Waarschuwinglampjes in auto nooit negeren

Een automobilist heeft eind juli een taakstraf van 40 uur gekregen, omdat hij op de snelweg een ongeval heeft veroorzaakt, waarbij een zwaargewonde viel. De man negeerde een oranje waarschuwingslampje, dat een probleem met de bandenspanning aangaf.

De automobilist reed nog 21 kilometer door op de linkerrijstrook, zonder zijn snelheid aan te passen. Door het negeren van het waarschuwingslampje kon hij, toen de band van de velg liep, niet meer uitwijken naar de vluchtstrook. In plaats daarvan heeft de automobilist zijn auto stilgezet op de linkerrijstrook, waar een achteropkomende auto op zijn auto inreed.

Maatregelen nemen als lampje oplicht

De rechter vindt dat de veroordeelde automobilist maatregelen had moeten nemen toen het oranje waarschuwingslichtje oplichtte, ook al wees het niet op een ernstige storing. De man had zijn snelheid moeten minderen en op de rechterrijstrook moeten gaan rijden om bij problemen te kunnen uitwijken naar de vluchtstrook. 

Wat vindt de ANWB?

De ANWB deelt deze conclusies. Een waarschuwingslampje brandt niet voor niets. Je moet dat niet negeren. De ANWB adviseert in zo’n geval zo snel mogelijk een veilige locatie te zoeken. Overkomt je dit op de snelweg, pas je snelheid aan, rij verder op de rechterrijstrook en zoek een verzorgingsplaats. Of verlaat de snelweg en zoek dan een veilige plek waar je kunt nagaan wat het lampje betekent en wat er moet gebeuren.
 
Meer weten over waarschuwingslampjes? Bekijk dan het uitgebreide overzicht.