Voorwaarde bij inruil

Uw zoon heeft zijn auto ingeruild. Hij heeft daarbij een voorwaarde getekend waarmee gebreken die bij controle blijken op hem verhaald kunnen worden.

Het uitgangspunt zonder een dergelijke voorwaarde is dat men bij inruilen moet vertellen wat men weet van de auto en wat van invloed kan zijn op de beslissing van de garage om de auto in te nemen. Dus gebreken die bekend zijn moet men melden. Vervolgens is het aan de garage om verder te onderzoeken of er gebreken zijn. Bijvoorbeeld door het maken van een proefrit. Ontdekt de garage gebreken na de inruil dan zal de garage deze kunnen verhalen als de garage kan aantonen dat degene die inruilde deze gebreken kende of had moeten kennen. 

Nu heeft uw zoon getekend voor het feit dat gebreken die na controle worden ontdekt op hem verhaald kunnen worden. Op zich wordt deze voorwaarde wel vaker gesteld. Maar hiermee heeft hij zijn verantwoordelijkheid dus wel uitgebreid. Ook zaken die hij wellicht niet wist kunnen hieronder vallen. Daar is niet veel meer aan te doen als eenmaal is getekend. Wel is het zo dat de auto nu aan de garage geleverd en uw zoon dus ook niet weet wat er na de inruil verder met de auto is gebeurd. Mocht er dan ook schade worden gevonden, dan is het goed om toch aan te geven dat uw zoon deze schade niet heeft opgemerkt en de schade dus bij inruil misschien niet aanwezig was. 

Het voorbehoud is gemaakt dat de auto technisch in orde is. Mochten er dus toch gebreken gevonden worden, dan kan dit inhouden dat de koop niet doorgaat. 

Leest u ook: Klachten na aankoop - ANWB