Naar de inhoudLogo van de ANWBANWB Homepage

jurisprudentie door rood licht rijden

Vraag gesteld door Ajax013 op 6 augustus 2015

Vanmorgen vond bij de kantonrechter de behandeling plaats van mijn zaak; een door de officier van Justitie vermeende overtreding van door rood licht rijden met de auto. In mijn beroepschrift heb ik op basis van een rekenkundige berekening - op basis van 2 flitsfoto's - aangetoond dat de voorwielen van mijn auto reeds de dubbele streep waren gepasseerd toen het licht op rood sprong. Tijdens de behandeling - en overigens pas in het 2e deel van de dialoog met de rechter - kwam uit de hoge hoed dat ik voor mijn berekening moet uitgaan van de achterzijde van de auto: m.a.w. wanneer het licht op rood springt terwijl het voorste deel van de auto wel en het achterste deel niet de dubbele streep is gepasseerd, ben je reeds in overtreding! Desgevraagd zei de rechter dat hierover jurisprudentie is. Ik kan het eerlijk gezegd nauwelijks geloven. Dat zal lekker worden voor chauffeurs met een truck met aanhanger, wanneer zij net als ik links af moeten slaan op de bewuste kruising op de IJburglaan, Amsterdam. Kan iemand mij vertellen of op dit terrein daadwerkelijk sprake is van jurisprudentie?

Antwoord van Cathy

Antwoord van Cathy

ANWB Expert

U vraagt of er jurisprudentie is waaruit blijkt op welk moment er sprake is van door rood licht rijden.

In het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens (RVV) staat in artikel 68 lid 1 het volgende:
Bij driekleurige verkeerslichten betekent:

a. groen licht: doorgaan;

b. geel licht: stop; voor bestuurders die het teken zo dicht genaderd zijn dat stoppen redelijkerwijs niet meer mogelijk is: doorgaan;

c. rood licht: stop.

Daarnaast staat in artikel 79 RVV dat bestuurders moeten stoppen voor een voor hen bestemde stopstreep.

Op rechtspraak.nl is de door u gevraagde jurisprudentie te vinden. Ik heb voor uw vraag onderstaande uitspraken gevonden.

Uitspraak 1 rood licht

Uitspraak 2 rood licht

Uitspraak 3 rood licht