ANWB ondersteunt onderzoek naar zelfrijdende auto’s
10 december 2019 “Autonoom rijden complexer dan de meesten denken”
Autonoom rijden krijgt steeds meer aandacht en publiciteit. In verschillende landen, waaronder Nederland, zijn er proeven mee gedaan op de weg. De ANWB ondersteunt onderzoek hiernaar aan de TU Delft. Uit dat onderzoek blijkt dat de invoering van autonoom rijden in de praktijk nog niet zo eenvoudig is.
Proeftuin automatisch vervoer
Sascha Hoogendoorn is als directeur Automatisch rijden onder andere verantwoordelijk voor het Research lab Automated Driving Delft (RADD) aan de TU Delft. Zij legt uit waar het onderzoek van het RADD zich precies op richt. “We zijn een proeftuin voor automatisch rijden. In de luwte van de campus van de TU Delft experimenteren we met automatisch vervoer in levensechte situaties.”
Reactie op andere verkeersdeelnemers
“We onderzoeken bijvoorbeeld hoe we intelligentie in voertuigen kunnen inbrengen. Dit om een inschatting te maken hoe een zelfrijdende auto reageert op het gedrag van voetgangers, fietsers en andere vormen van mobiliteit,” vervolgt Sascha. “Hoe gaat die interactie met andere verkeersdeelnemers in de toekomst? Sensortechnologie is daarvoor heel belangrijk en op dat terrein zijn we in Delft heel ver. Een auto volledig automatisch laten rijden is echter heel complex. Dat vereist nog meer onderzoek en pilots om situaties uit te testen.”
Nog veel wat getest moet worden
Sascha realiseert zich als geen ander dat vooruitgang niet van de ene op de andere dag tot stand komt. “We kunnen met z’n allen gaan filosoferen over zelfrijdend vrachttransport, maar je komt er door te testen in de praktijk achter tot welke effecten dat leidt. En dan blijkt dat het belangrijk is om eerst de post te gaan bezorgen in de afgesloten omgeving van de campus voordat je een systeem loslaat op de openbare wegen. Om straks autonoom te kunnen rijden moeten er nog talloze andere vraagstukken worden opgelost. Welk type wegbelijning heb je nodig? Komen er alleen sensoren in voertuigen of ook in het wegdek, de vangrail of de signaleringen boven de weg? Welke eisen stellen grote hoeveelheden voertuigen aan de netwerksnelheid? Hoe gaan we om met het 5G-netwerk? Hoe maken we GPS zo betrouwbaar mogelijk? Kunnen kranen en bouwstellages de telecomtoepassingen beïnvloeden? Welke data verwerken we in de auto tot informatie en welke brondata versturen we naar de omgeving en andere voertuigen?”.
Geen wereld van techneuten meer
Hoewel het RADD gevestigd is aan een Technische Universiteit, beseft Sascha dat de wetenschap omtrent zelfrijdende auto’s inmiddels verder reikt dan de wereld van techneuten alleen. “Wij combineren onze inzichten met die van gedragsdeskundigen, psychologen en deskundigen op het gebied van ruimtelijk inrichting. Welk effect heeft autonoom rijden straks op de inrichting van een stad? We hebben ook niet alleen digitale en telecomkennis nodig, maar we willen ook inzicht in de belasting van het elektriciteitsnet tijdens de piekuren. Als we van autonoom rijden een succes willen maken, moeten meerdere disciplines gaan samenwerken. En dan heb ik het nog niet eens uitvoerig gehad over de mens. Hoe ervaart die autonoom rijden? Waar schrikt iemand van of welke toepassingen wil iemand ter beschikking hebben als hij of zij in een zelfrijdende auto zit?”
Er komt meer bij kijken dan men denkt
De toekomst al is ingezet, geeft Sascha aan. Maar ze is ook realistisch over de tijd die het nog duurt voordat we overgaan tot de volledige invoering van zelfrijdende auto’s. “Ik kan er met de beste wil van de wereld geen uitspraak over doen. In de steden gaat het waarschijnlijk nog minstens 30 jaar duren. Op sommige delen van de snelweg kunnen bepaalde toepassingen waarschijnlijk eerder ingevoerd worden. Maar dit is allemaal afhankelijk van de ontwikkelingen van de techniek, de toepassingen in de infrastructuur en in de vervoersmiddelen zelf. En dan moet er ook nog wet- en regelgeving voor worden ontwikkeld. Kortom, er komt veel meer bij kijken dan men denkt”.
Deel deze pagina