Peel en Maasvallei-route

Nederland, Limburg, Oostrum

61
39
07
13
18
59
14
58
10
09
53
54
50
80
51
16
61

De Peel en Maasvallei-route laat u kennismaken met twee verschil­lende cultuurlandschappen in Noord-Limburg: Maas en Peel. Tus­sen Geysteren en Broekhuizenvorst fietst u door het aantrekkelijke terrassenlandschap van de Maas waarin dorpen, vrijstaande boer­derijen, weiden en boomgaarden liggen. Kleine hoogteverschillen overbruggen de terrassen. De Peel, het dekzandgebied ten westen van de Maasterrassen, biedt met zijn open landschap een heel ander aanzien.

 

Fietsveiligheid route-informatie: houd op deze route rekening met onderstaande punten; pas je snelheid aan, houd rekening met tegenliggers en ga waar nodig achter elkaar rijden.
• Tussen knooppunten 58 en 10 gaat de route langs de Maas over een hobbelig zandpad met kuilen.
• Op enkele locaties gaat de route over een traject met een zachte (gevaarlijke) berm; dit staat ter plaatse aangegeven.

Toegankelijkheid: deze route is in principe geschikt voor extra brede fietsen (driewielers, bakfietsen, etc.).

Na het dorp Geysteren, dat vei­lig op een terras aan de Maas ligt, fietst u op enige afstand van de Maas langs de Nieuwlandse Bos­sen, richting Wanssum. Onderweg ziet u een voorbeeld van een gemo­derniseerde Limburgse gesloten hoeve.

Rond de haven van Wanssum zijn na de Maasoverstromingen in 1993 en 1995 kademuren met cou­pures, doorgangen waar wegen en paden lopen, aangelegd. In geval van nood kunnen deze worden af­gesloten. Na het dorp duikt de rou­te met een grote boog onder de Maasbrug en vervolgt zijn weg langs de Maas. Het Maasdal be­staat voornamelijk uit graslanden. Aan de overzijde van Maas lonken de beboste hoge terrassen van de Wellsche Heide en Landgoed De Hamert, een bijna 1000 ha groot natuurgebied met een breed scala aan landschapstypen.

De Groote Molenbeek, die u bij Wanssum en Tienray passeert, werd heringericht en kreeg zo weer iets terug van haar oorspron­kelijke karakter.

Blitterswijck en Ooijen liggen op de rand van het laagterras. Kas­teel Ooijen, nu onderdeel van een camping, werd al in de 14e eeuw genoemd.

Bij Broekhuizenvorst komt het dekzand tot dicht bij de Maas. De beide dorpen Swolgen en Tienray liggen op de grens van het midden naar het laagterras van de Maas tegen het dekzandgebied aan en worden omgeven door een aan­trekkelijk landschap. Tijdens de laatste ijstijd is het middenterras geheel bedekt door dekzand. Slechts op een enkele plaats, zoals ten oosten van Wanssum, komt het middenterras nog aan de op­pervlakte.
Het dorp Tienray staat ook wel bekend als ‘Klein Lourdes’: sinds 1877 is het de enige officiële Lourdes-bedevaartplaats in ons land.

Het kerkdorp Oirlo lag midden op het ‘veld’. Met de naam veld werden de ontgonnen landbouw­gronden aangeduid. Rond Oirlo waren al in de 14e eeuw stukken heidevelden in cultuur gebracht; de woeste gronden volgden in de 19e eeuw. Klein-Oirlo, dat het zonder kerk moest doen, lag aan de zuidelijke rand van het veld op de grens met de Oirlose Heide.

De Oostrumsche Beek ont­springt in het Peelgebied en stroomt langs Veulen, Leunen en Oostrum om uiteindelijk bij Geysteren uit te monden in de Maas. Rond 1960 is de beek tijdens een ruilverkaveling rechtgetrokken. Alleen op het Landgoed Geysteren behield de beek zijn slingerend ka­rakter. Dankzij die snelle afwate­ring heeft het gehele gebied te kampen gehad met verdroging. De negentien stuwen in de beek vormden tevens een belemmering voor de vismigratie. Om de beek weer levend te maken wordt de stroomsnelheid van het water ver­hoogd. Bovendien krijgt de beek weer een slingerend karakter en worden de stuwen van vistrappen voorzien. U ziet de oude gekanali­seerde loop en even verder een nieuwe meander van de beek.

Het Landgoed Geysteren be­staat uit loof- en naaldbomen. De Rosmolen (vanaf de Geysterseweg, volg richtingwijzer) is in ere her­steld. De oude molenkolk is uitge­graven tot een spaarbekken voor de tijdelijke opslag van water bij hoog­water van de Maas.