Dubbeltest Hyundai i10 vs. Seat Mii electric

26 maart 2020 De Hyundai biedt een rijkere veiligheidsuitrusting, maar de Seat rijdt fijner

Het is aannemelijk dat je straks geen stadsauto meer uitkiest op basis van het merk, maar vanwege de aandrijflijn. Bij wijze van voorproefje neemt de nieuwe Hyundai i10 het op tegen de voortaan volledig elektrische Seat Mii.

Ruimte

Het grootste pluspunt van de vorige modelgeneratie i10 was de overvloedige binnenruimte, zowel op de achterbank als in de kofferbak. Achterin de Hyundai kun je ook als volwassene nog steeds prima zitten, met dank aan een 4 centimeter grotere wielbasis. Hoewel de Koreaanse stadsmini lager en breder is dan zijn voorganger, biedt hij een bagageruimte van minimaal 252- en maximaal 1.050 liter: hele fatsoenlijke afmetingen voor een stadsauto. Het is alleen jammer dat de i10 een in hoogte verstelbare bagagebodem mist, want daardoor moet je het zonder vlakke laadvloer stellen. Op de achterbank van de Seat is de hoofdruimte riant voor een auto van dit formaat. Wie langer is dan gemiddeld, zit wel met de rugleuning van de voorstoel tussen zijn knieën. Je bevindt je bovenop het batterijpakket, zodat de bagageruimte gelijk is gebleven aan een Mii met een benzinemotor. Met minimaal 251- en maximaal 953 liter inhoud is de kofferbak van de Seat weliswaar niet de grootste in zijn klasse, maar de stadsauto hoeft zich ook nergens voor te schamen. De Mii electric is voorzien van een in hoogte verstelbare bagagebodem, waarmee je eenvoudig een vlakke laadvloer creëert. 

Rijgedrag

De krachtigste Mii met een benzinemotor was goed voor 75 pk en 95 Nm koppel. Deze elektrische versie levert 83 pk en een maximum koppel van 212 Nm. Dat is wel even andere koek! Hoewel de Seat ontegenzeggelijk vlot mag worden genoemd, is hij dankzij het aanwezige batterijpakket wel een paar honderd kilo zwaarder geworden. Kies je tegenstanders bij een stoplichtsprintje zorgvuldig uit, willen we daarmee maar zeggen. Ook wanneer je geen snelheidsduivel bent, valt de Mii met een elektrische aandrijflijn overigens te prefereren boven een exemplaar voorzien van een conventionele verbrandingsmotor. Het is namelijk aangenaam stil aan boord én de Spanjaard beschikt voortaan standaard over een automaat. Op de snelweg hoor je echter wel dat het koetsje behoorlijk wat wind vangt. Bovendien wreekt het extra gewicht zich op korte oneffenheden; de Seat gaat dan een beetje deinen.

De Hyundai mag dan nieuw zijn; de 67 pk en 96 Nm sterke 1.0-liter benzinemotor onder de kap is dat niet. De driecilinder dreef de i10 twee modelgeneraties geleden al aan. Op zich is daar niks mis mee, maar in vergelijking met concurrerende driepitters klinkt deze krachtbron wat rauw. Je moet het motortje op toeren houden om goed met het andere verkeer mee te kunnen komen en dan grijpt de koppeling ook nog eens vervelend hoog aan. Jammer, omdat de rijbeleving verder juist zo volwassen is. Je zit op uitstekende stoelen en de vering en demping zijn voor een stadsauto aangenaam comfortabel. Een stuurwiel dat ook in diepte te verstellen valt, was geen overbodige luxe geweest. Net als een zesde versnelling! Verder doet de besturing van de kleine Hyundai wat kunstmatig aan: hij voelt zwaar op lage snelheden. Voer je het tempo op, dan zit er rond de middenstand juist nauwelijks gevoel meer in.

Verbruik

De i10 is in ons land voorlopig slechts met één krachtbron leverbaar. Dat is de driecilinder benzinemotor uit onze testauto, die op papier goed is voor een spectaculair verbruikscijfer van 1 op 24,4. In de praktijk realiseerden wij een ontnuchterende score van 1 op 14,8. Als verzachtende omstandigheid geldt, dat ‘ons’ exemplaar nog nauwelijks was ingereden. Het moet vermoedelijk dus (iets) zuiniger kunnen.

De Seat komt op papier tussen de 200- en 400 kilometer ver op een lading stroom, met dank aan een 36,8 kWh groot batterijpakket. Nu wil het geval, dat we elektrische auto’s bij de ANWB altijd aan een actieradiusproef onderwerpen. We rijden binnendoor van de regio Den Haag naar de luchthaven Lelystad, om van daar over de snelweg terug te keren naar het hoofdkantoor van de ANWB. Met de Mii electric kwamen we tot Amsterdam; de snelwegkilometers eisten hun tol. De teller bleef steken op 171 afgelegde kilometers, met nog 11 resterende kilometers volgens de boordcomputer. We hebben het er maar niet op gewaagd, want onder de 20 kilometer schakelt de Seat uit zichzelf de meest rigide spaarstand in. De verwarming gaat dan uit, maar de snelheid wordt ook beperkt. Wanneer je nog maar 90 kilometer per uur kunt, snap je waarom de Spanjaarden hun EV primair als stadsauto in de markt zetten.

Veiligheid

Het zicht rondom is in de Seat redelijk, al heeft de Mii electric schuin naar voren een lelijke dode hoek, net als over je schouder. De aanvullende veiligheidsuitrusting is beperkt. Toen de kleine Seat zeven jaar geleden debuteerde, was het een van de eerste stadsauto’s met een noodstopsysteem. Dat is anno 2020 echter niet meer op de Mii leverbaar. In plaats daarvan kun je kiezen voor verkeersbordherkenning en actieve rijstrookassistentie.

De Hyundai beschikt juist over een rijke aanvullende veiligheidsuitrusting, waar een actieve rijstrookassistent, vermoeidheidsherkenning en een noodstopsysteem standaard deel van uitmaken. Een achteruitrijcamera en verkeersbordherkenning zijn voorbehouden aan duurdere uitrustingsniveau’s. Het zicht rondom is redelijk in de i10, op de forse A- en C-stijlen na.

Gebruiksgemak

Moderne personenwagens beschikken steeds vaker over een digitaal instrumentarium. Hoewel de klokkenwinkel van de i10 nog altijd analoog is, oogt het dashboard alsof het uit één groot scherm bestaat. Een optisch trucje, dat de kwaliteitsbeleving naar een hoger plan tilt. Ga je echter beter kijken, dan zie je dat de rest van het interieur is opgetrokken uit harde kunststoffen. Dat laat onverlet dat de Hyundai leverbaar is met een aantal zaken die je doorgaans niet in dit deel van de markt aantreft. Een draadloze oplaadmogelijkheid voor je mobiele telefoon bijvoorbeeld, of een online dienst, waarmee je vanaf de keukentafel de route naar je bestemming kunt invoeren. Stap je vervolgens in, dan neemt de Hyundai die routebeschrijving naadloos over. Op de achterbank ontbreekt een stroompunt voor je spelcomputer of een eigen ventilatiemogelijkheid. Ronduit onhandig is de hoedenplank. Die zit niet vast aan de kofferklep, zodat je hem zelf rechtop moet zetten wanneer je de boodschappen aan het inladen bent. De kans is groot dat je het ding vergeet vlak te leggen, waardoor je er vervolgens in jouw binnenspiegel tegenaan zit te kijken.

In vergelijking met zijn rivaal heeft de Seat een spartaans interieur. Weliswaar kun je de Mii electric uitrusten met zaken als cruise control en stoelverwarming, maar je zoekt vergeefs naar een infotainmentsysteem. Daarvoor ben je aangewezen op je eigen smartphone, die je in een houder op het dashboard klikt. Ondanks de hogere aanschafprijs toont ook de elektrische uitvoering van de Mii het nodige plaatstaal in het interieur. Verder kunnen de achterramen niet fatsoenlijk open: je kunt ze hooguit op een kiertje zetten. De achterpassagiers moeten het zonder stroompunt of ventilatievoorziening stellen. Voor het opbergen van de laadkabel is door de Spanjaarden een speciale voorziening getroffen ter hoogte van de kentekenplaat. Hier vind je een vak waar je de kabel zo inschuift. Opladen kan aan ieder mogelijk laadpunt, van een huis-, tuin- en keukenstopcontact tot aan een snellaadpaal langs de weg. Daarvoor heeft de Mii electric een CCS aansluiting. De stadsmini weet raad met een maximale laadsnelheid van 40 kW: het kost je minstens een uur om het batterijpakket weer voor 80 procent vol te krijgen. Aan een publiek laadpunt duurt dat minimaal 5 uur.

Prijs

De Seat Mii is dankzij zijn elektrische aandrijflijn een stuk duurder geworden. Prijzen beginnen bij € 23.400; onze testuitvoering kost net geen 25 mille. Als doekje voor het bloeden adverteert de Nederlandse importeur met 6 jaar gratis onderhoud, maar de kleine lettertjes leren dat een setje nieuwe voorbanden nog altijd uit je eigen portemonnee moet komen. Wat wel zoden aan de dijk zet, is dat je voor een volledig elektrische personenwagen geen wegenbelasting hoeft te betalen. Dat scheelt toch zomaar zeven tientjes per kwartaal.

De nieuwe Hyundai i10 is met een vanafprijs van € 12.995 bijna de helft zo goedkoop als de Seat, maar ook bij de Koreaan zitten er addertjes onder het gras. Zo heeft het instapmodel nog geen airconditioning, waardoor je aangewezen bent op een uitvoering die minimaal € 15.000 kost. Wil je achterin geen twee, maar drie kinderen kunnen meenemen, dan kost een extra gordelsluiting je nog eens duizend euro extra. Aan onze testauto hangt zelfs een prijskaartje van bijna 17 mille. En voor de Hyundai ben je wél gewoon motorrijtuigenbelasting verschuldigd! Maar goed; dit verhaal geldt alleen wanneer je een van beide stadsauto’s zou kopen. Tegenwoordig kiezen consumenten eerder voor private lease. De eenvoudigste i10 met airco kost je maandelijks € 254; de elektrische Mii € 269. Kijken we naar de auto’s zoals wij die hebben gereden, dan vraagt Hyundai daarvoor € 275 en Seat € 289 in de maand. 

Winnaar

De traditionele stadsauto bevindt zich in zwaar weer, maar dat weerhield Hyundai er niet van om een compleet nieuwe generatie van hun i10 te ontwikkelen. Blijkbaar zien de Koreanen nog brood in dit deel van de markt, waar voor autofabrikanten nauwelijks nog iets te verdienen valt vanwege de steeds strengere veiligheids- en milieueisen die hen door Brussel worden opgelegd.

De Seat Mii bevindt zich weliswaar in de herfst van zijn leven, maar de komst van een elektrische aandrijflijn maakt de stadsmini in één klap weer actueel. Oké: de Hyundai is ruimer en veiliger. Maar zolang jij niet meer rijdt dan 100 kilometer op een dag, dan leg je zo’n afstand het comfortabelst af in de Seat. Bovendien valt het prijsverschil tussen beide testkandidaten zo goed als weg, wanneer je kiest voor een financieringsvorm als private lease. Die combinatie maakt de drempel om over te stappen naar een elektrische auto lager dan ooit en daarmee wint de Mii electric dit vergelijk.

Lees hier onze afzonderlijke rijtesten van deze twee testkandidaten:
Hyundai i10 1.0 Premium
Seat Mii electric Plus