Een dashcam installeren: zo doe je dat
Heb je een dashcam gekocht en wil je 'm gaan installeren? Lees dan eerst deze tips voor optimale resultaten.
1. Installeer 'm op de juiste plek
Monteer je dashcam correct: liefst achter of naast de achteruitkijkspiegel, precies midden aan de voorruit. Dan belemmert de camera je zicht zo min mogelijk en wordt het beeld zo min mogelijk vervormd.
2. Gebruik een elektrostatische sticker
Dashcams met een zuignap zie je zelden nog, tegenwoordig plak je het 'voetje' vast met een supersterke sticker. Dat doe je het liefst niet op de voorruit zelf, maar op een doorzichtige, elektrostatische sticker. Zo kun je de dashcam makkelijk verwijderen of verplaatsen, zonder irritante lijmresten op je ruit.
3. Kies de juiste hoek
Stel de hoek zo in dat er niet te veel lucht in beeld is. Een goede verhouding is 1/3 lucht en 2/3 weg: de horizon zit dan dus boven het midden.
4. Draden wegwerken
Werk de draden goed weg, zodat je goed zicht houdt. De meeste cams worden geleverd met klemmetjes of een mini-'koevoetje' om de draad achter de bekleding te wurmen.
Gebruik je meerdere apparaten (dashcam, telefoonladers etc.) koop dan een handige multi-kabel.
5. Wel of geen vaste voedingskabel ('hardwire kit')?
Wil je de parkeermodus van je dashcam gebruiken? Dan heb je een vaste voedingskabel ofwel 'hardwire kit' nodig. Deze wordt direct aangesloten op je accu en zorgt voor een constante voeding naar je cam, ook als je stil staat. De meeste merken bieden zo'n kabel aan voor de specifieke dashcam. Koop alleen zo'n bijpassende hardwire kit, geen universele of van een ander merk.
Ben je niet erg technisch, laat de installatie dan doen door een garagebedrijf. Zeker bij moderne auto's kan een fout de elektronica flink verstoren.
6. Controleer de instellingen
Gebruik de juiste instellingen. Klinkt logisch, maar zorg dat de camera op de hoogste resolutie staat, de datum goed staat ingesteld en eventuele extra functies aan staan.
GPS-instellingen
Controleer ook of de GPS goed werkt, bijvoorbeeld om je snelheid aan te geven en om GPS-files uit te kunnen lezen in de computer. Dat kan als aanvullend bewijsmateriaal dienen.
Lengte van filmpjes
Vaak kun je de lengte van de filmpjes instellen. Een lengte van 3 tot 5 minuten is ideaal. Dan kun je beelden snel terugvinden, zonder een veelvoud aan kleine bestanden.
7. Test de G-sensor
De meeste dashcams hebben een G-sensor. Dat is een sensor die zeer grote G-krachten registreert en vervolgens een 'noodfilmpje' maakt, bijvoorbeeld als je een aanrijding hebt.
Soms is de sensor zo gevoelig dat voor elke verkeersdrempel of hobbel een apart ‘noodfilmpje’ wordt opgeslagen. Stel de gevoeligheid dan wat lager in.
8. Test de parkeermodus
Test ook de parkeermodus: vooral de bewegingsdetectie. Dan filmt de cam zodra deze beweging registreert. Dat kan of te vaak gebeuren (bijv. veel verkeer, passanten of zelfs door de wind bewegende bladeren) of té weinig: sommige dashcams decteren amper beweging in het donker. Een goed alternatief is dan de 'time lapse'-parkeermodus: je cam maakt dan elke seconde een beeld.
9. Wel of geen achtercamera?
Dashcams worden steeds vaker geleverd als pakket van voor- en achtercamera. Met die combinatie kun je incidenten uiteraard nog beter registreren. Zo'n achtercamera netjes installeren - en de bedrading netjes wegwerken - is wel een lastig klusje.
Gebruikstips
- Wil je lange ritten opnemen, kies dan voor een geheugenkaart met grote capaciteit. Ruwe indicatie: om 8 uur lang te kunnen filmen in 4K heb je een SD-kaart van 128 GB nodig.
- Houd je ruiten goed schoon. Vieze ruiten leveren kwaliteitsverlies op, evenals vlekken in het beeld. Veeg ook de lens regelmatig schoon met een doekje.
- Verwijder de cam uit je auto bij zeer hoge en lage temperaturen. De gemiddelde cam kan temperaturen aan van -10 tot 60 à 70 graden Celsius. Maar op een dashboard kan het in de volle zon tot wel 90 graden warm worden.
- Overigens is de cam verwijderen ook met oog op auto-inbraak geen slecht idee. Tegenwoordig hebben veel cams een handig - soms magnetisch - quick release-systeem.
- Houd je dashboard leeg. Vooral lichte spullen als papieren kunnen een zeer storende reflectie in het beeld opleveren. Vermijd ook de bungelende luchtverfrissers aan je achteruitkijkspiegel.
- Heeft je cam een polarisatiefilter? Daar heb je alleen wat aan als je de filter in de juiste, reflectieverminderende stand draait.
- Formatteer de geheugenkaart regelmatig, minimaal elke maand (na opslag van bestanden die je nodig hebt uiteraard). Dat zorgt voor betere betrouwbaarheid van de beeldopslag.
- Bekijk de beelden regelmatig, zeker als je een camera langere tijd gebruikt. Dan kun je controleren of de loop-functie goed blijft werken: de oudste beelden worden dan overschreven door de nieuwste filmpjes.
- Filmpjes bekijken op de computer? Wij vonden de gratis VLC-speler het best. Daar kun je beelden met de E-toets ook frame voor frame bekijken: handig om een nummerbord te achterhalen.