Brandstofprijzen, accijnzen en btw
Betalen voor het gebruik van een auto
Meer dan de helft van wat je betaalt voor benzine, gaat naar het Rijk in de vorm van accijns en btw (belasting op de toegevoegde waarde). Het grootste deel van die btw wordt geheven over de accijns, die meer dan de helft van de brandstofprijs uitmaakt. Belasting op belasting dus. Via deze belastingen betaal je voor het gebruik van een auto: als je niet rijdt, koop je ook geen brandstof. Overigens zijn diesel en LPG qua accijns in verhouding goedkoper.
Accijns: vast bedrag per liter
Accijns is een vaste heffing van de overheid op onder meer brandstof. Deze wordt normaal gesproken jaarlijks op 1 januari verhoogd met de inflatiecorrectie. Dit wordt in 2023 echter uitgesteld tot 1 juli. Op 1 april 2022 heeft het kabinet namelijk een tijdelijke accijnsverlaging doorgevoerd om de buitengewoon stijgende brandstofprijzen te compenseren. Deze compensatie zou per 31 december 2022 ophouden, maar gaat door tot 1 juli 2023.
Dit betekent dat de accijnzen het eerste half jaar van 2023 verlaagd blijven met 17,3 cent voor ongelode benzine, 11,1 cent voor diesel en 4,1 cent voor LPG. Na 1 juli wordt de inflatiecorrectie alsnog doorgevoerd en wordt de accijnsverlaging met de helft teruggeschroefd om de hoge brandstofprijzen nog iets te compenseren. De accijnstarieven komen dan uit op 78,91 cent voor ongelode benzine, 51,63 cent voor diesel en 18,62 cent voor LPG. In de dieselaccijns is dan 1 cent extra accijns opgenomen.
Overigens: de huidige tijdelijke verlaging ligt in werkelijkheid zelfs nog 21% hoger. Dit omdat de BTW geheven wordt over de verlaagde accijnzen (zie onder). Het totale belastingvoordeel komt hiermee tot 1 juli 2023 respectievelijk uit op 20,9 cent, 13,4 cent en 4,9 cent per liter voor benzine, diesel en LPG.
Btw 21%
Over de brandstofprijs, inclusief accijns, heft de overheid btw. Die is voor brandstof 21%. Omdat het een percentage is, beweegt het btw-bedrag mee met de brandstofprijs.
Productiekosten
De productiekosten van benzine bedragen ongeveer 33% van het totaalbedrag aan de pomp, aldus United Consumers. Dit bedrag kan schommelen, omdat het voor een deel bepaald wordt door de prijs van ruwe olie.
Winst 9%
Volgens dezelfde bron is ongeveer 9% van het totaalbedrag winst, zowel voor de oliemaatschappij als voor de pomphouder.