Werken bij de Wegenwacht

Wegenwacht: pechhulp voor auto’s én mensen

Het werk van de Wegenwacht gaat over mobiliteit en pechhulp. Maar een wegenwacht heeft niet alleen met auto’s te maken. Het werk raakt vooral bestuurders, de mensen. Per jaar lost de ANWB Wegenwacht 1.250.000 pechgevallen op. En elke dag staan door heel Nederland gemiddeld 250 wegenwachten paraat om mensen te helpen met starten, het vervangen van accu’s of banden en veel, heel veel andere technische ongemakken.

Wie bij de Wegenwacht wil werken, moet dus allereerst technisch heel wat in huis hebben. Maar dat is zeker niet je enige bagage. Je bent ook de steun en toeverlaat van mensen in nood. Regelmatig ben je als eerste ter plaatse bij ongelukken en andere stressvolle situaties. Goede sociale vaardigheden en stressbestendigheid zijn dus bijna net zo belangrijk.

Autotechniek verandert razendsnel. Ieder pechgeval is anders. Dat is zo en dat blijft zo. Maar in de kern is het werk van de Wegenwacht door de jaren heen weinig veranderd. De eerste wegenwachten in 1946 waren pioniers die eenmaal op de weg er zowat alleen voor stonden met als opdracht mensen weer op weg te helpen. En hoewel er vandaag de dag ondersteuning is met telefoon en computer, moet je als wegenwacht nog steeds een beetje een pionier in je hebben. Iedere wegenwacht doet het werk op zijn of haar eigen manier. Wat ze bindt? Het zijn vooral hulpvaardige mensen. Je brengt mensen thuis. Of geeft een spoedcursus banden verwisselen. Vaak doe je wat extra’s. Niet omdat je dat moet maar omdat je dat wilt. Je staat voor een betrouwbare en servicegerichte pechhulp. Dat is echt ANWB.