BPM: Belasting van Personenauto's en Motorfietsen
Betalen voor de aanschaf van een privéauto of motor
De aanschafprijs van een nieuwe personenauto of motorfiets bestaat voor een deel uit BPM: de Belasting van Personenauto's en Motorfietsen. Sinds 1 januari 2013 berekent het Rijk de BPM voor personenauto's volledig op basis van de CO2-uitstoot. Omdat voor bestelauto's, motoren en kampeerauto's geen goede CO2-gegevens beschikbaar zijn, wordt voor deze categorieën de BPM als vanouds berekend op basis van de netto catalogusprijs en de brandstofsoort.
CO2-uitstoot
Bij de typegoedkeuring van nieuwe automodellen wordt de CO2-uitstoot van de auto bepaald. Tot in 2017 werd hiervoor de NEDC-emissiemeting gebruikt, na deze datum de WLTP. Deze laatste is realistischer en resulteert in een hogere CO2-uitstoot. Bovendien worden opties die CO2-verhogend zijn meegenomen in de berekeningen. Sinds juli 2020 wordt de BPM berekend op basis van de hogere WLTP-waarde. De BPM tarieven zijn hierop aangepast.
Opbouw BPM tariefstelsel
Op dit moment zijn auto’s die geen CO2 uitstoten, zoals een volledig elektrische of auto's op waterstof, vrijgesteld van BPM. De overige auto’s betalen BPM.
Het tariefstelsel begint met een starttarief. Daarna wordt in verschillende schijven voor elke gram CO2-uitstoot een tarief in rekening gebracht. Voor elke opvolgende schijf geldt een hoger tarief. Auto’s met een dieselmotor krijgen nog een extra variabele dieseltoeslag. Voor elke gram CO2-uitstoot boven een bepaalde grenswaarde wordt een bedrag in rekening gebracht. In 2023 is deze grenswaarde verlaagd naar 73 g/km en het tarief per gram CO2 erboven verhoogd naar € 94,30
Binnen het tariefstelsel wordt verder onderscheid gemaakt tussen conventionele auto's en semi-elektrische modellen (de zogenaamde plug-in hybrides oftewel PHEV's). Voor 2023 zijn de CO2-grenswaardes gelijk gebleven, wel zijn de tarieven verhoogd.
Specifiek voor conventionele auto:
- Starttarief bedraagt € 400
- Er zijn vijf tariefschijven
- CO2-grenswaarden: eerste schijf 1 t/m 82 g, tweede schijf 83 t/m 106 g, derde schijf 107 t/m 148 g, vierde schijf 149 t/m 165 g en de vijfde schijf is voor alle uitstoot boven de 165 g/km CO2
- De tarieven per gram CO2-uitstoot beginnen bij € 2 per gram bij schijf één, € 68 bij schijf twee, € 149 bij schijf drie, € 244 bij schijf vier en € 488 per gram CO2-uitstoot bij schijf vijf.
Specifiek voor semi-elektrische auto, PHEV:
- Geen starttarief
- Drie tariefschijven in plaats van vijf
- De CO2-grenswaarden liggen een stuk lager dan bij conventionele aandrijving: eerste schijf 1 t/m 34 g, tweede schijf 35 t/m 60 g en derde schijf alles boven de 60 g/km CO2
- De tarieven per gram CO2 liggen hoger: € 26 per gram uitstoot bij schijf één, € 91 bij schijf twee en € 217 bij schijf drie.
Toekomst BPM
Auto’s die geen CO2 uitstoten zijn tot en met 2024 vrijgesteld van BPM. Vanaf 2025 is het plan dat volledig elektrische auto’s ook BPM gaan betalen in de vorm van een vaste voet.
Voor de periode tot 2025 verwacht het kabinet dat fossiele auto’s door technologische ontwikkelingen minder CO2 gaan uitstoten. Dit wordt de autonome vergroening genoemd, die geschat wordt op 2,3% per jaar. Om dit te compenseren wil het kabinet in het BPM stelsel jaarlijks de tarieven verhogen en de CO2-grenzen verlagen met ca. 2,3%.
BPM tarieven 2023
1. |
EV, nulemissie |
BPM-vrij | |
| |||
2. |
Conventionele auto | ||
|
Vaste voet |
€ 400 | |
|
Tariefschijven |
CO2 grenzen [g/km] |
tarief per |
|
Schijf 1 |
1 - 82 |
€ 2 |
|
Schijf 2 |
83 - 106 |
€ 68 |
|
Schijf 3 |
107 - 148 |
€ 149 |
|
Schijf 4 |
149 - 165 |
€ 244 |
|
Schijf 5 |
> 165 |
€ 488 |
|
Bij dieselmotor |
|
tarief per |
|
Dieseltoeslag |
> 73 |
€ 94,30 |
3. |
PHEV 1 | ||
|
Vaste voet |
€ 0 | |
|
Tariefschijven |
CO2 grenzen [g/km] |
tarief per |
|
Schijf 1 |
1 - 34 |
€ 26 |
|
Schijf 2 |
35 - 60 |
€ 91 |
|
Schijf 3 |
> 60 |
€ 217 |
1) Voor eventuele dieseltoeslag zie onder 2. Conventionele auto |
Deel deze pagina