheid aan, houd rekening met tegenliggers en mederecreanten en ga waar nodig achter elkaar rijden.
• Tussen 15-75 gaat de route deels over een halfverhard gravelpad.
• Tussen 13-16 gaat de route ter hoogte van de Harstastate over een stukje gravelpad.
Toegankelijkheid: deze route is in principe geschikt voor extra brede fietsen (driewielers, bakfietsen, etc.), mits je rekening houdt met bovenstaande punten.
1. Rijd vanaf het startpunt bij Het lage noorden linksaf de Zeedijk op, in westelijke richting. Je rijdt nu op de route. Ga bij KP93 rechtsaf (Noorderleeg). Na ongeveer 1 km zie je het Kweldercentrum van It Fryske Gea. Hier vind je informatie over de Atlantikwall en de luchtoorlog in het Waddengebied; ‘Atlantikwall en bunker’. Vanaf het Kweldercentrum kun je wandelen naar de ‘bunker’ in het buitendijks gebied. Je kunt vanaf het Kweldercentrum de wandelroute van It Fryske Gea volgen. De wandeling duurt ongeveer 1 uur (fietsen in het natuurgebied is niet toegestaan). Ga na het bezoek aan de bunker terug naar de fiets bij het Kweldercentum.
2. Fiets terug en volg 93-68. ‘Luchtpost Vijfhuizen'.
3. Ga bij KP68 verder via 53-4-5. Net voor de N357 passeer je het tramweg tracé van het voormalige Dokkumer Lokaaltje. Rechts beelden de gebouwen van het voormalige station (nu een garage) een trein uit. In WO2 zijn de spoorlijn en treinen diverse malen beschoten en gebombardeerd.
4. Ga bij KP5 rechtdoor, Langebuorren (je verlaat de knooppuntenroute). Ga na 200 m schuin links Rondweg op. Ga na 150 m linksaf Miedpad op, naar ‘Begraafplaats Hallum’.
5. Fiets terug via het Miedpad en ga na 60 m linksaf Rondweg op. Ga na 95 m schuin rechts De Trânse op. Kruising rechtdoor Jouwsmabuorren. Na 700 m rijd je weer op de route. Volg 81-72-9, langs ‘Neergestort Amerikaans vliegtuig’ (450 m na KP72) en verder 9-34.
6. Ga bij KP 34 linksaf, Hegebeintumerdyk. Ga na 180 m schuin rechts Hoofdstraat op. Ga na 55 m linksaf Vrijhof op; ‘Ferwert’. Fiets na een bezoek aan het oorlogsmonument terug via de Hoofdstraat en schuin links Hegebeintumerdyk. Ga bij KP34 verder naar 13. Ga na 400 m passeer je een vaart; ‘Vrachtschip beschoten’.
7. Ga bij KP13 naar 16. Ga daar rechtdoor, Harstawei. Na 180 m linksaf De Houwen op (je verlaat de knooppuntenroute). Eerste weg linksaf, Heskamperweg. Einde rechtsaf, Mieddyk. Na 100 meter vind je in de berm een informatiepaneel over de Short Stirling die hier op 7 juni 1942 is neergestort. Van deze bemanning heeft iedereen de crash en de oorlog overleefd.
8. Fiets terug over de Mieddyk en verder naar 15. Ga bij KP15 rechtdoor (Farebuorren). Ga na 80 m rechtdoor (Farrewei; je verlaat de knooppuntenroute). Ga na 530 m bij het bord ‘Blije’ linksaf het tracé van het voormalig Dokkumer Locaaltje de onverharde Stationsweg op. Na 400 meter rechtsaf bij het voormalige station van Blija. Rechts aanhouden, vervolg Stationsweg in noordelijke richting, langs ‘Kerkhof Blije’.
9. Ga op de Voorstraat rechts en na 85 meter rechts Hoofdstraat op. Ga bij KP75 verder naar 76. ‘De Duitsers in de mist’.
10. Bij KP76 verder naar 2 over de dijk, volg het pad buitendijks in westelijke richting. De eerste mogelijkheid de dijk weer oversteken naar binnendijks (je verlaat de knooppuntenroute) en de Zeedijk volgen in westelijke richting; ‘De gezinnen De Roo & Andrae’.
11. Fiets verder op de Zeedijk in westelijke richting. ‘Mysterie in de lucht’. Volg de dijk via KP2 en KP1 terug naar het startpunt.
In de kwelders van Noard-Fryslân Bûtendyks staat een oude observatiepost – in de volkstaal de bunker genoemd. Het is een stil aandenken aan de Tweede Oorlog die ook hier zijn sporen heeft nagelaten. Tijdens de Tweede Wereldoorlog liet de Duitse legerleiding tussen 1942 en 1944 een verdedigingslinie aanleggen van ruim zesduizend kilometer. Deze Atlantik Wall liep langs de Europese kust van Noorwegen tot Spanje en bestond uit ruim twaalfduizend zware bunkers en tienduizenden lichtere bunkers en veldversterkingen.
Op 13 augustus 1940 kwamen de Duitsers met 100 man met kruiwagen een oefenveld voor bommenwerpers aanleggen. Op het Noorderleeg werd vee ingeschaard en gras verkocht. Het oefenveld behoorde bij de Fliegerhorstkomandantur op de vliegbasis Leeuwarden. Het had de naam SF 10 Marrum, SF staat voor Scheinflughaven. In 1941 werd de bunker gebouwd met een spiegelsysteem bij de halfronde opening bovenaan de bunker dat diendd als 360 graden waarneming systeem. Deze opening is later dichtgemaakt en de spiegels zijn verdwenen. Na de oorlog was er op diverse plaatsen schade door inslag van kogels en granaten zichtbaar. Dit is inmiddels geretaureerd.
De waarnemingspost is gemaakt van beton met muren van 50 cm dik. Het dak is voor een bunker erg dun. De vloer van de bunker is verhoogd aangelegd en via een betonnen trap is de deur van de bunker te bereiken. Op 6 januari 1941 is de eerste melding van een oefening waarbij met vliegtuigen geoefend en geschoten zou worden. Voor een oefening moet de polhoeder zorgen dat alle vee en mensen van het veld gehaald worden. Hij moet ook zorgen dat de gaten van oefenbommen en bij nood afgeworpen bommen weer dicht gemaakt worden.
Er was een grote rode N gemaakt bij de zomerdijk. Die plek was bedoeld om bij nood scherpe bommen af te werpen. Er was een richtpunt met een straal van 500 meter er omheen. Er waren, van houten geraamten, twee scheepsdoelen in gemaakt waarop de vliegtuigen oefenbommen konden gooien. De oefenbommen waren van beton en voorzien van glazen buizen met chloorsulfonzuur. Als een bom de grond raakte ontstond er rook en zo kon in de waarnemingsbunker het resultaat waargenomen worden. Er zijn later toen er aardappels verbouwd zijn door de toenmalige polhoeder Hiddema bij het ploegen diverse oefenbommen gevonden en soms werd daarbij de rokende lading geraakt. Bij gevechten boven de Noorderleeg stortten diverse vliegtuigen neer.
In het najaar van 1940 werd bij Vijfhuizen een uitzichttoren op de zeedijk gebouwd om uit te kijken naar vijandelijke vliegtuigen. De wachtposten verbleven in een barak die stond op het land van P. Porte. Er waren steeds luchtwachters in de toren en om de twee uren werden ze afgelost. Er was een telefoonverbinding met de vliegbasis Leeuwarden. Er waren tot eind 1944 steeds 6 tot 15 mensen in de barak aanwezig. De bevolking in de omgeving werd onder andere betaald voor warm eten, water en brandstof. Eind 1944 verplaatsten de Duitsers hun post naar bij de Boerderij van Roeda bij het Noorderleeg. De lokale bevolking van Vijfhuizen begon daarop het hout van de toren te slopen. Er was een borstwering onder om de toren gemaakt van hout met zandzakken er tussen. Op last van de Duitsers moest die door de bewoners in de buurt, voor het oog, weer gerepareerd worden. Een paar weken later hebben de Duitsers de toren laten slopen.
Op de begraafplaats van de Hervormde kerk van Hallum bevinden zich drie oorlogsgraven van militairen uit de Tweede wereldoorlog. Het eerste is van een onbekende militair, waarschijnlijk een vlieger. Hij is gevonden op het Noorderleeg waar hij aangespoelde op 25 juni 1940. Op de steen staat het opschrift: Known Unto God. Het tweede is van Sergeant David Thomson Stanners van de RAF, bemanningslid van Vickers Wellington DV935 van no. 15 Operational Training Unit van de vliegbasis Harwell. Hij was de radio-telegrafist/boordschutter van het toestel. In de nacht van 25 op 26 juni 1942 zou de bommenwerper Bremen bombarderen. Op de terugweg werd de Wellington door een Duitse nachtjager neergeschoten en stortte het in de Waddenzee. Alle inzittenden kamen om het leven. Alleen Sergeant Stanners werd gevonden. De derde persoon die in Hallum begraven ligt, is eerste Luitenant Robert Arthur Conrad Draper, van de RCAF (de Canadese Luchtmacht) uit Vancouver (British Columbia). Hij kwam bij zijn eerste missie, op 20 jarige leeftijd, om het leven op 18 april 1942. Hij was radio-telegrafist aan boord van de Lockheed Hudson AM878 RR-B van 407 Demon squadron van RAF vliegveld Bircham Newton, gespecialiseerd in het opsporen van schepen op zee met radar.
Langs de Hersjumawei stortte in 1944 een B17 neer. De USAAF was die dag met 1320 bommenwerpers en een escorte van 700 jagers onderweg naar Duitsland, met als doel Merseberg. Een van de bommenwerpers, een B17 met negen man aan boord, steeg die morgen voor de 24e missie op van de Engelse vliegbasis Kimbolton. Ze wierpen hun bommen af en werden daarbij geraakt door het Duitse luchtafweergeschut. De bemanning is waarschijnlijk boven Schiermonnikoog uit het vliegtuig gesprongen en in de Noordzee terecht gekomen. Een van hen spoelde aan op de Groningse kust bij Wierhuizen. Zeker is dat het vliegtuig nog gezien is in de Marrumermieden.Hier waren Gerben Veltman en Tjerk de Boer op het land bezig. Ze zagen de bommenwerper eerst naar het zuidwesten vliegen, toen maakte het in de richting van Wyns een bocht en kwam weer terug. Even later verloor het een stuk vleugel en kwam het in cirkels brandend naar beneden. Van de kant van Hegebeintum kwam het recht op de boerderij van Ruurd Riegstra af. Riegstra wilde naar het weiland vluchten maar kon - door zijn omvangrijk postuur - niet zo snel over het hek komen. Dit werd zijn redding. Even later boorde het vliegtuig zich juist daar in de grond. Volgens ooggetuigen kwam er meer dan een week lang rook en vuur uit de grond. Na de oorlog is een paar keer gegraven naar het vliegtuig. Een propellerblad heeft lang in de basisschool in Marrum aan de muur gehangen. In de schoolkrant van Marrum zijn diverse dingen over deze crash opgetekend. Tegenwoordig ligt het propellerblad in depot bij het verzetsmuseum.
Op het kerkhof van Ferwert hebben drie Amerikaanse bemanningsleden begraven gelegen. Zij waren op 11 december 1943 neergestort bij de zeedijk bij Ferwert. Ze zijn later herbegraven op de Amerikaanse begraafplaats bij Margraten. Op het oorlogsmonument op het Vrijhof is ook Joeke Andrae genoemd. Hij werd gefusilleerd omdat hij spullen uit de B17 van 11 december 1943 had meegenomen. Zijn verhaal vind je verderop in de route bij Zeedijk 8 Ferwert, het huis waar Joeke woonde.
In de opvaart die je net voor Hegebeintum gepasseerd bent is op 9 februari 1945 is het vrachtschip van Bouwe van der Woude beschoten in de Jislummer vaart door geallieerde jagers. Die middag hebben ongeveer 70 Engelse Spitfires en Mustang jagers van Fighter Command, die het escorteren van Amerikaanse bommenwerpers als taak hadden, onderweg gelegenheidsdoelen aangevallen en melden onder andere een aanval op een schip van 50 ton in de omgeving van Leeuwarden. Het kan zijn dat dit het schip van Van der Woude was, hij had zijn schip tussen Jislum en de Bolle Holle gelegd om inbeslagname te voorkomen. Zijn schip, de Nooitgedagt, was een steilsteven vrachtschip van 36 ton. Het schip was groen geverfd en die dag waren de zeilen gehesen om te drogen. Rond 15:00 uur kwamen 4 jagers die rond cirkelden en daarna het schip met mitrailleurs beschoten. De schipper raakte dodelijk gewond en zijn 16 jarige hulp Keimpe Struiksma overleefde de aanval. Bouwe van der Woude is begraven in Burdaard.
Tussen Stationsweg 3 en 4 kunt u het kerkhof van Blije bereiken waar een onbekende RAF vlieger is begraven. Op dinsdag 14 juli 1942 spoelde een onbekende Sergeant van de RAF (Engelse luchtmacht) aan op de kwelders bij Ferwert. Het proces-verbaal van de veldwachter Leestma gaf aan dat hij naar schatting drie weken in zee had gelegen en dat hij geen identiteitsplaatje droeg. Verder wordt zijn kleding beschreven waarbij aangemerkt wordt dat de zolen van zijn laarzen verbrand waren. Hij was in het bezit van een gouden horloge, een portefeuille met Engelse ponden, een sigarettenetui en aansteker. Een Duitse arts verrichte sectie om de identiteit vast te stellen en zijn bezittingen in beslag te nemen. De begrafenis werd, zoals gebruikelijk, aan de plaatselijke autoriteiten overgelaten. Er was een erewacht van de regionale Kommandantur aanwezig om hem met militaire eer te begraven. Gezien zijn kleding, plaats en tijd van aanspoelen, zou de onbekende Sergeant van Blije, de vermiste 37 jarige Gordon Lake uit hetzelfde toestel als de in Hallum begraven Stanners kunnen zijn. Waarschijnlijk zal deze onbekende geen naam krijgen en zal de naam van Sergeant Lake als vermiste op het paneel van Runnymede War Memorial blijven staan.
Boven op de zeedijk ziet u het wadden- en kweldergebied waar bemanningsleden van de Stirling van 7 juni 1942 zijn geland met hun parachute. Ook spoelden in het buitendijks gebied lichamen van bemanningsleden van vliegtuigen aan die in de Waddenzee en Noordzee terecht gekomen waren. Ook ligt in de Waddenzee voor de kust het wrak van een Duitse Messerschmitt 109 die daar op 18 oktober 1943 neerkwam vanwege mist. Dit vliegtuig werd pas 29 oktober gevonden door enkele vissers uit Ferwert. Het weer was op de 18e oktober plotseling slecht geworden. Door het slechte zicht en brandstofgebrek stortten die dag in Noord-Nederland 15 Duitse jagers neer. De vliegtuigen van II./JG3 waren aan het begin van de middag van de vliegbasis Schiphol opgestegen voor een aanval op B24 bommenwerpers die voor een schijnaanval richting Duitsland vlogen. Net voor half twee raakten ze in gevecht met de bommenwerpers op 65 mijl ten noorden van Ameland. Na 10 minuten in gevecht gewikkeld te zijn gingen de bommenwerpers terug. De uiteengevallen groep jachtvliegtuigen zette daarop koers naar Schiphol. Geen van de vliegtuigen bereikte dat doel, vier van de vliegers kwamen om. Een collega van Stolte heeft gemeld dat tijdens de terugtocht laaghangende bewolking over het vasteland van Nederland trok. De Bf 109 van Lt. Schröder kwam neer in de Noordzee hij is nog steeds vermist. Vier kwamen neer bij Schokland. Kloss storte in het IJsselmeer en kwam daarbij om. Drie maakten een noodlanding op Terschelling. Bij Deersum kwam Fw. Michaels om, hij werd begraven te Leeuwarden. Bij Folsgare maakte Uffz. Dehrmann een noodlanding en raakte daarbij gewond. Onder het vluchtschema van de 392 BG, één van de groepen die boven de Noordzee terugkeerden en contact met de vijand melden. Er werd geen claim voor een neergeschoten vliegtuig gemeld.
Het vliegtuig van Stolte is waarschijnlijk door gebrek aan brandstof en of desoriëntatie neergestort. Bij een luchtgevecht werden de droptanks afgeworpen zodat alleen de tank van een kleine 400 liter in het vliegtuig over was. Met de hulp van enkele Nederlanders, waaronder de vader van Bauke van der Heide, werd het lichaam van de piloot, dat nog in de cockpit zat, op een slikslee naar de kust gebracht. In een latere tijd is een schedel gevonden die zeer waarschijnlijk van de piloot was. Stolte werd eerst begraven te Amsterdam en later herbegraven op Ysselsteyn.
Stolte was een aas met 43 neergeschoten vliegtuigen op zijn naam, hij behaalde zijn overwinningen in de periode 21 maart 1941 tot 2 oktober 1943. Hij was geboren op 11 oktober 1916 en in januari 1940 zijn carrière bij de Luftwaffe begonnen. Op 7 april 1940 raakte hij gewond toen hij zijn vliegtuig moest verlaten boven Frankrijk. Hij werd gevangen genomen en keerde enkele maanden later terug naar Duitsland. In januari 1942 werd hij als Staffelkapitän gestationeerd in Nederland bij JG1 op De Kooy. In oktober 1942 kwam hij van het oostfront weer naar Nederland bij JG3 op Schiphol. Hij werd op 1 juli 1943 bevorderd tot Hauptman. Zijn 41e overwinning was een B17 die op 27 september 1943 is neergestort bij Geefsweer in Groningen. Stolte moest een noodlanding maken op 5 km ten noordwesten van Marx? Hij raakte hierbij licht gewond. Op deze dag stortte in een polder bij Uithuizen de Bf 109 van Fritz Schwalbach van II./JG3 neer, hij is tot heden nog niet geborgen.Op 31 augustus 1943 is Stolte onderscheiden met het Deutsches kreuz in gold en op 13 september 1943 met het Ehrenpokal. Zijn 27e verjaardag vierde hij op 11 oktober 1943, enkele dagen later is hij gesneuveld.
In het huis wat stond bij Zeedijk 13 in Ferwert woonde de familie De Roo. Zij hadden een Joodse onderduiker. Bij het opruimen van het vliegtuigwrak van de B17 daar vlakbij werd een Duitser bij hen ingekwartierd. Hij sliep samen met de onderduiker in één kamer. De onderduiker kreeg van de Duitse onderofficier een paar schoenen van een bemanningslid. Deze staan nu als ‘schoenen van de waanzin’ in het verzetsmuseum. Ter hoogte van Zeedijk 9 in Ferwert stortte een Amerikaanse B17 net achter de zeedijk neer (zie het verhaal op de infoposter bij huisnummer 8).
Op de boerderij aan Zeedijk 8 in Ferwert woonde Joeke Andrae met zijn ouders. Hij haalde een wapen en een radio uit het vliegtuigwrak maar werd verraden. Hierdoor werden Joeke en hun onderduiker opgepakt en in Utrecht gefusilleerd.
Net voor knooppunt 2 stortte in augustus 1944 een Duitse Bf110 nachtjager vanaf grote hoogte neer. Volgens de Duitse overlevering werd het vliegtuig beschoten door een jager toen het een Engels vliegtuig onder schot had. Opperwachtmeester Bauke Meijer zag dat het toestel in een steile glijvlucht brandend naar beneden kwam. Bij het raken van de grond explodeerde het toestel en brandde het uit. Meijer die met zijn collega naar de crashplaats bij de zeedijk onder Marrum gefietst was kon niet bij het wrak komen door de ontploffende munitie. Even later kwamen de Duitsers van de vliegbasis en werden de politieagenten weggestuurd. Ze vonden bij het weggaan nog een lijk van een van de inzittenden in het gras. Hij was uit het vliegtuig geslingerd. Dit was de piloot Dittmann die eerst in Leeuwarden en later in IJsselstein is begraven. De marconist spoelde op 28 september aan op het Deense eiland Mando en werd begraven in Esbjerg. Diezelfde nacht werden nog twee Bf 110 jagers van IV./NJG1 neergeschoten. Zij werden in de val gelokt door een Beaufighter van 141 squadron met nieuwe opsporingsapparatuur. De piloot (Wing Commander Braham) was bezig met het uitstrooien van strookjes zilverpapier (window). Deze strookjes veroorzaakten een grote vlek op de Duitse radar, zodat het leek dat er een groep bommenwerpers vloog.